Voorts is het college van mening, dat wanneer het gemeentebestuur zich
heeft geuit over een bepaalde beslissing van Gedeputeerde Staten. Met name
indien in dit opzicht kritiek van de zijde van de gemeente aanwezig is -
zoals straks bij de behandeling van punt 17 naar voren zal komen - het
niet meer dan fatsoenlijk is, dat we alle steun aan Gedeputeerde Staten
geven, indien we achter een bepaald besluit van het provinciaal bestuur
kunnen staan. Dat is dan ook de reden geweest, dat we in dit geval bewust
adhesie hebben willen betuigen, aldus spreker.
De heer De Wolf wijst er nog eens uitdrukkelijk op, dat de tekst van
het besluit van de gemeente IGo Humeri and niet het plan D noemt. Spreker
wil nog eens benadrukken, dat hij volledig achter plan D staat en dat hij
van mening is, dat het in de toekomst voor onze kinderen een goede zaak
zal zijn, wanneer dat plan zal worden uitgevoerd.
Mocht het niet mogelijk zijn dat plan uit te voeren - men moet
realist blijven - dan is elk plan, dat plan D dichter benaderd dan plan A,
een croede zaak. Spreker vindt het beschamend, dat dit kabinet de mening
van Friesland in dezen op deze wijze heeft genegeerd. Hij schaamt zich er
voor, dat bewindslieden van zijn eigen partij mee hebben gedaan aan deze
besluitvorming en spreekt de hoop uit, dat de decentralisatie, waarvan ons
kabinet zo hoog opgeeft, nog eens zo ver zal gaan, dat werkelijk rekening
wordt gehouden met de wensen, die in deze regio leven.
De heer Zwart stelt voor het stuk voor kennisgeving aan te nemen.
De voorzitter constateert, dat er feitelijk 3 voorstellen op tafel
liggen, te weten:
a. het voorstel om de motie voor kennisgeving aan te nemen, hetgeen het
meest verstrekkende is.
b. voorstel D.
c. voorstel F.
Aan beide laatstgenoemde voorstellen zou eventueel adhesie kunnen worden
betuigd.
Mevrouw Dekker is van mening, dat wanneer men tegen het voorstel van het
college van burgemeester en wethouders stemt, feitelijk het voorstel voor
kennisgeving wordt aangenomen.
De voorzitter antwoordt, dat we öf iets met het voorstel doen öf niet.
Het laatst bedoelde is het meest verstrekkende.
Hierna wordt het voorstel om de motie van de gemeente Kollumerland en
Nieuw-Kruisland voor kennisgeving aan te nemen met 10 stemmen vóór en 3 tegen
aangenomen. Tegen stemmen de wethouders van Essen en Terpstra, alsmede öe heer
De Wolf.
Voorstel tot terugname van een perceel bouwterrein te Grouw.
De heer Van der Goot verklaart vóór dit voorstel te zijn en meent, dat
er in Warga ook enkele kavels aanwezig zijn, die nog niet zijn bebouwd en
al langer dan een jaar geleden zijn verkocht.
Wijzend op de consequenties in dezen is spreker van mening, dat de ge
meente ook deze kavels terugneemt. Mocht er iets anders met deze kavels aan
de hand zijn, dan zal hij dit graag van het college vernemen.
Wethouder Terpstra antwoordt, dat er in Warga 3 kavels bouwterrein aan
wezig waren, als door de heer Van der Goot bedoeld. De kopeis zijn schrifte
lijk gesommeerd, binnen 14 dagen een bouwaanvraag terzake in te dienen.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad dan conform het voorstel.
