Bij 16 uren gebruik per week betekent dit een behoorlijk bedrag. Dat betekent
in feite een verhoging van 270,Aangezien het voorstel uitgaat van een
verhoging van f 240,moet worden gesteld, dat er sprake is van achteruitgang.
Spreker vindt, dat hier duidelijk een taak voor de gemeente ligt om dit stuk
cultuur in stand te houden. Zonder nog maar te spreken over de S.O.N.J'.O.
eisen, vindt hij een verhoging van 240,te gering. Spreker is ook benieuwd
naar het antwoord van het college op de door mevrouw Dekker gestelde vragen.
De heer Bouma is ook van mening, dat er in dit opzicht een beleidsplan moet
komen. Spreker wijst er echter op, dat we de Korpsen niet kunnen laten wachten
op dit beleidsplan, dat zo mogelijk volgend jaar tot stand kan worden gebracht.
Voor dit jaar is zijn fractie het eens met de voorgestelde verhoging van
12%. Voor de toekomst zal de nu gesignaleerde achterstand als gevolg van de
inflatie moeten worden voorkomen.
Jaarlijks zal het subsidie aan ook aan. de hand van de inflatie-correctie dienen
te worden bijgesteld.
De heer Knossen vindt, dat de raad zich voorlopig dient te beperken tot de
thans voorgestelde verhoging, zulks gelet op de bevoegde instelling van een
werkgroep, waarop mevrouw Dekker heeft gewezen en voorts gelet op hetgeen in
de begrotingsvergadering is besloten ten aanzien van de muzikale vorming op de
scholen. Verder vestigt spreker er de aandacht op, dat in de brief van de
S.O.N.H.O. wordt gesproken over rijksbijdragen. Hoewel waarschijnlijk niet op
grote rijksbijdragen mag worden gerekend, zou spreker graag vernemen wie dit
moet aanvragen. Moeten de korpsen dit zelf doen of moet dit via de gemeente
gebeuren. Of is het mogelijk zo, dat de regeling van. de rijksbijdragen in dit
verband is achterhaald.
De heer Van Essen zegt., dat in het onderhavige geval inderdaad de inflatie
correctie is toegepast- gemiddeld 4% per jaar of 12% in totaal. liet is in het
verleden ook steeds zo geweest, dat - ten aanzien van welke vereniging dan ook -
naderhand wordt bekeken of het subsidie al of niet moet werden verhoogd. De door
de S.O.W.I'.O. gehanteerde normen vindt het college echter veel te hoog. Dit
blijkt ook al hier uit, dat slechts één van de 45 door de gemeente Leek ge-
enqueteerde geme.enten hier aan meedeed.
Gelet op de financiële positie van onze gemeente hebben burgemeester en wet
houders gemeend niet verder te kunnen gaan dan de thans voorgestelde verhoging
van 3 x 4%.
In deze zin stelt het college dan ook voor de thans ingekomen verzoeken van de
beide muziekkorpsen te honoreren. Vooralsnog zal er niet aan te ontkomen zijn
ten aanzien van de subsidieverlening beslissingen ad~hoc te nemen. De ene keer
betreft dit de korpsen, de andere keer een sportvereniging of toneelvereniging.
Hen zal deze aangelegenheid onmogelijk over één kam kunnen scheren. Hiermee kan
niet worden gewacht op het uitstippelen van een totaal subsidie-beleid.
Verder moet er niet op worden gerekend dat de uitkeringen in het kader van
sociaal-culturele activiteiten van het rijk zullen toenemen. In de begrotingsver-
gadering is opgemerkt, dat er door het rijk een financiële bijdrage in het voor
uitzicht is gesteld van f 4,per inwoner, hetgeen neer komt op een totaal be
drag van circa 34.000,Van dit bedrag is f 20.000,in deze gemeente reeds
bestemd voor bepaalde doeleinden, terwijl burgemeester en wethouders de res
terende 14.000,-- willen bestemmen voor de muzikale vorming.
Zoals bekend, eist de gemeente Leeuwarden voor deelname aan het muziekonderwijs
in die gemeente een bijdrage van f 105.000,--, terwijl onze gemeente terzake
een bedrag van 25.000,beschikbaar heeft.
Teneinde het elders ontstane gat enigzins te dichten, stelt het college van
burgemeester en v:ethouders zich voor genoemde f 14.000,bij laatstgenoemd bedrag
te voegen.
