- 13 -
14. Voorstel inzake het voeren van rechtgedingen.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
15. Maaien bermen.
De voorzitter herinnert er aan dat op 2 december jl. de stem
men over dit voorstel staakten. Intussen is van de Kritecommissie
van de friese mij van landbouw een verzoek ontvangen om nog eens met
het college over dit punt te praten. Daarom stelt spreker voor dit
punt terug te nemen en te zijner tijd hierop terug te komen.
De heer Draisma zegt, hiermee accoord te kunnen gaan. Hij ver
zoekt het maaien van bepaalde bermen door de boeren ook ter sprake
te brengen en onder welkevoorwaarden deze bereid zijn dit te doen.
De heer Van der Wagen heeft de meerkosten bij het 2 x maaien
bekeken. Spreker meent, dat vorige jaren de kruispunten ook wel eens
gemaaid werden. Zijn de door gemeentewerken genoemde cijfers niet
wat geflatteerd?
De voorzitter antwoordt dat b. en w. ook hierover te zijner tijd
opheldering zullen verschaffen. Vervolgens besluit de raad dit punt
aan te houden.
16. Voorstel tot vaststelling van een parkeerexcessenverordening.
De heer De Wolf geeft het college in overweging aan artikel 7
een nieuw lid toe te voegen, van de volgende strekking.
"Het is de eigenaarhouder of bestuurder van een voertuig ver-
boden dit te doen of te laten staan daar waar voorwaarden hinder ot
overlast kunnen ondervinden van door dat voertuig voortgebracht of
veroorzaakt lawaai".
Spreker denktdaarbij aan een vrachtwagen met een compressor,
die veel lawaai veroorzaakt.
De voorzitter zegt toe, dit te zullen onderzoeken of dit moge
lijk is.
Voorts vraagt de heer De Wolf of artikel 9 alleen slaat op de
weg of ook geldt voor particuliere percelen grond.
De voorzitter antwoordt dat in artikel 9 regel 3 tussen de
woordjes "dit en Te" de woorden "op de weg" kunnen worden toege
voegd.
Tenslotte vraagt de heer De Wolf of geen beroepsmogelijkheid
moet worden opgenomen.
De voorzitter antwoordt, dat de wet AROB dit regelt.
Hierna wordt de verordening zonder hoofdelijke stemming vastge
steld met inachtneming van de beperking in artikel 9 tot weg als be
doeld in de definitie in artikel 1 van de verordening.
