- 14 -
17Restauratie toren en kerk der Nederlands Hervormde Gemeente te
Idaard
De heer Van der Goot zegt, dat door CRM en de gemeente subsidie
wordt verleend voor het bouwkundige deel. Voor het deel dat niet ge
subsidieerd wordt geeft de gemeente nog eens 50%. Spreker neemt aan
dat dit geen bouwkundig deel betreft. Maar verderop zegt het college
dat wanneer het geen bouwkundig aspect betreft, ook geen gemeente
lijke bijdrage wordt gegeven. Hoe zit dit nu.
De heer Van Gorkum vraagt of het orgel ook tot de bouwkundige
aspecten wordt gerekend. Spreker vindt dat het college dit wat ruim
moet bezien. Voorts vraagt spreker of er al iets bekend is over de
toepassing van de verfijningsregeling en de 50% kerk/toren ver
deling.
De voorzitter vraagt zich af of de gemeente blij moet zijn met
de toezegging uit de ISP-lijst, omdat deze toezegging nooit 100% van
de kosten beslaat en altijd nog een deel voor eigen rekening laat.
Toch meent het college blij te moeten zijn omdat nu een moge
lijkheid wordt geboden om kerk en toren te restaureren. Het rijk en
de provincie verlenen 60% subsidie in de kosten, waarbij een bedrag
van 48.000,buiten beschouwing is gelaten. Dit zijn verbeteringen
die los van de restauratie staan. Blijft 40% over waarvan de gemeen
te 30% voor haar rekening neemt. Dit bedrag ontvangt de gemeente via
de verfijningsregeling terug. Er resteert dan nog 10%. Spreker zegt
dat bij de wet van 1853 een scheiding kwam tussen kerk en staat. De
torens werden eigendom van de gemeente en de kerken van de kerkvoog
dijen. De torens raakt de gemeente niet meer kwijt. Voorshands is
aangenomen dat de 10% overblijvende kosten op basis van 50/50 over
kerk en gemeente zullen worden verdeeld. Voorwaarde van subsidiëring
was, dat het werk nog dit jaar moest beginnen. Daarom is gezegd:
"begin maar gauw, de verdeling komt later wel".
Aangenomen is dat ook de verdeling van wat wel of niet onder de
bouwkundige kosten valt, voorlopig 50/50 is. Het bedrag is nu
77.000,maar het kan ook nog iets verschuiven. Spreker zegt dat
de raad te zijner tijd de juiste verdeling van de kosten zal worden
meegedeeld. De verfijningsregeling is een formele regeling. Via de
algemene uitkering ontvangt de gemeente het bedrag in 25 jaar terug.
De heer Knossen vindt een bijdrage van de gemeente wel juist,
omdat de gemeente ook een taak heeft wat het landschappelijk aanzien
betreft.
De voorzitter meent dat men ook andere prioriteiten kan stellen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dan conform het voorstel be
sloten.
18. Comptabiliteit
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.