- 6 - Rekening houdend met de structuur van het voorstel van het muziekin stituut en de zojuist genoemde onzekere factoren gaat dit haar fractie te ver. Wel zal getracht moeten worden in de toekomst zo dicht mogelijk te blijven bij het subsidiebedrag van 80.000,zulks gezien in het licht van de financiële perspectieven. Spreekster wijst er verder op dat in artikel 3, lid 2 van de concept gemeenschappelijke regeling aangegeven staat, dat elk jaar het aantal les uren en het vakkenpakket door het college goedgekeurd moet worden. Dit houdt reeds een bepaalde garantie in. In een nieuw voorstel zou de fractie van de P.v.d.A. zich graag willen uitspreken, dat elk jaar door de raad een besluit moet worden genomen indien de begroting hoger is dan 80.000,Mocht bijvoorbeeld blijken, dat het aantal a.m.v.- en groeps lessen door gebrek aan belangstelling niet wordt gehaald, dan zullen de vrijkomende uren naar het oordeel van de fractie niet mogen worden omge zet in meer individuele lessen. Wijzigingen in de verhouding ten gunste van deze lessen zal door de fractie van de P.v.d.A. nimmer worden goedge keurd. Hierna stelt spreekster onder handhaving van punt a op bladzijde 3, voor het voorstel van burgemeester en wethouders als volgt te wijzigen: punt e wordt geschrapt en punt b wordt na het woord "gemeente" als volgt aangevuld/ "met inachtneming van onderstaande uitgangspunten: ook in de toekomst zal gestreefd moeten worden, dat de gemeentelijke bijdrage voor het muziekonderwijs, exclusief loon- en prijsstijgingen, maximaal 80.000,is. Bij overschrijding hiervan zal jaarlijks voor de aanvang van het les jaar door de gemeenteraad een besluit worden genomen". Mevrouw Dekker zegt, dat zij met het verhaal van mevrouw Faber mee kan gaan. Haar fractie heeft hetzelfde bezwaar tegen punt e. Punt b vindt spreekster moeilijk, inhoudende, dat weer zal worden onderhandeld met het gemeentebestuur van Leeuwarden. Naar haar oordeel heeft èn de gemeente Leeuwarden èn de heer Boelens van de muziekschool uit ten treure vertelt wat haalbaar en wat niet haalbaar is. "We zitten hier met een minimum pakket" aldus spreekster. Indien het college terzake weer wil gaan onder handelen heeft haar fractie daar geen bezwaar tegen. Toch vindt zij, dat dit dan veel op "drammen" lijkt. Verder is spreekster er blij mee, dat de overgangsregeling zal gelden tot 1 september 1983. Op die wijze heeft elke leerling, tenminste een uitlooptijd van twee jaar. Spreekster vraagt of de 17-jarigen van nu ook de uitlooptijd van 2 jaar hebben. Zij vindt, dat deze leerlingen wel onder deze overgangsregeling zouden moeten vallen. Verder vraagt spreekster zich af of de overgangsregeling niet moet worden opgenomen in de gemeenschappelijke regeling. Het kan echter ook zijn, dat onze gemeente hier automatisch onder valt, omdat de overgangs regeling reeds in de betreffende verordening van de gemeente Leeuwarden is opgenomen. De heer Van der Goot constateerd, dat er na de februari-vergadering t.a.v. dit punt niet veel is veranderd. Spreker herinnert er aan, dat in die vergadering is gesteld, dat het licht op groen wordt gezet voor het college om te onderhandelen. "Dat had net zo goed niet gekund"aldus spreker, "want er is praktisch niets uitgekomen".

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1981 | | pagina 21