- 12 - Dit is het voorstel van de fractie van de P.v.d.A.waarin burge meester en wethouders zich kunnen vinden. Verder acht spreker het niet nodig, dat de overgangsregeling in de gemeenschappelijke regeling wordt opgenomen. Er is duidelijk afgesproken, dat men zich daaraan zal houden. Deze afspraak is zowel met de Muziekschool als met burgemeester en wethouders van Leeuwarden gemaakt. De heer Van der Goot wijst nog eens op het gestelde op bladzijde 3 van het voorstel, waar o.m. wordt gesteld, dat zo spoedig mogelijk kan worden gestart met het muziekonderwijs. Hij leidt hier uit af, dat er momenteel nog geen kinderen uit deze gemeente zijn, die les aan genoemd instituut ontvangen. Verder is spreker er blij mee, dat de regio zoveel voor het zeggen heeft. Hij heeft daar reeds op gewezen bij de behandeling van punt 7. Spreker kent de kwaliteiten van de heer Koopmans nog niet, maar hij hoopt, dat hij de zaak in dat "hoge" college wat weet om te buigen. Wat punt e betreft merkt spreker op, dat hij meende, dat de raad in februari een principe-besluit heeft genomen. De zaak is toen op groen licht gezet voor het college om te proberen bepaalde dingen, die toen als voorwaar den zijn genoemd, zo ver door te zetten, dat de raad zijn zin zou krijgen. Nu blijkt, dat Leeuwarden daar niet mee accoord gaat, wordt gezegd: "We doen het toch maar, want we hebben het toen al aangenomen". "Dat had dan direct wel gekund" aldus spreker. Indien hij geweten had, dat in de februari-vergadering de voorwaarden al zijn aangenomen en tegen het col lege feitelijk alleen is gezegd: "jullie mogen nog even praten, maar hoe of de uitslag ook mag zijn, vandaag hebben we de voorwaarden geaccepteerd", dan had spreker toen tegengestemd. Spreker heeft toen gezegd: "probeer dat maar", waarbij hij alle vertrouwen had in het college. Thans blijkt, dat aan geen van genoemde voorwaarden is voldaan. Spreker trekt in dit verband een vergelijking tussen een supermarkt en een kleine kruidenier, waarbij de supermarkt de prijs bepaald. Dit ge beurt hier ook betoogt spreker. Hij vindt, dat de gemeente op deze manier hiermee niet in zee kan gaan. "Lege briefjes, meer hebben wij niet in te brengen bij deze zaak" aldus spreker. De heer De Wolf zegt, dat hij in feite erg kan meevoelen met de re actie van collega Van der Goot, alleen is hij bang, dat het een kwestie is van slikken of stikken. Wanneer wij hierin niet meegaan, is het ge beurd met het muziekonderwijs in Idaarderadeel. Dit betekent feitelijk kiezen tussen de minst kwaadsten. Spreker vindt het spijtig, dat er geen vaste normen zijn ten aan zien van de kwestie of een bepaald soort muziekonderwijs nu wel of niet in een bepaald dorp wordt gegeven. Verder vraagt spreker wat de "principiële redenen" van de gemeente Leeuwarden mogen zijn, om er op tegen te zijn, dat mensen uit Idaarderadeel boven de 18 jaar de lessen volgen, indien de ge meente Leeuwarden de volledige kosten terzake worden vergoed. Spreker kan zich haast niet indenken, dat de interesse van het G.M.L. verder gaat, dan de vergoeding van de kosten, op wat voor manier dan ook. Los hiervan wil spreker nu wel stellen dat hij niet tegen het voorstel zal stemmen. Wel houdt hij in beraad, hetgeen hij verder nog zal onder nemen, wanneer de kwestie over de 18 jarigen niet veranderd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1981 | | pagina 31