- 2 - Ook het provinciaal bestuur onderkent de problemen met het functioneren van de Landschapsverordening en heeft zelfs moeten vaststellen, dat de voorgenomen herziening van de landschapsverordening, zoals die aan de statencommissie in uitzicht werd gesteld, onvoldoende aan de recente ontwikkelingen tegemoet zou komen. Na ampele overwegingen is dan ook besloten van deze herziening af te zien en aan te koersen op een geheel nieuwe verordening, te weten een ligplaatsenverordening, gekoppeld aan een op te stellen zoneringsplan voor de watersport. Het zal echter nog wel enige jaren duren voordat dit nieuwe beleid gestalte zal hebben gekregen, zodat voorshands met de bepalingen van de huidige landschapsverordening rekening zal moeten worden gehouden. In 1980 is door ons een inventarisatie gemaakt van de ligplaatsen in het buitengebied. Het aantal boten, dat in 1980 in het buitengebied ligplaats had gekozen bedroeg 252, als volgt verdeeld: Janssleat 12 boten Grêft (richting Akkrum) 31 boten Nauwe Galle/Pomprak 106 boten Meanewei 52 boten Wartensterwiid 35 boten Opfearten Warstiens 6 boten Opfeart Sitebuorren 10 boten Hoewel de boten in de Grêft intussen zijn verdwenen is het totaal aantal boten in de afgelopen jaren aanzienlijk uitgebreid. Een globale telling in 1981 gaf reeds een cijfer van 320 boten aan, te weten 225 motorboten, 38 kajuitzeilboten en 57 open zeilboten. Hoe hoog het cijfer in 1983 is, is thans nog niet bekend. Wij overwegen binnenkort een nieuwe inventa risatie te maken. Nu de gemeente Smallingerland intussen met betrekking tot de ligplaatsen in het buitengebied een saneringsbeleid voert, ligt het in de rede, dat het aantal "illegale" ligplaatsen op het grondgebied van onze gemeente nog aanzienlijk zal worden uitgebreid. Er dient dan ook niet te worden gewacht tot het moment waarop Idaarderadeel "vol" zal lopen. Wij achten het derhalve noodzakelijk dat voor het buitengebied op korte termijn een saneringsbeleid gestalte krijgt. Wij gaan daarbij uit van de gedachte, dat in beginsel het innemen van een vaste ligplaats in het buitengebied niet is toegestaan, behoudens in jachthavens en daartoe aangewezen ligoevers. Uitzonderingen op deze regel dienen slechts te worden gemaakt om tegemoet te komen aan de belangen van aanwonenden. Naar onze mening dient het uitgangspunt voor een te voeren saneringsbeleid te zijn, dat alleen oevers in en bij de bebouwde kommen met machtiging van Gedeputeerde Staten als officiële ligoevers, in principe voor ingeze tenen, dienen te worden aangewezen. Een daartoe uitgewerkt voorstel hopen wij u eerstdaags voor te leggen. Zoals reeds opgemerkt zal in eerste instantie een inventarisatieplan moeten worden opgemaakt. Aan de hand daarvan zullen de botenbezitters kunnen worden aangeschreven, dat zij hun ligplaats dienen te ontruimen, zodra een vervangende ligplaats in een jachthaven of aan een aangewezen ligoever beschikbaar komt. Eventueel zal aan de eigenaren van de boten voor een bepaalde termijn een voorwaardelijke ontheffing kunnen worden verleend, met als voorwaarde, dat zodra vervangende ligplaats beschikbaar komt, de ontheffing vervalt.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen Idaarderadeel 1935-1983 | 1983 | | pagina 43