Het Kerngemeentenoverleg kondigt aan, dat - nadat de voorgestelde
principe-beslissing door de gemeentebesturen is genomen - het beleid
in nauw contact met de betreffende instellingen zal worden uitgewerkt
in een concept-regionale paragraaf van het plan maatschappelijke dienst
verlening, dat aan de gemeentebesturen zal worden voorgelegd.
e. Advies Regio Friesland-Noord.
Bij brief van 20 april 1983 stuurt het dagelijks bestuur van de Regio
Friesland-Noord de deelnemende gemeenten een concept-advies inzake
de beleidsuitgangspunten maatschappelijke dienstverlening. Het concept
is de basis voor regionale planning en is uitgangspuuvoor de subsi
diëring door de gemeenten. Hoewel het nog maar een concept betreft,
waarover de instellingen van maatschappelijk werk hun mening nog ken
baar kunnen maken, heeft de inhoud van het stuk zoveel te maken met
het over de SOS/THD, JAB en Fiom in te nemen standpunt, dat het ons in
ziens bij de meningsvorming moet worden betrokken.
f. Verzoek tot het innemen van een standpunt.
Bij brief van 20 april 1983 antwoordt het dagelijks bestuur van de Regio
op ons verzoek het advies met betrekking tot het JAB te heroverwegen.
Het dagelijks bestuur blijkt tot die heroverweging niet bereid en geeft
ons in overweging eerst maar eens een standpunt in te nemen. Ook het
Kerngemeentenoverleg wil graag de standpunten van de gemeenten horen en
wel vóór half mei.
GEMEENTELIJK STANDPUNT
1. SOS/THD.
Wij zijn het eens met het standpunt van het Kerngemeentenoverleg. De
SOS/THD vervult in een behoefte, waarin niet of nauwelijks door andere
organisaties van maatschappelijk werk kan worden voorzien. Continuering
van de subsidiëring is noodzakelijk.
2. JAB.
Wij zijn het niet geheel eens met de stellingname van het Kerngemeenten
overleg. De benadering vinden wij nogal ongenuanceerd. Zeker is het zo,
dat er veel overlappingen zijn tussen de werkzaamhede.. van de instel
lingen van algemeen maatschappelijk werk en die van het JAB. Zeker is
het zo, dat er bij het wegvallen van het JAB een hulpverleningsadres
overblijft, waar ook de jongere met zijn of haar problemen terecht kan.
Het is echter de vraag of de drempel van het overblijvende adres niet te
hoog is en of de instelling van algemeen maatschappelijk werk voor
alle jongeren wel een echt alternatief is. Wij zijn daar niet zo gerust
op, althans niet in de huidige situatie. Wij willen dan ook voorzichtig
zijn met de uitspraak dat het JAB wel kan verdwijnen. Daar komt nog bij,
dat bij opheffing van het JAB en onderbrengen van de functie ervan bij
het algemeen maatschappelijk werk de cliënt geholpen moet blijven worden.
De kosten van begeleiding door het JAB schuiven dan voor het grootste
d-el door naar de begeleiding door de instelling van algemeen maatschap
pelijk werk.
Grote besparingen behoeft men er in ieder geval niet van te verwachten.