Stapvoets
LcöVA^tA. X
Jakob Vellen a a
Wal boven dit stukje staal, stond nog jaren
nn de Tweede Wereldoorlog, op stijgende en
dalende stralen in de Leeuwarder binnen
stad. Zeker voor die oorlog was Leeuwarden
een 'peerdestad'. Proef alleen maar het
woord 'voermanderijeif eens op de tong,
Voerinande rijen, zo maar een greep:
Niemendal, Heen. Zetslra en Hiemstra,
Wijbenga, Schat en Poelsma, Kr waren meer.
Poelsma was gevestigd bock Spanjaards-
laan-Camstra buren, Het bedrijf werkte voer
fabrieken en bouwondernemingen. Soms
werd de voerman een halve dag koetsier. Do
'echte' werkplunje werd verwisseld voor
zwarte kleding. De koetskes reden voor wat
het personeel aanduidde ais: irouwrieden of
rouwlieden. Bruidsstoeten of begrafenissen.
Ook was daar het 'boevewagentsje'offi
cieel de cel wegen, waarmee verdachten uit
de gevangenis naar het Gerechtshof en te
rug werden gereden. Naast die voermande-
rijen waren er bedrijven als Koopmans cn
Kortunn, die van de (Belgische) paarden
kracht gebruik maakten. Of is één paard
'1 p k. i paarde-kracht en twee paarden paar-
den-kracht.' Twee paarden liepen er voor de
wagens van Van Gendt en Loos. Maarten 't
Hart dacht ais jongen dat liet ene paard
Gend en het andere Loos heette, Vergeel ook
du ns wagens en de tonnen wagens van de ge
meente niet. En de melk-, groenten- en schil
lenboer.
Oude Leeuwarders lopen in gedachten
(aan paarden over het OJdehoof'sterkerkhof,
Daar stonden de bodewagens van de ka me
tiers. Wie namen leest als Van Wijk, Van
Cleef en Kooitje denkt aan de veerhuizen
waar de bestellingen werden uitgewisseld,
en eerst koffie en later iets anders werd ge
dronken. Die naam veerhuizen moet ons er
aan herinneren, dat er beurtschepen in de
grachten lagen, en die beurtschippers waren
Kru iaing Nicutveweg -
ZaailandWirdumcrdijk. ca. 1928
'varende karrieders'. Denk aan het veerhuis
aan de Eebuurt; voor de Dokkumervcrlaat.
Enkele karrieders stonden ook op bet
Wagenplein, hoek Bleeklaan, in de schaduw
van de gashouders. Daar horen namen als
moede Klopma en Café de Walden bij-
Mannen vertelden soms, dat ze hadden ge
diend bij het 'peerdefotk': cavalerie en mare
chaussee,
Zeker die 'massesjees' trokken aandacht,
wanneer ze in mooie unilbrmen met tressen
fier op hun paarden gezeten de stallen aan
de Arendstuin verlieten. Paarden, met name
Friese paarden, trokken duizenden bezoe
kers naar circussen op het Zaailand of het
Fonteinland, Op dat Zaailand liepen ook
paarden in draai- of zweefmolen hun rond
jes.
Ooit dromden mensen samen achter de
louwen van haan de Marssum merdiek. Daar
werd gereden om de gouden zweep, die de
koning jaarlijks uitloofde voor degene, die in
de beslissende rit het eerst bij Baensein was.
Behalve dat ene jaar toen Schoterland het
bestond om Domela Nieuwenhuis als
Tweede Kamerlid te kiezen! Willem de
Derde had daar geen behagen in en 'strafte'
Friesland.
Tot ver in de vorige eeuw was de
Wilhelminabaan de harddravershaan. Daar
streden de toppers en oefenden pikeurs als
Joop Zijlstra. Velen vonden hem kundig,
maar Ome Rinse sprak een keer luid en dui-
delijk; Vlopie Sielstra is bij mij een broekje-
juwpor. Die Ome Rinse zal in 1943, op speci
aal verzoek, als koetsier van dienst op dc
bok van een trouwkoets. Op een druilerige
julidag in dat jaar reed hij mijn Afkc en mij
naar drie gebouwen in de binnenstad. liet
stadhuis, de Waalsche kerk in de 'lage' Grote
Kerkstraat en een zaal in de Grote
Hoogstraat. Een snelle receptie en een sobe
re broodmaaltijd, en dan wegwezen. Negen
uur binnen i hartje oorlog)! We zullen, stij
gend en dalend, langs die bordjes gereden
zijn, waar dat woord op stond. Het woord dat
we toen niet gelezen hehhen, staat boven dit
stukje.