18
(of kan worden gemaakt) voor internatio
naal luchtverkeer mét een circuit van rol-
banen, dat zich bij uitstek leent voor auto-
en motorraces.' De verslaggever was zeer
te spreken over het circuit. Hij was ervan
overtuigd dat het niet onderdeed voor de
zestien kilometer lange baan bij Assen. In
die tijd was het circuit van Leeuwarden
met zijn zes kilometer een korte baan.
Bezoekers konden, aldus de verslaggever
'meer dan op de TT-baan van Assen de
strijd in de kopgroep op de voet volgen
en genieten van fraai bochtenwerk.'
Het waren spannende races geweest,
aldus de schrijvende pers. En door het
goede rijden van de Friese rijders werd
de spanning nog vergroot. Meer dan eens
had een Friese overwinning in de lucht
gehangen, maar meer dan tweede plaat
sen zat er niet in. De wedstrijden werden
niet verreden over een van tevoren vast
gesteld aantal ronden. Er werd afgevlagd
op het moment dat de rijder op kop, een
half uur had gereden. Deze regel zorgde
voor nogal wat onduidelijkheid bij de rij
ders, die niet wisten wanneer de laatste
ronde inging. Sieb Postma was één van
de slachtoffers. In de 350 cc-race vocht hij
een verwoed duel uit met de Rotterdam
mer G. Poel en om beurten passeerden ze
het eerst de startlijn. Toen de fïnishvlag
viel, lag Postma een paar meter achter,
'maar we maken ons sterk', aldus de ver
slaggever van de Hepkema, 'wanneer hij
vooraf had geweten dat de laatste ronde
was ingegaan, hij zeker alles op alles zou
hebben gezet.'
In de 250 cc junioren werd het een span
nende strijd tussen Breedijk uit Leimuiden
en Jan van der Lei. Ook hier duurde het
tot de laatste ronde voor de beslissing viel.
De eerste drie ronden passeerde Breedijk
als eerste de streep, vervolgens was Van
der Lei viermaal de snelste. Breedijk nam
in de laatste ronde de leiding weer over en
had bij de finish zelfs een voorsprong van
dertien seconden. Van der Lei vertelde me
kort voor zijn overlijden dat hij in de laat
ste ronde, in het heetst van de strijd en op
hoge snelheid, met zijn voet de grond had
geraakt, waardoor hij de aansluiting had
verloren. 'Dan slüt je it gas efkes öfwas
zijn commentaar.
In de 500 cc race van de junioren zag
het er lang naar uit dat Appie Koning
uit Oosterwolde de race op zijn naam zou
schrijven. De Hagenaar Dammers had de
leiding evenwel een paar keer in handen
gehad, maar tegen het einde van de race
leek het erop dat Koning de eerste plaats
niet meer uit handen zou geven. Leek,
want Dammers zorgde toch nog voor een
verrassing door Koning net voor de finish-
streep te passeren. Bij de 250 cc nam H.
Vink uit Maasland dadelijk de leiding en
stond die niet weer af. Sieb Postma reed
voor wat hij waard was, maar slaagde er
niet meer in om bij Vink in de buurt te
komen. Hij moest zich tevreden stellen
met de tweede plaats.
Topper van de dag was de 500 cc-race
met drie rijders die om de eerste plek
vochten. Klaas Reinbergen, Jac. Schot en
W. Peters waren de hoofdrolspelers. De
in Friesland geboren, maar in Den Haag
woonachtige Reinbergen, was na een half
uur de snelste man. Gerrit Roosjen had
een slechte start. De meeste rijders waren
al door de eerste bocht verdwenen toen
hij zijn Norton aan de praat kreeg. Hij
werkte zich 'langzaam' aan naar voren
en wist achter het leidende trio uiteinde
lijk beslag te leggen op de vierde plaats.
Eldert Jansma eindigde direct daarachter
als vijfde.
Bij de zijspanraces was met drie deelne
mende zijspannen van geen enkele span
ning sprake, al helemaal niet meer nadat
er ook nog één was uitgevallen. 'De toe
schouwers hebben alleen een indruk kun
nen krijgen welke de taak van de zijspan-
rijder is en dat deze verre van gemakke
lijk is, bleek wel zeer duidelijk', aldus de
Hepkema.
Aan de autoraces werd vrijwel geen
aandacht besteed: 'De automobielwedstrij
den waren verre van spannend en geen
moment kon men de toeschouwers boeien.'
Toch is het vermeldenswaard dat de grote
man van die dagen, Maup Gatsonides, tot
de deelnemers behoorde. Hij was in de
race boven 2000 cc ook de snelste man.
Hoe ging het verder?
Na de races werd de balans opgemaakt.
Veel ongelukken hadden zich niet voor
gedaan. Jac. Fijma was de enige rijder
die ernstige verwondingen overhield aan
een valpartij. Hij had nog geen halve
ronde afgelegd in de 350cc-race toen hij
in aanraking kwam met een andere rij
der. Fijma brak hierbij een been en een
Advertentie in de
Leeuwarder Courant
van 15 juli 1947
enkel en werd naar het Diaconessenhuis
overgebracht.
In de pers werd de hoop uitgesproken
dat het niet bij deze ene keer zou blijven.
Er hoefde niet te worden getwijfeld aan
de mogelijkheden van het vliegveld voor
de motor- en autosport: Tedere bezoeker
toch, die zaterdag de strijd in de verschil
lende races... heeft gevolgd, zal als een
propagandist naar huis zijn gegaan en
volgend jaar met zijn buurman, zoon en
schoonzoon terugkeren.' Maar het mocht
niet zo zijn. De 20.000 bezoekers waren
te weinig geweest om een rendabele orga
nisatie mogelijk te maken. Er zouden dan
ook geen races meer worden georgani
seerd door de stichting, die overigens pas
in 1959 werd opgeheven. De forse schuld
die, nadat het gehele garantiefonds was
opgebruikt, resteerde was uiteraard de
belangrijkste oorzaak geweest. Bovendien
kwam in de jaren '50 het verbod om derge
lijke activiteiten op het vliegveld te orga
niseren, omdat het inmiddels een militaire
status had gekregen.
Eventuele aanvullende opmerkingen en herin
neringen zijn van harte welkom bij de schrijver
Otto Kuipers, Mannagras 53,
8935 RT Leeuwarden, tel. 058-2887207.
/öeaocii cU
Naluaudhe,
MOTOR-.]
ZIJSPAN- EN
AUTORACES
VLIEGVELD
LEEUWARDEN
ZATERDAG 19 JULI
1947
fn-.-.-I'l PAHCPultJ K