Anno Houwing, politieman in hart en nieren
1
Jack de Vries 'Als ik mijn leven zou overdoen, zou ik opnieuw bij de politie willen, tenzij ik afge-
test zou worden'. Deze woorden sprak de oud-verzetsman Anno Houwing tijdens
zijn afscheid als Leeuwarder politiecommissaris op 28 juni 1968. Op die dag kwam
een einde aan een politieloopbaan van veertig jaar, die alleen in de Tweede Wereld
oorlog enkele jaren onderbroken werd. In die periode wijdde Houwing zich geheel
aan zijn verzetswerk tegen de Duitse bezetter.
Houwing was een markant persoon,
zwijgzaam en voorzichtig. Deze karakter
eigenschappen maakten hem bij uitstek
geschikt voor het beroep van politieman.
Niets ontging hem, maar zoals een politie
man betaamt, zweeg hij als het graf. De
Leeuwarder burgemeester mr. A.A.M. van
der Meulen, met wie Houwing vele jaren
nauw had samengewerkt, zei het tijdens
Houwings afscheid zo: TJ hebt zich wel
eens de meest gehate man van Leeuwar
den genoemd. U wist van vele burgers veel
af, maar gevestigde reputaties wisten dat
die gevaarlijke kennis hun geen schade
zouden doen'. Hoewel Houwing bij velen
stug en gesloten overkwam, ontbrak het
hem niet aan humor. Toen hij op een dag
op de gang van het Leeuwarder politie
bureau door iemand werd aangesproken
die de commissaris wilde spreken, wees
Houwing naar de voormalige hoofdagent
Groeneveld, die na zijn pensionering de
functie van portier vervulde en door zijn
collega's ook wel de ondercommissaris
werd genoemd. Houwing zei tegen de man:
'Daar zit hij' en wandelde vervolgens weg.
Ook na zijn pensionering kwam Houwing
nog regelmatig in het nieuws. Bij voor
beeld in 1982 toen zich tijdens een voet
balwedstrijd tussen SC Cambuur en FC
Den Haag ernstige supportersrellen had
den voorgedaan. Naar aanleiding van het
politieoptreden verscheen het volgende
ingezonden stuk in de Leeuwarder Cou
rant onder de kop 'Haal Houwing in huis':
'Het is nou wel makkelijk om de politie de
schuld te geven van al die ellende op en
om Cambuur en in Grouw, maar de poli
tie moet toch vertaald worden met politie-
Anno Houwing, 1905-1983
leiding. Ik herinner me nog heel goed de
flowerpoweracties in de jaren zestig en -
nog verder terug- de rock and roll-rel in
de jaren vijftig op de Wirdumerdijk. Toen
stond de politie onder leiding van com
missaris Houwing en burgemeester Van
der Meulen. De eerste nam daadwerke
lijk deel aan de acties en meed daarbij de
gummistok niet'.
Een ongelukkige jeugd (1905-1925)
Anno Houwing werd geboren op 9 oktober
1905 in Blijham, als tweede zoon van de
plaatselijke postbode Roelf Houwing en
zijn vrouw Foktje Zwager. Zij overleed
toen Anno twee jaar oud was. Zijn vader
hertrouwde in 1910 met Jurrina Everdina
Winterboer, met wie Anno het slecht kon
vinden. In 1911 sloeg het noodlot opnieuw
toe, toen Anno's oudste broer Aldert Willem
onder een wagen kwam en overleed. Jaren
later, in 1925, overleed een halfbroer die
ook Aldert Willem heette, aan de gevolgen
van hersenvliesontsteking. Door al deze
tragische gebeurtenissen kreeg Houwing
een groot verantwoordelijkheidsgevoel,
niet alleen voor zichzelf, maar ook voor
zijn tweelingzuster en halfbroers. Wellicht
is dit één van de redenen geweest dat hij
politieman is geworden. Maar het is niet
ondenkbaar dat de aanwezigheid van een
kazerne van de Koninklijke Marechaussee
in de buurt ook een rol heeft gespeeld in
zijn keuze.
Van agent tot hoofdrechercheur
(1925-1940)
Nadat Houwing zijn militaire dienstplicht
had vervuld, meldde hij zich als vrijwilliger
aan bij de gemeentepolitie in Groningen.
Daar leerde hij de eerste beginselen van
het politievak van enkele ervaren politie
agenten. In 1926 gaf hij zich op voor de
politieopleiding in Hilversum. Om toegela
ten te worden moest hij aan strenge eisen
voldoen: minimaal 20 jaar en langer dan
1.75 m zijn en aantoonbaar beschikken
over een gezond verstand en een oprecht
karakter. Na zijn opleiding met succes
te hebben afgerond, kreeg hij een vaste
betrekking bij de gemeentepolitie in Gro-