3 een ondiepe opgraving in 1984 werden de restanten van de fundering teruggevon den. Daarbij bleek dat het gebouw een frontbreedte van 10 m en een diepte van 13,3 m had bezeten, waar dan de 7 m van het verlengde poortgewelf nog bij kwam. In totaal had de doorgang van de bin nenpoort dus een lengte van meer dan 20 m. Over de gracht voor de poort tenslotte bevond zich de 9 m lange houten Wirdu- mer binnenbrug. De buitenpoort Het derde onderdeel van het complex was de buitenpoort, die in 1597 op de Wirdu- merpoortsdwinger gebouwd was en met de buitengracht de eerste lijn van verde diging vormde. Het gebouw bezat aan de oostzijde een trapgevel en had een door gang van 4,40 m breed. Het werd in 1667 uitgebreid met een wachthuis tegen de noordmuur, dat aan twee zijden uit de gracht werd opgetrokken. Een aardig vestingbouwkundig detail was de oostge vel van dit wachthuis, die niet haaks maar schuin op de zijgevel van de buitenpoort aansloot. Dit maakte het mogelijk om vanaf de stadswal brug en poortingang met geschut te bestrijken zonder hinder van een dode hoek. De lange houten bui- tenbrug met een ophaalgedeelte voor de scheepvaart vormde de verbinding tussen buitenpoort en zuidelijke grachtswal. De oprit was voorzien van een met snijwerk versierde hamei, een houten poortje over het brugdek. De muren De bouw van de Wirdumer waterpoort bracht nogal wat aanpassingen aan de stadswal met zich mee. Zo maakte het feit dat men na het passeren van de buiten poort zonder enige belemmering vrij toe gang had tot de nieuwe stadsuitbreiding, het Zaailand, het bouwen van een hoge ringmuur noodzakelijk. Deze sloot ener zijds aan op de waterpoort en anderzijds op de buitenpoort. Een rond verloop van de muur gaf wagens en koetsen de ruimte om met een boog de binnenbrug te nade ren. Vanachter de borstwering op de muur kon het pleintje tussen buiten- en binnen poort met geweervuur worden bestreken. Aanpassingen Na deze laatste uitbreiding en moderni sering werd door allerlei aanpassingen De Wirdumerbinnenpoort, begin 17e eeuw. Aan weerszijden va/i de portierswoning boven de door gang bevonden zich de smalle gloppen. De waterpoort moet nog worden gebouwd, de binnenbrug is van hout en de stadswal is beplant met stekelige hagendoorn.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2002 | | pagina 5