Orangerie opgegraven in de Prinsentuin
12
Thorn Zomerschoe Aanvankelijk lag het in de bedoeling u in dit nummer van Leovardia verslag te
doen van het eerste project van de werkgroep stadsarcheologie: Beijerstraat-Klei-
ne Hoogstraat, dat wij in nummer 3 van dit blad al bij u introduceerden. Mede op
verzoek van de redactie geven we er op dit moment de voorkeur aan om u, heet
van de naald, eerst te informeren over ons nieuwe project de Orangerie in de Prin
sentuin.
Enkele maanden geleden informeerde Leo
van der Laan van de afdeling Monumen
tenzorg van de gemeente of wij als werk
groep stadsarcheologie geïnteresseerd
waren in en bereid waren tot onderzoek
naar de exacte plaats, de afmetingen van
het basisoppervlak en de bouwtechnische
kwaliteit van de restanten van de Oran
gerie in de Prinsentuin, gebouwd in 1691
en afgebroken in 1885. Het was zelfs de
vraag of er, behalve wat puin, ter plekke
nog wel iets van het gebouw te vinden was.
Haast was geboden omdat de uitvoering
van de renovatieplannen voor de Prin
sentuin op korte termijn zouden starten
en een soort herbouw van de Orangerie
daar een wezenlijk onderdeel van vormt.
De vraag was in dat verband bovendien
of wellicht gebruik kon worden gemaakt
van de bestaande fundering, tenminste,
als die er ook nog was.
Herinrichtingsplan
We zijn er met enthousiasme tegenaan
gegaan, en wel om de volgende redenen:
om wat meer te weten te komen over de
inrichting en het gebruik van dit gebouw
tje, dat in de loop van zijn bestaan verschil
lende funkties heeft gehad; achtereenvol
gend orangerie, wijnhuis en sociëteit. Het
zou ook een aanvulling betekenen op wat
we uit geschreven bronnen weten over de
bewoners en bezoekers van de Prinsentuin
en daarmee van het verhaal, de historie,
van dit deel van de stad.
Ten tweede omdat wij ons volledig kon
den vinden in de uitgangspunten die aan
het herinrichtingsplan ten grondslag lig
gen: nieuwbouw, nu ten behoeve van de
passanten-haven, op min of meer dezelfde
plaats en zo mogelijk met dezelfde afme
tingen als die van het oorspronkelijke
gebouw. Ook het karakter, de uitstraling
van het nieuwe bouwsel zou moeten over
eenkomen met dat van zijn voorganger,
zoals wij dat uit de summiere gegevens,-
slechts twee bewaard gebleven schetsen-,
kennen, sober maar stijlvol. Het sprak
ons vooral aan dat op die manier niet een
quasi historische reconstructie maar een
eigentijdse verwijzing wordt gegeven naar
dit stukje cultuur-historie van de stad.
Tegelijkertijd wordt recht gedaan aan de
esthetische normen, gehanteerd bij het
ontwerp van de tuin en zoals die tot op
heden grotendeels bewaard zijn geble-
De Prinsentuin, links de Orangerie, later wijnhuis en sociëteit. (Aquarel van E.J. Eelkema, rond 1840)
Leovdic^ la. It