Kostbaarheden in de Dominicuskerk
3
Hans Jorna In de jaren 1935-1937 werd na veel wikken en wegen net buiten de oude binnenstad
een nieuwe rooms-katholieke kerk gebouwd, gewijd aan Sint-Dominicus als opvol
ger van de kerk met dezelfde naam aan de Speelmanstraat. Met de in gebruikname
van deze nieuwe kerk, gebouwd door de architecten Van Beers uit Huis ter Heide
in samenwerking met Arjen Witteveen uit Leeuwarden verdween een stuk stoffe
lijke geschiedenis uit de binnenstad en uit het zicht van de meeste inwoners.
Onze Lieve Vrouwe van Leeuwarden, 1510
In het Historisch Centrum Leeuwarden
wordt het staatboek bewaard. In dit boek,
opgemaakt in 1777, staan nauwkeurig
de inventarissen vermeld van de destijds
zes Leeuwarder roomskatholieke staties
(schuilkerken), waaronder de statie het
Klooster. De rijke inventaris van deze
laatste statie geeft in detail weer wat er
op dat moment aanwezig was in de voor
loper van de Sint-Dominicuskerk.
Wonderdoende Mariabeeld
Omstreeks 1625 keerden de eerste Domi
nicaanse priesters die na de reformatie
verdreven waren terug in Leeuwarden.
Zij vestigden zich bij enkele Dominica
nessen die in een deel van hun vrouwen
klooster aan de Bonte Papesteeg hadden
mogen blijven wonen. Katholieken die
hun geloof trouw waren gebleven, hadden
aan het begin van de zeventiende eeuw
een groot aantal panden in de Speelmans
straat en Bonte Papesteeg in handen
gekregen. De zusters moeten verschil
lende voorwerpen van voor de reformatie
heimelijk onder hun bezit hebben gehad.
In ieder geval was omstreeks 1628 het uit
de Sint-Vituskerk van Oldehove afkom
stige wonderdoende Mariabeeld dat in
de zestiende eeuw grote verering genoot,
bij de Dominicanen aanwezig. Dit beeld,
uit 1510, staat bekend als Onze Lieve
Vrouwe van Leeuwarden. Op de zondag
na Maria Visitatie -2 juli- werd het beeld
in processie door de straten van de Leeu
warder parochie van Sint-Vitus gedragen.
In de zestiende eeuw moet dit beeld bij
iedere Leeuwarder bekend zijn geweest.
Tegenwoordig is het volslagen onbekend.
Maar het beeld uit de kerk van Oldehove,
bestaat nog steeds en wordt zelfs nog door
pelgrims bezocht.
In 1679 werden, vermoedelijk na vol
tooiing van het Maria-altaar, achterin
het beeld de relieken geplaatst van de
martelaren Floridus en Benignus en de
martelares Clara. In een briefje dat de
Beheerscommissie van de Dominicuskerk
onlangs uit het archief van de Dominica
nen verwierf, staat:
Ik ondergetekende verklaar dat de
zeereerw. Heer Wilhelmus Foppens, deken
van Leeeuwarden, in opdracht van de
Doorluchtigsten en Hoogwaardigsten
Heer Joannes, bisschop van Castorië en
Apos-tolische Vicaris in deze gewesten,
in tegenwoordigheid van mij en de Eerw.
Heer Bavo Gaethsma, missionaris-pastoor
te Sneek, geopend heeft een doosje van
Rome gezonden en met zegels voorzien, in
welk doosje besloten werden gevonden de
heilige relieken van de Martelaar Floridus
en de Martelares Clara en de Martelaar
Benignus. Van elk dezer heilige relieken
heb ik rechtens een aanzienlijk deel ont
vangen in tegenwoordigheid van gemel
de beide Eerw. Heren. Derhalve moeten
genoemde relieken deze H.H.Martelaren
als echte en ware relieken vereerd worden.
Aldus getuig ik wederom de 27sten April
1679.
Ik Joannes Spanoghe van de Orde der
Predikheren Praedicator Generalis en
missionaris te Leeuwarden.
Enkele jaren daarvoor, in 1676, werd
een kelk aangeschaft, mogelijk uit het ate
lier van Moermans uit Antwerpen. Aan de
onderzijde is nog een gravering te lezen
LeOVdLC^LA,|t