i n
Herinneringen aan de Pieterseliestraat
7
René Kuipers De Pieterseliestraat is een zijstraat van de Oldegalileën aan de overkant doorlo
pend, tot aan de Dokkumer Ee, in het Pieterseliewaltje. De Oldegalileën liep vanaf
café Blauwhuis op de Hoekstersingel tot voorbij de afgebroken zagerij en houthan
del bij de houtmolen op de Houtpolle van Timmermans Zn. aan de Dokkumer Ee.
Volgens het Leeuwarder straatnamenboek van W. Dolk is Oldegalileën genoemd
naar het klooster Galilea dat enkele decennia aan de Ee heeft gelegen en dat in
1498 werd overgebracht naar de Tweebaksmarkt. De Pieterseliestraat ontstond in
1910.
Buurtgenoten
Laatst wandelde ik nog eens in de Pie
terseliestraat, waar ik tijdens de oorlog
mijn eerste jeugdjaren heb doorgebracht.
Mijn ouders hadden in het begin van de
oorlog de kruidenierswinkel op de hoek
van de Pieterseliestraat en Oldegalileën
van mijn oma, Tet Wieling overgenomen.
Mijn vader Piet was beginnend garage-
De winkel aan de Pieterseliestraat 2, met
reclameborden voor Persil, Zebra kachelglans,
Van Nelle, Maggi en Brasso
(Foto: Collectie R. Kuipers)
houder in Groningen, maar daar werd
het werk hem door de Duitsers onmoge
lijk ge-maakt. Van garagehouder werd hij
samen met mijn moeder Ankie tijdelijk
-tot ongeveer 1948- zelfstandig kruidenier.
Daarna verhuisden wij naar de Groninger
straatweg waar mijn vader weer als gara
gehouder begon. Mijn zusje Anneke werd
in 1945 in de Pieterseliestraat geboren.
Schuin tegenover ons, op de hoek Olde
galileën 133 en het Pieterseliewaltje was
de kruidenierszaak van de familie Platte
gevestigd. Ik meen een Spar- of Vivowin-
kel. Daarnaast op nummer 135 woonde
de familie Muiser; de man was metselaar.
Deze panden zijn, evenals de daarachter
gelegen Mariahof en het Pieterseliewaltje
vervangen door nieuwbouw. Op de andere
hoek, nummers 129-131 stond de broodfa
briek De Zelfstandigheid van Hoexum, nu
buurthuis Oldegalileën. Voorin het gebouw
was rechts de winkel en de expeditie, links
het woonhuis en achterin de ovens. In de
oorlog werden die soms gestookt met tak
kenbossen, die via de nog bestaande zij
deur achter werden aangevoerd. Naast
ons op Oldegalileën 32 woonde het gezin
Brugman met dochter Gelske en zoon
Daan. Brugman was grossier in koek en
banket. Hij had een eigen bakkerskar die
werd gestald in de overdekte steeg naast
hun huis. In de Pieterseliestraat tegenover
onze winkel lag de houten opslagschuur
van de Zelfstandigheid voor de karren van
de broodventers.
Ik herinner mij nog de namen van de
families Stroosma, Schol ten en Van Stra
len in de Mariahof. Waren Jan Stroosma
en Murk van Stralen, de later bekende
Friese kunstenaars, hun zoons? Het
adresboek van 1948 roept enkele namen
uit de Pieterseliestraat in herinnering.
Zoals van buurman Jordan die voor mij
een echte vlieger maakte. De vlieger werd
vervolgens door mijn vader en mij opgela
ten in een weiland van boer Hellinga aan
de Lekkumerweg. Helaas, bij gebrek aan
echt vliegertouw kort na de bevrijding,
brak de katoenen draad toen de vlieger op
zijn hoogste punt stond. In mijn gedach
ten zie ik mijn vader nog wel eens achter
de snel verdwijnende draad aan rennen,
over onverhoeds opdagende sloten sprin
gend tot de vlieger halverwege het Oud
Tolhuis uit zichzelf was geland. In de win
kel werden wij regelmatig bezocht door
Bonne van Praktische Hulp met zijn kist
vol handelswaar, o.a. veters. Als je niets
kocht, kreeg je de wind van voren.
Oorlog
Van de oorlog herinner ik mij de ver
plichte verduistering van de ramen en de
bewegende lichtbundels van de schijnwer
pers op het vliegveld, Fliegerhorst Leeu
warden, waarmee de Duitsers probeerden
geallieerde vliegtuigen in het licht te van
gen om ze met hun FLAK (Flieger Abwehr
Kanone) naar beneden te halen.
In een schoorsteenmantel had mijn vader
een radio met handmicrofoon verborgen
om naar de Engelse zender te kunnen luis
teren, zodat hij de volgende dag de klan
ten in de winkel kon inlichten over de vor-
LeOVdLC^LA,lt