33 Daarbij zullen ook het gebouw en de tuin kunnen worden betrokken in hun beteke nis voor die hulpverlening. Jan Menger, Ljouwert Het badhuis was vergeven van de luizen Dirk Vellenga vraagt in nummer 10 van Leovardia naar informatie over het bad huis aan de Wissesdwinger. De jaartallen weet ik niet allemaal meer, maar ik denk dat het omstreeks eind '40 begin '50 moet zijn geweest dat Hendrik (Henk) Schregardus, nadat hij afgekeurd was voor Indië in dienst kwam bij de gemeente en aangesteld werd als badmees ter in het badhuis. Hij woonde met zijn vrouw en vijf dochters in het brugwach tershuisje tegenover de Noorderbrug. Hij is daar, toen het badhuis gesloten werd, brugwachter geworden. Dat zal in de late jaren '50 zijn geweest. Later is het gezin verhuisd naar de Ee-straat en werd Henk Schregardus opzichter op de gemeentewerf. Hij is jong, 45 jaar, overleden. Eén van de dochters was gehandicapt en is ook jong overleden. Zijn vrouw leeft nog en woont in het Nieuwe Hoek. Zij is in 1972, nadat mijn moeder, Klaaske van der Haag overleden is met mijn vader, Tabe Annema, getrouwd. Haar heb ik nog het één en ander gevraagd. Wat zij zich kon herinneren was dat toen Henk Schregardus eind jaren '40 begin jaren '50 in het badhuis ging werken het erg smerig was en dat het badhuis onder de vlooien zat en dat er daardoor een terug loop was van baders en baadsters. Nadat hij met behulp van een werkster de boel weer schoon had, kwamen ook de mensen terug. Zij vertelde ook nog dat de ruim tes gescheiden waren door dunne muren en daar maakten de mannen een gaatje in om naar de blote dames te kijken. Dus toen Henk Schregardus daar achterkwam heeft hij een vrouwen- en een mannenkant gecreëerd. Dat betekende dat als het aan de vrouwenkant rustig was en bij de mannen druk toch gewacht moest worden. Als de badtijd om was dan riep Henk Schregardus dat en kon de volgende weer in bad. Van de afvoer van het water wist ze zich niets te herinneren maar wellicht kan een ander hierbij verder helpen. Mijn grootvader, Klaas van der Haag, ging iedere week in bad. Hij woonde toen op de Ee-buurt 12. Hij kende de familie Schregardus goed dus daarom mocht hij langer dan anderen baden. IJ da Annema, De Wilgen Hollanderwijk Hartelijk dank voor de folder De Hollander- wijk, een monument om in te wonen, bijlage bij Leovardia nr. 10. De folder, alsmede het artikel op blz 27, is met belangstelling gelezen, temeer omdat een oude familiefoto weer iets meer betekenis heeft gekregen. Op bijgaande foto het gezin Jorritsma, dat aan de Wijnhornsterstraat nr. 9 woonde. De foto is waarschijnlijk spoedig na het betrekken ervan (in 1914) gemaakt. Het jongste meisje op de foto is dochter Feikje, geboren in 1904. Verder op de foto nog (v.l.n.r.) zoon Eelko, dochter Marie, moeder Blieda Jorritsma-van Dijk en zoon Anne. Dochter Cis ontbreekt op de foto, evenals vader Hendrik (Heeft hij de foto gemaakt?). Martin de Boer, Houten. De Kleine en Grote Bontekoe Betreffende omslag Leovardia, foto 'De Kleine Bontekoe'. Werd uitgesproken niet met de klemtoon op 'Koe' maar op 'Bonte'. Exploitant in de tijd van deze foto was de heer Oele. Of hij het is met dienblad op de foto weet ik niet. Heb hem persoonlijk niet gekend. Zijn zuster Pietje was getrouwd met Johan Semler welke de uitspanning 'Zwartewegsend', oostelijk van Leeuwar den, exploiteerde. De heer Oele was een Zeeuw, waarschijnlijk uit Zeeuws-Vlaande- ren want hij en zijn zuster hadden moeite met het uitspreken van de letter 'h'. Hoe hij in de juist tegenovergestelde 'uithoek' van Nederland terecht kwam weet ik niet. Het zou evenwel goed mogelijk kunnen zijn door zijn zwager Johan, geboortig in Leeu warden. Semler en zijn echtgenote hadden elkaar ergens in het midden van het land leren kennen. Zowel de Kleine Bontekoe als Zwartewegsend waren zakelijk zeer succes vol. De heren Semler en Oele hebben daar uitstekend verdiend. Met name Semler was welgesteld. Een paar kilometer noordelijker was 'De Grote Bontekoe'. Precies enkele meters voorbij het punt waar de met iepenbomen omzoonde Stienserstraatweg (thans Mr. P.J. Troelstraweg) op de grens van Leeuwarden en Leeuwarderadeel eindigde en overging in de (kale) Brédyk. Zuidelijk van de Grote Bontekoe ging de Tsjessingaweg naar het westen. De Grote Bontekoe, hoewel buiten de dorpskom vrij eenzaam gelegen, was het centrale punt voor het verenigingsleven van de dorpsgemeenschap van Jelsum/Cornjum. Daar vonden vergaderingen en toneel avon den van de toneelvereniging Vriendenkring plaats. M.J. de Boer, Ascona (Switzerland) Het gezin Jorritsma aan de Wijnhornsterstraat in 1914

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2003 | | pagina 36