Arbeiders en middenstanders samen aan het dambord 16 Piet Tuik De Provinciale Friese Dambond vierde in 2003 zijn 75-jarig jubileum. Het jubile umboek bevat een interessant overzicht dat teruggaat tot de 17e eeuw. Blijkens een faillissement wordt het dammen al in 1687 beoefend in een Leeuwarder koffiehuis, maar pas sinds het begin van de 20e eeuw wordt er in clubverband gedamd. In 1925 wordt in Leeuwarden de damclub Leeuwarden als tweede Friese damclub opge richt. Men speelt in het voormalige Friesch Koffiehuis op de Wirdumerdijk en in dat pand ziet in 1928 ook de Provinciale Friese Dambond het levenslicht. Joodse geleerden aan het hof van Alfonso X, koning van Castilië en Leon, refereren al in de dertiende eeuw aan een bordspel dat enigszins op dammen lijkt en via de Arabieren zijn weg vindt naar Europa. Maar pas tegen het einde van de zestiende eeuw gaat de damliteratuur in Spanje over tot de benaming Juego de Damas, het spel met de dammen. Het Spaanse damspel verspreidt zich in het zog van de handel en het Spaanse wereldrijk over Europa. Tot diep in de achttiende eeuw wordt er in Nederland op een bord met 64 velden gespeeld en in die tijd zijn er naast het Spaanse damspel verschillende andere speelwijzen gangbaar. Langzamerhand verdringt het nieuwe Poolse damspel de andere varianten. Dit damspel is waar schijnlijk in Nederland ontstaan door het oude Spaanse spel over te zetten op een bord met honderd velden met de mogelijk heid tot achteruit slaan. Tegenwoordig wordt dit spel internationaal het meest beoefend. Vijf damborden in een koffiehuis In Friesland wordt al eeuwenlang op een afwijkende manier gedamd, waarbij dam men en schijven zowel horizontaal als ver ticaal naar alle kanten mogen slaan. Hiele Walinga uit Oudega (W) is erin geslaagd een stand van een schilderij van de Leeu warder schilder W.B. van der Kooi uit 1791 genaamd Damspelers in de herberg te herleiden tot een positie in het Molk- werums dammen. Sedert de jaren twintig van de twintigste eeuw beoefenen echter steeds meer Friese damclubs de nieuwe Poolse manier van dammen en dan verliest de ingewikkelde oudere Friese spelvariant langzamerhand terrein. Anno 2004 wordt het afwijkende damspel nog steeds in het westelijke deel van Friesland gespeeld bij ongeveer tien dorpsclubs onder de vlag van It Dambün Frysk Spul. De oudste vermelding over het damspel in Leeuwarden is te vinden in een boedel inventaris. Jan Rijckman exploiteert in Leeuwarden als eerste een koffiehuis De Drie Friessen en hij gaat in 1687 failliet. Belangrijk voor de damgeschiedenis is dat er kennelijk gelegenheid is tot dam men. In de achter-opkamer van de gefail leerde bevinden zich namelijk de spelle tjes: vijf damborden en twee borden voor het bonenspel. Helaas geven de stukken geen uitsluitsel welk damspel er wordt gespeeld en hoeveel velden de damborden tellen. In 1752 probeert Watse Verzijl in herberg Het Nieuwe Stadshuijs aan de Groentemarkt in Leeuwarden meester- brouwer Dirk Jenties een damprobleem voor te leggen. De laatste staat een bran- dewijntje bij hem in het krijt en dat wil hij zo terugverdienen. Maar de vermoeide meesterbrouwer is daar vanwege het late uur niet meer van gediend en het voorstel ontaardt in twist. Werk ruilen om te kunnen dammen Pas in het begin van de twintigste eeuw komt het dammen in clubverband op. In 1905 en 1917 vindt men in Leeuwarden sporen van damclubs die een kortstondig bestaan leiden vanwege gebrek aan vol doende structuur en leidend kader. Het Leeuwarder Nieuwsblad refereert in janu ari 1918 zelfs aan een Leeuwarder damclub die tot de landelijke bond is toegetreden. Er zijn negen leden en men speelt dins dagavonds in het Friesch Koffiehuis aan de Wirdumerdijk. Het bestuur bestaat uit J. van Rood jr., voorzitter, kassiersklerk H. Looijenga, secretaris en broodkarrijder S.J. Wierstra is penningmeester. Twee maanden later vervangt M. van Hoorn de voorzitter en al gauw lost de club op in de mist van de tijd. De in 1925 opgerichte damclub Leeu- Damspelers in herberg, geschilderd door Wil lem Bartel van der Kooi (Collectie Groninger Museum)

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2004 | | pagina 19