22
Jan van der Meulen en Gelske Ras op latere leeftijd tijdens een autoritje met dochter en kleinkinderen in 1936, gefotografeerd door
schoonzoon en chauffeur Gerard Bron Collectie R.J. Bron
de rest van zijn leven het beroep van
huismeester uit, laatstelijk bij Mr.W.L.
baron de Vos van Steenwijk, kamerheer
in buitengewone dienst van koningin Wil-
helmina. Koetsier Hidde Ras en keuken
meid Miene Koeslag bleven achter op het
Burmaniahuis in dienst van Mr. Johan
de Vries van Doesburg, de bewoner
gedurende de jaren 1912 en 1913. Ook
deze werkte bij het Openbaar Ministerie
als officier van Justitie in Leeuwarden en
Den Haag. Toen hij in 1913 vertrok, zorg
de hij er voor dat Hidde zich zijn gehele
verdere werkzame leven als koetsier, of
zoals mijn moeder placht te zeggen 'pal
frenier' kon uitleven op kasteel Bingerden
te Angerlo bij Doesburg. Dit was het bezit
van de familie Van Heeckeren en later
familie Van Weede. Hidde moest vlak na
zijn pensionering met lede ogen aanschou
wen hoe de Duitsers, toen die overhaast
moesten vertrekken, het slot nog gauw
even in brand staken.
Het einde van een particuliere
woning
Nadat de gemeente Leeuwarden in de
periode 1906-1909 had getracht het Bur
maniahuis te verwerven, kocht in 1912
verzekeringsmaatschappij de Algemeene
Friesche (later Ago, nu Aegon) de villa,
die in de jaren daarna werd aangepast om
te kunnen dienen als kantoorgebouw. Dit
ging ten koste van veel oude elementen
en versieringen, wat uiterlijk vooral tot
uitdrukking kwam in de strakke voorge
vel. Toch is de oorspronkelijke sfeer uit
1874 nog op veel plaatsen terug te vinden.
Ook in latere jaren werden er nog veel
aanpassingen verricht, waarvan veel
oudere Leeuwarders zich de beide beel
dengroepen herinneren, in 1946 gemaakt
door Tjipke Visser ter gelegenheid van
het 100-jarig bestaan van de maatschap
pij, die nu nog te bewonderen zijn in de
hal van het stadskantoor. Toen kon ook
een ellendige periode worden afgesloten,
waarin het gebouw gebruikt werd door de
Duitse Sicherheitsdienst, een tijd waarin
het Burmaniahuis het symbool was voor
onderdrukking en verzet.
Inmiddels is het Burmaniahuis onder
deel van het stadskantoor dat onder
architectuur van Jeanne Dekkers in 1994
tot stand kwam.