19 verd en met deze 'groote stucken' werd de aanval op de Vrouwepoort geopend, waar bij ook de vlakbij gelegen Sint Vituskerk zwaar werd beschadigd. Men slaagde erin de vijand buiten de stad te houden door vanuit de stadspoorten steeds weer felle uitvallen te doen. Toen Arkelens hoorde dat Karei V Leeuwarden te hulp kwam met een leger van 4300 man dat inmiddels met 160 schepen de Zuiderzee overstak liet hij hals over kop zijn leger opbreken. Het Gelderse beleg had acht weken geduurd. De nieuwe Vrouwepoort Het herstellen van de schade gaf de mogelijkheid om de stadsverdediging te moderniseren. De westelijke toegang werd uitgebreid met een rondeel (eilandje met kanonnen), een buitenpoort en een lange buitenbrug, ongeveer op de plaats van de tegenwoordige Vrouwepoortsbrug. De bouwkundige staat van het oude gebouw, dat nu binnenpoort was gewor den, was echter niet best meer. In 1579 kwam meester Joost Mattheusz uit Aalst, een bekende Zuidnederlandse vestingbouwkundige, naar Leeuwarden om de leiding te nemen bij de werkzaam heden. In het kader daarvan werd op 2 juni het startsein gegeven voor een algehele reconstructie van de Vrouwe poort. We weten niet of Joost Mattheusz invloed heeft gehad op het uiteindelijke ontwerp. Toen de restanten van het gebouw in het zicht kwamen werden er aan de oostzijde op meerdere plaatsen rooswinkels aangetroffen, wat erop wijst dat de eerste poort voor een deel in het nieuwe gebouw werd ingepast. Bij de nieuwbouw, die nog in hetzelfde jaar voltooid werd, werd een kleiner formaat steen toegepast. De poortierswoning Na de komst van de Hervorming wilde het stadsbestuur de typisch roomse naam van het poortgebouw omzetten in iets neutralers, zoals Oldehoofsterpoort of Bildtpoort. Maar voor de Leeuwarders bleef het de Onze Lieve Vrouwepoort. Nieuwe ontwikkelingen in de vestingbouw leidden er intussen toe dat men minder waarde hechtte aan de militaire functie van de stadspoorten. Daarom werd in 1612 de vlakke bovenzijde van het gebouw ontdaan van geschut. Op de verkregen ruimte werd een woning gebouwd voor de poortwachter of 'poortier', voorzien van trapgevels en een pannen dak. Aan weers zijden van het huis naast de torens kon de poortier beschikken over vier kleine drie hoekige 'plaatsjes'. Bij de plaatsjes aan de stadszijde was op de vroegere weermuur een houten hekje geplaatst. Op het zuid oostelijke plaatsje bevond zich het secreet (toilet) van de poortier. Naast de nieuwge bouwde poortierswoning vielen de torens nauwelijks meer op. Daarom werden ze met een geleding verhoogd en voorzien van een hoge spits met acht kleine dakka pellen en een kleine uivormige bekroning. In de loop van de 18e en 19e eeuw werd de woning op de poort meerdere malen ver bouwd en aangepast. Zo werden de trap pen van de gevels vervangen door een rollaag en de geveltoppen kregen een drie hoekig, later een segmentvormig fronton. Hoe zag het gebouw er uit? Afbeeldingen en een gedetailleerde beschrij ving uit 1813 geven ons een goed beeld van de vernieuwde Vrouwepoort. Het gaat om een gebouw met een unieke achtzijdige plat tegrond. Twee zijden bevatten elk een met zandstenen blokken omlijste poortdoor gang. De overige kanten werden gevormd door twee lage achtkantige torens met korte spits en vier 90 cm dikke muurgedeelten die een weergang droegen. De borstweringen van de beide westelijke weergangen waren voorzien van drie ronde, in zandsteen ge vatte schietgaten, de borstweringen aan de oostkant bezaten één zo'n schietgat. Het hele gebouw was rijk versierd met zandste nen lijsten, banden en hoekblokken. Aan noord- en zuidzijde gaf een poortje toegang tot het talud van de wal. Later werden bij verhogingen van de wal deze poortjes dichtgemetseld. Het teruggevonden gedeelte van de Vrouwepoort, ingetekend op een foto van de gevonden restanten. Dit zou tevoorschijn zijn gekomen bij een volledige opgraving. De in de tekening niet opengewerkte delen onder en naast de torens bezaten nog een stenen bevloering, misschien de bovenzijde van keldergewelven. De open ruimtes in het midden hebben waarschijnlijk eveneens de functie van kelder gehad. De lengte van de poort doorgang was 13,5 m, de frontbreedte bedroeg 7,90 m reconstructie A.J. Veeman Leova.'c^tA.lt

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2005 | | pagina 21