27
rust er nog een hypotheek op waardoor de
zorgen toenemen. Het echtpaar besluit
kamers te gaan verhuren. Het is de tijd
van de woningnood en ze bezitten op de
bovenverdieping vier grote kamers en
een keuken. De kinderen moeten maar
iets inschikken.
De jaren zestig brengen eindelijk ver
lichting. Zijn klanten hebben weer geld
voor luxe goederen en een horloge koop je
niet meer bij een grootwinkelbedrijf maar
bij de juwelier en horlogier. Zoon Johan
(1938) komt in de zaak waardoor Leo tijd
krijgt voor zijn hobby: de fotografie. Hij
levert regelmatig foto's van Leeuwarden
aan de kolommen van het Kleine Krantsje.
Tot aan zijn dood in 1998 blijft hij werken
want dat is hij zo gewend en als midden
stander tel je de eigen uren niet. Hij is dan
al samen met zijn vrouw verhuisd naar
Nylanstate waar de medebewoners nog
vele jaren van zijn diensten gebruik
maken. Soms ook nog voor een nieuwe bril.
Veel klanten uit de provincie bleven de
winkel trouw en dat is zo tot op de dag van
vandaag.
Zoon Johan Doodkorte heeft sinds hij de
winkel overnam in 1971 de inventaris en
de inrichting bewust niet aangepast aan
de moderne smaak. Oom Ferdinand zou er
zich zo weer thuis voelen. De werkplaats
met de machines achter de winkel zijn
dezelfde gebleven als tijdens de jaren van
weleer. Niets van vroeger is verdwenen en
de eigenaar komt zo nu en dan zaken tegen
die nog stammen uit het begin van de vori
ge eeuw. Het geheel is een voorbeeld gewor
den van een van de laatste toonbanken van
Nederland.
Het zijn zelfstandige ondernemingen die
geen onderdeel vormen van winkelketens.
Middenstanders die er genoegen in schep
pen hun winkel, inventaris en vooral de
aanblik van het geheel, oud te doen lijken.
Hun aanbod omvat artikelen die elders
niet meer te krijgen zijn. Het zijn bakens
in onze steden die de eenvormigheid van de
winkelcentra doorbreken.
Hoezeer deze worden gewaardeerd, is
wel gebleken toen twee jaar geleden een
vergelijkbare eenling, de winkel van de fir
ma Rauwerda de Pommerantenpries ont
ving van de historische vereniging Aed
Levwerd.
Rond de millenniumwisseling verscheen
een foto- en tekstboek met de titel: Wie past
er op de winkelmet daarin 27 landelijke
eenlingen. U vindt er detaillisten van four
nituren, fietsaccessoires, hoeden en petten,
kousen en sokken, paraplu's, chocolaterie
en op pagina 88 de winkel van Doodkorte
met een foto van de eigenaar, genomen voor
zijn prachtige vitrinekast met al het zilver.
Johan Doodkorte is naast bewerker ook
verzamelaar van zilveren voorwerpen en
een (bescheiden) collectioneur van schil
dergenres. Zo komt, passief, de kunstzinni
ge aanleg van overgrootvader en grootva
der weer naar boven in hun beider
De winkel van Doodkorte, Nieuwestad 25
naamgenoot. Aan de laatste toonbanken
kleeft het manco dat ze op termijn verdwij
nen. De eigenaren behoren tot de laatste
der Mohikanen. Ook voor de firma Leo
Doodkorte en Zn. heeft de klok geluid.
De eigenaar is pensioengerechtigd maar
ziet zijn werk als hobby en heeft geen ter
mijn gepland voor een afscheid. Twee zoons
heeft het echtpaar die, zoals het nu
lijkt, niet voor opvolging in de markt zijn.
Voorlopig wordt u aan de toonbank nog
bediend, als vanouds.
(Met dank aan Marian Salm)
Leova.'c^tA.lt