6
hun zaak om in de NV Elektrische Con
fectie Atelier om hun ambities te kunnen
realiseren. In 1915 worden weilanden
gelegen tussen Achter de Hoven en de
Potmarge gekocht, een jaar later gevolgd
door de aankoop van tuingrond en een vil
la van de familie Van Harinxma thoe
Slooten, die via verwanten uit de families
Vegelin van Claerbergen en Van Beyma
thoe Kingma dit deel van het oude
Mariënburgcomplex heeft geërfd. Het
geplande confectieatelier komt echter niet
van de grond en de gebouwen worden in
1920 publiekelijk geveild.
Pier Jan Talsma wordt de nieuwe eige
naar en vanaf de oprichtingsdatum 1 juli
1920 begint met hem het verhaal van het
Leeuwarder bedrijf dat later als Casolith
door het leven zal gaan.
De wortels van Casolith
De wortels van Casolith liggen in het ver
lengde van de zuivelindustrie die eind 19e
eeuw door particuliere initiatieven voor
zichtig van de grond komt. In het proces
van het aanzuren van de melk slaat het
melkeiwit (caseïne) neer, dat later vooral
zal worden toegepast in de papier-, tex
tiel- en cosmetische industrie. Uit caseïne
kan men met behulp van formaldehyde
caseïneplastic (kunsthoorn) maken dat
zal worden gebruikt in de knopenindus-
trie en in galanterieartikelen.
Vanaf 1895 wordt in Friesland met de
productie van gecondenseerde melk
begonnen. Dat stuit op weerstand bij de
Friese boeren die van origine veefokkers
zijn en niet ten onrechte vrezen voor hun
nering. Maar de nieuwe tijd is niet te
keren en steeds meer coöperatieve zuivel
fabrieken en condensfabrieken doen hun
intrede. Zo bundelen in 1898 zes coöpera
tieve zuivelfabrieken de krachten in de
Friesche Coöperatieve Zuivelexport Ver-
eeniging (Frico) en start de eerste con-
densfabriek in 1906 in Leeuwarden aan
de Sneekertrekweg.
Hindrik Hindriks Scheepstra pleit van
af 1906 als directeur van de Coöperatieve
zuivelfabriek in Dokkumer Nieuwe Zijlen
tevergeefs voor het oppakken van de pro
ductie van gecondenseerde melk. Hij
vindt een medestander voor zijn ambities
in de bekende Groninger grootindustrieel
Jan Evert Scholten, die in de herfst van
1912 de NV Leeuwarder IJs en Melkpro-
ductenfabriek (LIJEMPF) heeft opge
richt. Een jaar later vinden enkele coöpe
raties elkaar in de oprichting van de
Coöperatieve Condensfabriek Friesland
en in datzelfde jaar komt ook de Coöpera
tieve Zuivelbank, de voorloper van de
Frieslandbank, van de grond. Scheepstra
treedt als bedrijfsleider in dienst van de
Lijempf en ziet daar de mogelijkheden om
kunsthoorn uit caseïne te fabriceren. De
actieve ondernemer begint voor zichzelf in
een (onbekend) pand aan Achter de Hoven
onder de naam Scheepstra Caseïnewer-
ken. Veel te vroeg keert het noodlot zijn
inspanningen want hij overlijdt in 1918,
nog maar 43 jaar oud.
Pier Jan Talsma zet Casolith
op de kaart
In het jaar daarop neemt Pier Jan Talsma
de firmanaam en de inboedel over. Deze
31-jarige kaashandelaar woont aan de
Willemskade op nummer 41, vrijwel naast
de kaaspakhuizen die op beide hoeken
met het Wagenplein staan. Weldra vindt
hij geschikte bedrijfsruimte aan Achter de
Hoven in de vrijkomende bedrijfsgebou
wen voor een confectieatelier van Joosten
Co. De vele hoge en grote vensters van
dit gebouw wijzen nog op de oorspronke
lijke bestemming.
Vanaf 1920 legt Talsma zich aanvanke
lijk toe op de fabricage van lebcaseïne als
grondstof voor kunsthoorn. Maar hij wil
de vrijwel onbekende kunsthoorn zelf
gaan fabriceren en haalt de benodigde
kennis binnen door het aantrekken van
twee Oostenrijkse vaklieden. Het bedrijf
Hollandse Casolithwerken P.J. Talsma
levert de kunsthoorn af in de vorm van
platen, staven en vanaf de jaren dertig
ook in rondellen, onbewerkte knopen.
Vandaar de in de volksmond gangbare
benaming 'knoopkefabriek'. Na een moei
zame start durft de ondernemer, die voor
de zekerheid zijn kaashandel blijft drij
ven, zich in 1924 in het Leeuwarder
adresboek aan te duiden als industrieel.
De merknaam Casolith is afgeleid uit
een combinatie van caseïne en galalith
(Grieks voor melksteen). Het bedrijf slaat
aan en vanaf 1930 verrijzen er meerdere
gebouwen op het terrein. Casolith expor
teert ook kunsthoorn naar het buitenland.
Het exterieur van de kunststoffenfabriek N.V. Hollandsche Casolith Werken in 1953
Foto: Leeuwarder Courant