26 begonnen zet hij, deels noodgedwongen, voort, omdat hij het handwerk niet meer beheerst. Anderzijds sluit deze aan bij de na de eerste wereldoorlog ontstane wereldwijde productie van in serie gemaakte gebruiksartikelen. Zijn meest gedurfde beslissing neemt hij in maart 1932 als hij het eeuwenoude 'wolvenpand', waarin, zoals hij zei 'de bal ken aan de planken hingen', sloopt en architect Feddema Hzn opdracht geeft op hetzelfde grondstuk een praktisch inge richt pand te ontwerpen. Bij de opening op 15 september staat er een winkelhuis met magazijnen achter een winkel, een woonverblijf met erker op de eerste ver dieping en de slaapkamers erboven. Hij begint met artikelen voor de gehele huishouding. De kinderwagens verdwij nen in de jaren vijftig door de opkomst van speciaalzaken, de kachels en fornui zen volgen halverwege de jaren zestig. Ervoor in de plaats verschijnt een bonte verzameling van merk- en merkloze artikelen die langzamerhand de winkel ruimte verstoppen. Volle stellingen langs de wanden en ervoor de gestapelde klein- goederen in dozen en manden. Het door menigeen zo verfoeide 'consumentisme' komt in volle bloei en Willem heeft een goede neus voor de wensen van de Leeu warders en van hen van buiten. Op de eerste verdieping wordt de voor dit doel ontworpen toonzaal ingericht voor cassettes met couverts waaruit een aan staande bruid, meestal vergezeld van haar moeder, een keuze voor het leven kan maken. In de periode voor de grote sociale revolutie van de jaren '60 en '70 van de vorige eeuw was het namelijk gebruik, dat paren zich eerst verloofden en tegelijkertijd een datum voor het huwelijk bepaalden, waarbij de tijd tus sen beide gelegenheden werd gebruikt voor het sparen en vergaren van een uit zet. Daarbij hoorde ook de aankoop van een 6, 12 of meerdelige set lepels, vorken en messen in een sierdoos. Kookwinkel Van Erp Willem trouwde zelf in 1942 met de der tigjarige Anna Boersma. Zij kregen drie zonen: Adolf (Dolf) in 1944 (vernoemd naar zijn grootvader, maar niettemin een gedurfde voornaam in deze jaren), Willem in 1946 en Petrus Titus in 1949. Het lag in de lijn der 'nomenclatuur' dat Willem de zaak zou voortzetten maar hij koos voor het leraarschap. Dolf volgde een technische opleiding en is werkzaam in de vervoerslogistiek. Petrus (Pieter) was al vroeg geïnteresseerd in het winkelgebeu- ren, het gezin woonde er tenslotte vlak boven, en hoewel de ouders hun kinderen vrij lieten in hun beroepskeuze had Pieter deze keuze voor zichzelf als puber al gemaakt. Naast een middelbare opleiding leerde hij 'on the job' en nam in 1971 de verantwoording voor de zaak van zijn vader over. In hetzelfde jaar huwde hij met Marian Luinstra en betrokken zij traditiegetrouw de woning boven de win kel. De andere traditie was verbouwen en dat leverde in 2000, onder leiding van architect Vegter, een moderne, vergrootte winkelruimte op met een nieuwe pui, waarbij de originele koperen letters met de naam boven de etalage in een geslepen glaswand werden teruggeplaatst. De veranderingen in de smaak van de cliënt kosten meer hoofdbrekens. De komst van grote nationale winkelketens met vergelijkbaar assortiment en de snel le wisselingen in koopgedrag dwongen tot keuzes die leken op het proberen te zwem men zonder diploma. Een voorbeeld moge dit verduidelijken. Na de oorlog namen de klanten van Van Erp jaarlijks zo'n 1500 weckflessen af voor het inmaken van groenten en fruit voor het winterhalfjaar. Vanaf 1965 slonk deze gewoonte in een tweetal jaren van tweehonderd tot enkele tientallen. Verantwoordelijke: de snelle opkomst van de diepvrieskist. De nood zaak van het wecken en inmaken verviel. En eind jaren zeventig kwam de mondia le aanvoer op gang van de meest exotische producten, het gehele jaar rond. Het oude pand aan de Nieuwestad, hoek Wolvesteeg voor 1932 Collectie Van Erp Specialisatie leek een mogelijkheid; de keuze voor het loslaten van een divers assortiment. Zo ontstond de idee en de naam Kookwinkel Van Erp, een concept dat zich richt op de verkoop en zo nodig demonstratie van alle artikelen voor het koken, bakken en braden. De keuken als centrum van het huis. De vierde generatie van de 'oudste' zaak van de Leeuwarder middenstand is na anderhalve eeuw zelf standig gebleven. De brand in restaurant Kota Radja in de nieuwjaarsnacht van 2007 leek hier aan een einde te maken nog voor die mijl paal was bereikt. Door de zuidwester wind van 5 Beaufort werd ook de achter zijde bedreigd van enkele winkels aan de Nieuwestad en ook die van nummer 28. Door het inzetten van brandspuiten op de Nieuwestad en het Schavernek en door het draaien van de wind naar een iets westelijker richting, bleef het pand van Van Erp gespaard en werden die 150 jaar alsnog bereikt. En, zoals Pieter van Erp zegt: 'zoveel erbij als er nog gegeven zijn.' Leova.'c^tA.lt

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2008 | | pagina 28