Lcovaë^tA.!€ 25 Het paard van asman Vos en mijn moeder in de smalle Peperstraat in de jaren '30 Foto: H.A.Rollema stemd om gesloopt te worden voor de ver breding van de straat, wat men toen nodig achtte om het toenemende gemotoriseer de verkeer ruim baan te geven. De gemeenteraad aarzelde echter al vele jaren om een beslissing te nemen. Een ingrijpende verbouwing van de nieuwe zaak zou geld weggooien zijn geweest en ook andere investeringen bleken riskant. Daardoor was er aanvankelijk alleen een glibberige houten trap buitenom aan de achterkant van het huis van de eerste ver dieping naar de bovenverdieping; later kwam er toch nog een vaste trap binnens huis. Het huren van de oude verwaarloosde winkel hield ook verder nogal wat risico's in. Zo gingen mijn ouders artikelen verko pen die ze nog niet voldoende kenden, namelijk 'Visch Fruit'. Dat moest wel omdat klompen en sigaren in de drukke winkelstraten van het centrum niet veel gevraagd werden en ook omdat ze gedwongen waren om de aanwezige inventaris van de winkel over te nemen. Al spoedig bleek die inventaris waarde loos: bedorven blikgroenten, oude sloffe pinda's en andere noten, door ratten aan gevreten chocoladerepen, enzovoort. Tot overmaat van ramp opende de oude eige naar van de winkel opnieuw een zaak op de hoek aan het begin van de straat. En er was toen al een groentewinkel op de ande re hoek! Beide winkels gingen echter al gauw op de fles omdat ze elkaar te fel beconcurreerden, terwijl mijn ouders het in hun nieuwe winkel heel goed deden. Zo verkochten ze in een maand minstens een baal van honderd pond gebrande onge- dopte pinda's, door mijn moeder conse quent sausjes genoemd, ingekocht bij de Metz in de Uniabuurt, gebrand door bak ker Polstra en uitgevent aan de voorbijko mende bioscoopbezoekers. Ongetwijfeld gaf dat een vreselijke troep in de Cinema op de Wirdumerdijk. Ook hadden ze op zondagmiddag veel klandizie van de voet balliefhebbers die elders in de Peperstraat naar de voor een etalage opgehangen voetbaluitslagen kwamen kijken. Een radiotoestel om de uitslagen te beluiste ren had toen bijna nog niemand. In de toen nog heel smalle Peperstraat voelde mijn moeder zich helemaal thuis ondanks het feit dat de overburen letter lijk bij ons op tafel keken. Het was er heel gezellig en men leefde met elkaar. De vol gende anekdotes kunnen dat wellicht enigszins illustreren. Het paard van asman Vos Eens in de week kwam asman Vos langs met paard en wagen om het huisvuil te verzamelen. Het paard kreeg steevast van mijn moeder als versnapering een kool blad, een onverkoopbaar appeltje, peertje of een wortel. Het paard weigerde dan ook al spoedig verder te gaan zonder deze traktatie, tot frustratie van Vos. Na onze verhuizing naar de Nieuwestad 39 in 1931, waarover later, zette mijn moeder die traditie voort aan de paarden van Van Gend en Loos die moesten wach ten op de afleveringen aan apotheker Uffelie naast ons. Eens gebeurde het, toen het erg druk was in de winkel, dat een paard vond dat-ie te lang moest wachten en de winkel binnen kwam klossen met de wagen achter zich aan. Tot grote ontstel tenis van de aanwezigen in de winkel. Het duurde vrij lang voordat de voerman het paard weer buiten had. Het paardenlijf vulde de hele toegang tot de winkel. De voerman bezwoer mijn moeder niets meer aan de paarden te geven. Dat werkte niet want de paarden weigerden eenvoudig dienst zonder versnapering. Het kamertje achter de winkel in de Peperstraat is later opgesierd met een soort schoorsteenmantel waarop een klok en wat prulletjes. In een andere hoek stond het kleine kacheltje (duveltje), omdat van daar uit via een gat in de wand naar de keuken een afvoer naar buiten aangelegd kon worden. Op een zondag morgen stonden het kacheltje en de pijp roodgloeiend wegens de strenge koude en brak er brand uit bij de doorvoer door de kartonnen wand naar de keuken. Mijn vader had de tegenwoordigheid van geest de brand met een kokosmat te blussen. Mijn broer had ondertussen op de stoep: 'BRAND!, BRAND!' geroepen, waarop politieman Koningsveld kwam aange sneld. Hij hoefde verder geen dienst te doen maar het kostte mijn vader wel een sigaar. Overbuurman Bouke Leo Mulder ver kocht behalve boeken ook vulpennen. Hoe mooi je ook kunt schrijven met een echte gouden pen, soms vervuilen kanaaltjes van de inkttoevoer of moet om andere

Historisch Centrum Leeuwarden

Leovardia, 2000-2018 | 2008 | | pagina 27