- N x Mooie walsen van Strauss en van Emile Waldteufel. Ook werd er vaak een wals ge speeld van een Franse componist Mon- tagne, de naam van die wals ben ik ver geten. Daar kwam een onweer in voor, midden onder een dansende menigte. Later, wanneer het onweer voorbijtrok en de zon doorbrak, ving de danspartij weer aan met een slepend walsje. In de eerste jaren van 1900 kwam ook de muziek van de Operet tes „Ein Walzertraum", „Dollarprinzessin", „Lustige Witwe" enz. in de mode. Deze werken werden in het repertoire van het corps opgenomen. Toen kapelmeester De Jong 25 jaar aan het corps verbonden was, werd hem op de Langepijp een eredegen overhandigd. Om de veertien dagen speelde de Stafmu- ziek van het Eerste Regiment, later het Negende Regiment, Zondagsavonds in de Tuin. Het Eerste Regiment Stafmuziek gaf Woensdagsmiddags een concert, eveneens in de Tuin, gratis entree. Het Muziekcorps van het Eerste Regiment stond onder lei ding van Bicknese, later het Negende onder leiding van v. d. Berg. Zaterdagsavonds speelde de Schuttersmu ziek, later het Stedelijk Muziekcorps op de Lange Pijp voor de Herensociëteit. Daar was ook altijd een talrijk publiek aanwezig; men had toen niet zo'n last van toeterende auto's. Bij sleoht weer, wanneer er kans bestond dat de Schutterijmuziek niet door zou gaan, werd er voor de belanghebbenden op de Bonifatiustoren een vlaggetje uitgestoken, men behoefde dan niet te komen. De schutterij rukt uit 's Maandagsiniddags om de veertien dagen werd de schutterij in het geweer geroepen. De afmars was op het Wilhelminaplem, men ging langs Achter de Hoven naar het exercitieterrein of zogenaamde Sehutters- land tussen Zuivelfabriek en de plaats, waar thans de Gijsbert Japiexstraat is. Op het schuttersland werden de schutters ge oefend, evenals de soldaten. Een hele zwerm volk volgde de schutterij; het was soms een gedrang van je welstc. Wie her innert zich niet de mooie mars, die vaak bij de afmars werd gespeeld. „Punjoub" heette die mars (ik weet niet of ik het goed schrijf en ook niet wat het woord betekent). Wij noemden die mars ook wel schuttersmars. De muziek was ongeveer als volgt Natuurlijk speelde de Schutterijmuziek evenals de Staf, ook bij de verjaardag van de Koningin en dergelijke gelegenheden. Op 31 Augustus werd op het Wilhelmina- plein een volksfeest gehouden waarbij voor al het kuipje steken in het centrum van de belangstelling stond. Buiten de Stads- en Militaire kapel was er ook nog een burgermuziekcorps, het oud ste van Leeuwarden. Het heette „Concor dia" en stond al vrij spoedig onder leiding van de heer G. Stelpstra. Eens haalde de schutterijmuziek, onder leiding van de heer H. de Jong op een concours in Tilburg de eerste prijs. Toen was het feest. De muzikanten werden van het station gehaald door „Concordia Later zijn er natuurlijk nog andere muziekcorpsen opgericht waarvan „Ons Genoegen" nog een mee van de oudste is. In 1913 werkte „Concordia" ook mee aan de Onafhankelijkheidsfeesten. Er werd, met een hele groep daarvoor geoefende jongens, de kleppcrmars van Jan Morks uitgevoerd. Ook toen was geweldig veel volk op de been. In de courant stond toen „Gjin aid wiif bleau by it Spinnewiele" en bij een latere gelegenheid: „Er werd gesprongen en gedanst en gehost, er kwam ook wel eens een jonge meid in het gedrang en meeslierende pluchebanden bewezen, dat de japonnen cr niet altijd goed afkwamen.' Bij grote parades werd door de schutterij het vaandel opgehaald bij Kolonel Sas. wonende in de Grote Kerkstraat naast Grei- danus. Bij het overhandigen van het vaan del werd het nieuwe Wilhelmus gespeeld, meestal volstond men met de eerste regel. Was er parade van soldaten dan stond er op de hoek van de Lombardsteeg een mili taire hoornblazer die een signaal liet klin ken wanneer de kolonel in aantocht was. Gouverneur (Commissaris der Koningin) burgemeester en stadsregering waren dan meestal aanwezig met hun dames. Er volg de een défilé, eerst in gewone en daarna in versnelde pas. Het was wel een mooi gezicht: het gehele regiment in groot tenue. De officieren met de pluim en soldaten bajonetten op het geweer en op de chaco een cocarde, die met een gele bal met een wit balletje was versierd. In de volksmond noemde men dit wel „citroen met suiker". Altijd was er bij zo'n gelegenheid een ge weldige mensenmassa op de been. De schutterij werd op 31 Juli 1907 opge heven. Het vaandel werd overhandigd en in het Stadhuis opgeborgen, waar het nog wel op zijn lauweren zal rusten. De schut terijmuziek werd voortaan het Stedelijk muziekcorps en stond nog vele jaren onder leiding van de heer De Jong. liet werd van nieuwe uniformen voorzien. Na de heer de Jong kwamen Richard Boer, Paardckoper cn Zonderland. In de tijd van dc laatste leiders is het symphonie-orkest S.O.L. op- gerioht, waarin ook verscheidene leden van de Schutterijmuziek speelden. Het corps is verdwenen; ik denk dat h»t verminderd Tuinbezoek daarmede de oorzaak van is: maar het zal nog altijd in de her.nner.ng van de oudere Leeuwarders blijven voort leven. P- v- d. BRUG De laatste samenkomst van de Leeuwarder Schutterii was op 31 Juli 1907, toen het vaandel naar het Stadhuis werd gebracht. Dit was het einde van een roem ruchte episode in de geschiedenis van Leeuwarden. K WAT K IJ Ik bin oan 'e ein fan myn humaen Latyn. der is gjin treast yn blommen sinne of wyn. Der is bihald foar earme minskes'elen yn Kristus' krus en al it oare is ski/n. FEDDE SCHUREB

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1953 | | pagina 9