a l\et bonte jeeot
r~V>ze inleiding moge dienen om u voor
zover nodig het juiste begrip bij
te brengen voor wat er in de Leeuwarder
bladen is geschreven over het feest van
de Bonte Stad. In het algemeen was het
oordeel stellig gunstig. liet initiatief is in
alle toonaarden geprezen, omdat van alle
kanten is gevoeld, dat er in de Friese
hoofdstad eens iets op touw moest worden
gezet, omdat we anders op de achtergrond
zouden raken, ondanks het feit, dat
Leeuwarden naar omvang en betekenis on
betwistbaar de eerste stad van ons gewest
is. Het plan om een feest te organiseren
werd dus goed ontvangen, goed ontvangen
zijn ook de uitwerking en de uitvoering
daarvan.
Dit gold speciaal de Braderie, die inder
daad een ongekende en dus verrassende
gezelligheid aan de binnenstad heeft ge
geven. Zo'n fleurige kraampjes-markt blijkt
het uitstekend te doen en het publiek be
wees zijn belangstelling, door in dichte
drommen naar de „braderiestraten" te
trekken. Loffelijk was de afwerking van
vele stands, die van de smaak van de
zakenmensen getuigden en tegelijk van hun
streven om bij deze gebeurtenis met iets
origineels te voorschijn te komen.
pvaardoor viel het dubbel op, dat er vrij
■*-' vqpl hiaten in de rijen kraampjes zaten.
De organisatoren van dit onderdeel van
het feest hebben bij de voorbereiding
met veel vooroordeel en veel wantrouwen
te maken gehad en ze hebben deze kwade
invloeden niet geheel kunnen overwinnen.
We sluiten ons aan bij veler opvatting, dat 't
succes van deze Braderie stimulerend kan
zijn recht is gekomen door de grote afstand
tussen corps cn toehoorders.
II/laar uit dergelijke dingen kan men lering
putten voor een volgende keer -
vooropgesteld dan, dat er een volgende
keer zal zijn. De wenselijkheid daarvan is
met klem bepleit, vooral in de kranten.
Ook daarbij sluiten we ons graag aan, in
de eerste plaats, omdat „Leeuwarden Bonte
Stad" een goed en gezellig feest is geweest,
in de tweede plaats omdat het opwerken
van Leeuwarden tot een levendig en soms
zelfs blijmoedig centrum van Friesland
alleen kan slagen, wanneer men op de in
geslagen weg voortgaat.
Dat men daarbij moet proberen de basis
te verbreden, zoals een van de plaatselijke
dagbladen schreef, lijkt ons juist. Er is
bij deze eerste Bonte Stad bedroevend
weinig aandacht besteed aan het culturele
leven en dit zou niet alleen wenselijk zijn
maar het is ook mogelijk in de provinciale
hoofdstad, die het culturele centrum van
Friesland is.
IZI is een tijd geweest, dat in de kranten
bijkans elke gebeurtenis „uitstekend
geslaagd" heette. Men moest het bij
feesten en bijeenkomsten wel erg bont
maken, wanneer deze vorm van lof en
waardering er niet meer af kon voor „het
actieve bestuur" en voor „de medewerkers
die het publiek vele genotvolle ogenblikken
hebben bezorgd". Dat was in de tijd, toen
„ieder na afloop welvoldaan huiswaarts
keerde."
Tegenwoordig zijn de krantenschrijvers niet
meer zo traditioneel-uitbundig, ze juichen
niet zo gemakkelijk meer als vroeger en ze
laten zich niet vermurwen door de over
weging, dat de organisatoren zulke beste
mensen of.zulke beste adverteerders
zijn. En daardoor heeft de beoordeling dooi
de kranten aan betekenis gewonnen; hel
publiek kan ervan overtuigd zijn, dat het
de serieuze opvatting van de beoordelaai
te lezen krijgt. Die opvatting blijft natuur
lijk voor rekening van de schrijver en kan
er volgens andere deskundigen glad naast
zijn, maar dat is niet het ergste. Het staat
niet meer bij voorbaat vast, dat het „al met
al een geslaagde bijeenkomst" zal zijn.
werken op de samenwerking onder de mid
denstanders, wier particuliere belangen toch
waarlijk niet meer het beste gediend zijn
door het betrachten van een zorgvuldig
isolement. Wanneer Leeuwarden zijn be
tekenis als winkelcentrum van de provincie
wil behouden, dan zal dit niet door de
winkelier A. kunnen gebeuren, maar alleen
door de winkeliers van het hele alfabet
met elkaar. In deze trant hebben bij de
opening van de Braderie ook de burge
meester en de heer Schaaf, de voorzitter
van het Bradcriecomité, gesproken.
Daarnaast waren er enkele dingen, die
reden tot critiek hebben gegeven, zonder
dat deze critiek nu bepaald in het princi
piële vlak ligt. Men weet, dat op de slot-
avond moeilijkheden zijn geweest bij de
wegafzetting, vooral bij „De Groene
Weide", men weet ook, dat het concert
van de Amsterdamse Politiekapel niet tot