$e e/eeuwwier ^meenscljaji
Woorden verdwijnen
Woorden verschijnen
Feite» en feitjes
uit de vorige eeuw
3
Maandblad onder auspiciën van de
Stichting „Leeuwarder Gemeenschap"
2e jaargang No. 6 Juni 1953
Redactie-commissie
Dr J. G. Aalders
Mevr. A. J. Bearda Bakker-Stuiveling
J. K. Dijkstra
Pater P. v. d. Eisen O.P.
J. J. La Maitre
Jhr J. W. J. Witsen Elias
Hoofdredacteur: W. H. Kuipers
Adres Redactie en Administratie:
Voorstreek 101-103. Telefoon 8348.
Abonnementsprijs f 1.80 per jaar
Giro-nummer 9910 ten name
N.V. Erven Koumans Smeding. Leeuwarden
Naar aanleiding van het ingezonden artikel
van de heer Kemp in „De Leeuwarder Ge
meenschap" van April '53, ben ik zo vrij
op te merken, dat een genier niet is de
groenteboer, maar de groentekweker. Een
groenteboer noemden wij groente-suteler.
De verandering van verschillende woorden
in het Stadsfries merkten wij als kinderen
reeds op (ik hen van 't jaar 1898). Onze
ouders en grootouders zeiden bijv. sohunen,
Sundag, wat een guud (voorraad) skuun-
puutse(r)sguud, waar wij voor de uu, de oe
uitspraken.
Rooie suker, wij: brune suker, sknstien, wij
skoo(r)stien.
Bij de verdwenen uitdrukkingen hoort zeker
die voor: „ik ga op straat," waar wij zeiden:
„ik gaan op 'e dyk": De „geniers" gingen
niet naar de tuun, maar naar 't land.
In mijn kinderjaren was er wel degelijk
verschil tussen het schieten met knikkets
en met koegels. De laatste waren veel duur
der en we hielden ze soort bij soort. De
„knikkets" hadden op hun beurt de „pie-
pets" verdrongen, waarmee ikzelf nog veel
„gepompt" heb. Hierover heb ik destijds al
eens geschreven naar de redactie van de
L. C., n.a.v. een vraag over vroegere kin
derspelen.
Het koegelen noemden wij koegel-sldete.
Grotere jongens, ook wel getrouwde man
nen, gingen vooral Zondagsmorgens, bak-
ke(r)t-skiete (in 't busgroentsje) door de
goten langs de klinkerbestrating.
Bij begroeting van oom of tante kwam hun
voornaam erbij en ook tijdens een gesprek
werden beide woorden genoemd, wat onze
kinderen niet meer deden. „Het Oome
Hannes oek wat foor mij in 'e busc?" Buse
is nu „sak". Een puudsje is nu een sakje.
Een kleurige omzoming van hel fietspad van de Groningerstraatweg.
Als ik over meer vrije tijd beschikte, zou 'k
U zeker meer voorbeelden kunnen noemen.
(Graag! Red. D. L. G.)
R. TERPSTRA, Hempens
Geboren oude(re) Leeuwarder zijnde, heb
ik met belangstelling het artikeltje „Liw-
wadden" van de heer Jeeninga gelezen.
Hij spreekt daarin er zijn verwondering
over uit dat het dialect, dat nog wel in
Leeuwarden gesproken wordt het Luwad-
ders wordt genoemd.
Zo is het mij gegaan toen ik enige jaren ge
leden voor het eerst, naar ik meen in de
Leeuwarder Grt., tot mijn verwondering
in plaats daarvan „Liwwadder" zag afge
drukt.
Een „leeuw" was hier ter plaatse toch altijd
een „luw." Men sprak van de luwen fan
de Kanselarij en hij het raden hij cent-op
gooien luidde altijd de vraag: „Kop of
Luuw?" Vandaar dat het begin van het
woord Leeuwarden, „Leeuw", ook als
„Luuw" werd uitgesproken, vooral vóór en
omstreeks de eeuwwisseling.
Is „Liwadden" niet meer te beschouwen als
een vermenging van oud-Luwaddcrs en
Nederlands?
J. J. IIILARIUS
18 Nov. 1813. Prefekt Verstolk legt zijn
ambt neer. De eerste kozakken verschijnen
in Leeuwarden onder aanvoering van bet
man Jesouw Rebreef. Het gezag berust in
Friesland hij Gerrit Ferdinand baron van
Asbeck.
24 Nov. 1813. Verschenen bij J. W.
Brouwer te Leeuwarden: Russisch en Hol
lands woordenboek, 8 stuivers.
2 Dec. 1813. Het algemeen bestuur der
Verenigde Nederlanden benoemt Hector
van Sminia en Ennius Harmen Bergsma tot
commissarissen-generaal van Friesland.
4 Dec. 1813. De tijding van de intocht
van de Prins in Den Haag wordt te Leeu
warden vernomen.
8 Dcc. 1813. Heel Dokkum loopt uit om
de nationale garde te zien, die onder com
mando van luitenant-kolonel Hajo Beek-
kerk per jaagschuit van Leeuwarden naar
Delfzijl gaat.
12 Dec. 1813. Het Friese volk stroomt
kerkwaarts om de dankstond bij te wonen
voor de verlossing van het Franse juk.