poótduil in de lucUt en de duivenltouder bij het Uok In dit artikel vertelt de secre taris van de Leeuwarder Con cours-Combinatie TH. SMEDING iets over de duivensport V oorbereidingen 8 Al atuurlijk hebt U voor de radio teel eens gehoord, dat. er postduivenberichten werden omgeroepen. Ik maak me zelfs sterk dat U, als de omroeper hiermee bezig is, de knop van Uw toestel niét omdraait. De berichten zijn immers maar kort en.verdraaid 't is wel leuk ook te weten vanwaar deze dieren helemaal komen vliegen. Ja zeker.U hoorde het goed. Uit Orleans, uit Bordeaux helemaal uit het zonnige Zuiden van Frankrijk. Een afstand van 1000 km van ons goede Leeuwarden verwijderd. H" r zijn in Leeuwarden ruim 160 houders van postduiven, georganiseerd in een vijftal verenigingen. Vier dezer clubs (n.l. „de Reisduif", „Expresse", „Eendracht" en „Oldehove") vliegen binnen het verband van de Nederlandse Algemene Bond van Postduivenhouders. Zij beoefenen deze sport op Zondag; terwijl één club („de Trochsetters" is aangesloten bij de Nederl. Bond v. Zaterdagvliegers. Deze laatsten houden bun wedvluchten om principiële redenen op de Zaterdag. Tezamen bezitten onze Leeuwarder „duivenmelkers" zo on geveer 2750 duiven! Al deze dieren heb ben een aluminium voetring om de linker poot, waarop een nummer staat, verder de aanduiding „Holland" en het jaartal van de geboorte van de vogel. Deze ring krijgt de duif om als ze 6 a 7 dagen oud is en ze kan slechts door knippen weer verwij derd worden. De nummers van de duiven staan stuk voor stuk ingeschreven bij het ringen- bureau van de samenwerkende landelijke bonden. Dit bureau is een pracht instelling! Immers het komt wel eens voor dat een lief hebber een zijner gevleugelde vriendjes kwijt is. Wanneer de vogel op een hok er gens in Nederland is binnengevlogen, dan geeft de opvanger hiervan bericht aan het bureau en prompt binnen twee dagen heeft de eigenaar, op wiens naam het ringnum- mer staat ingeschreven, hiervan bericht. Ook degene die de vogel als „aanvlieger" opgeeft, krijgt te horen van wie het diertje h.M is, dat bij hem binnen kwam. liet adres van dit nuttige bureau is Ringenbureau N.P.O., Kethelweg 17, Vlaardingen. Maar we dwalen af; ik zou U iets vertel len over de postduivensport en hoe het hierbij toegaat. Kijk, uw achterbuurman in de andere straat is postduivenhouder. Hij heeft zo'n twintigtal duiven op z'n hok en U hebt ze zeker wel eens in een koppel zien vliegen. Met welk een snelheid duiken de diertjes voor de wind af. 't Lijken wel kleine straaljagers (maar dan gelukkig zon der geluid). De heer J. van der Horst tracteert vier van zijn duiven Terwijl z'n duifjes vliegen is de baas druk bezig het hok schoon te maken. Het hok is een eenvoudig meestal zelfgemaakt - plankengeval. Licht en lucht dat zijn de twee hoofdbeginselen die er aan ten grond slag liggen. Dat moet ook, want slechts in zo'n omgeving kan de duif gedijen. Tocht en natheid brengen het dier uit vorm en zijn dus funest. Verder vinden we op het hok een voer bak, een drinkpot en een gritbakje. Naar gelang van 'het jaargetijde worden de duiven één of twee keer gevoederd. Met mate overigens, want goede vliegers kunnen niet te vet zijn. Een athleet weegt ook geen 200 pond! Als er jonge vogels in de broed- sehotel liggen, krijgen ze echter wat meer dan normaal, want dan moet het ouderpaar het kroost voeren. En die kleinen lusten heel wat! Zaterdagmiddag gaat de baas met een viertal vogels naar de inkorfplaats. Hij heeft een lijst bij zich, waarop de ring- nummers van z'n duifjes staan. De inkorf- commissie controleert deze met de voet ringen en schuift dan aan de rechterpoot van elke duif een gummiring. Ook deze ring heeft een nummer en dat wordt op de lijst voor elke vogel bijgeschreven. Nadat de vracht is betaald en een kleine wedden schap is afgesloten (een soort totalisator is ook hier toegestaan) worden de lijsten door de penningmeester opgeborgen. De duiven worden daarna in grote platte rieten korven gestopt en gaan per bakfiets naar het station, alwaar ze in een wagon worden verzameld. Om zes uur vertrekt de trein en daarin schommelt een volle wagonlading duiven- manden mee. Tijdens de reis naar de los plaats staat het duiventransport onder toe zicht van een convoyeur (begeleider) van de betreffende bond. Deze is steeds aan wezig in de wagon zelfs des nachts en hij slaapt op een kampbed bij de duiven. Vroeg in de morgen komt de trein in Sittard aan. Hier zullen de duiven worden gelost. Na het uitladen krijgen de duiven in zin ken bakjes, die gemakkelijk aan de man den kunnen worden gehaakt, water en enige handenvol voer. De lossing geschiedt om zeven uur. Het is helder, mooi weer en de wind is matig Noord-Oost. Vliegensvlug worden de grote uitvliegklcppen van de manden losgetrok ken en daar spatten de duiven al omhoog. Ze draaien in een grote cirkel hoog over de los-plaats. Spoedig hebben de eersten de juiste koers gevonden en dan gaat het in sneltreinvaart naar het hok terug, ergens in een bleekje aan de Tichelstraat in Leeuwarden. Al naar gelang de windrich ting worden er snelheden gemaakt van 1000

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1953 | | pagina 8