Bouwmeester onbekend
^emeenscljali
5
de
hetzelfde jaar Ilylckje Arnoldi Jellama,
weduwe van Pieter Pietersz.
Door zijn huwelijk verkreeg Dirck Alberts
liet huis in de Klokstraat, dat in 1607 door
zijn vrouw was aangekocht en waaraan hij,
als uithangbord „De vergulden Bijbel" liet
aanbrengen. Hierin vestigde hij zijn boek
winkel en zijn drukkerij.
Er zijn niet veel uitgaven van hem bekend:
in 1625 publiceerde hij: „Het grote Liede-
Boeck van L.C." (Lenaert Clock); in 1630:
„Een scherpe spore tot Ghebedt, Danck-
baerheyt ende Boetveerdicheyt", door
A.D.E. (Elshemius); in 1633: Juste fune-
bria in mortem Ernesti Casmiri", door Edo
Neuhusius; in 1634: Het Nieuwe Testament,
met Psalmen, vertaald door Datheen; in
1635: twee werkjes van Hero van Schin-
gen, terwijl er in 1641 een boekje verscheen,
getiteld: „Spaensche Dromen, Oft seven
wonderlijke ghesiehten van Dom Francisco
de Quevedo", vertaald, dat door Ledeboer
aan Dirck Alberts en door Eekhoff aan
Claude Fonteyne wordt toegeschreven.
Dirck Alberts en zijn vrouw waren blijk
baar welgestelde lieden, daar zij ook andere
huizen aankochten. In 1636 verkochten zij
„De vergulden Bijbel", onder bepaling, dat
dit huis gedurende twee jaar niet aan een
boekverkoper verhuurd mocht worden, maar
op 11 October van hetzelfde jaar werd het
reeds weer verkocht aan de bekende druk
ker en boekverkoper Gysbert Sybes. Het
uithangbord had Dirck Alberts bij de eerste
verkoop voor zich zelf behouden.
Intussen liet hij het prachtige huis in de
St. Jacobstraat bouwen, dat het jaartal 1635
in de gevel draagt. Oorspronkelijk liep dit
perceel verder naar het Westen door: in
1642 verkoiren Dirck Alberts en zijn vrouw
het achterste gedeelte van dit pand, dat
achter de tuin lag, onder bepaling dat de
kopers hunne bezitting door een muur zou
den afscheiden van de tuin van het grote
huis. Indien de Irovengenoemde „Spaansche
Dromen" van de pers van Dirck Alberts
zijn, dan zal zijn drukkerij waarschijnlijk
gevestigd zijn geweest in dit achterhuis. In
deze verkoopacte wordt Dirck Alberts nog
„burger en boeckvercoper'' genoemd; drie
jaar later heet hij in een acte „burger":
wellicht zal hij zijn zaken in 1642 aan kant
hebben gedaan.
Niet lang hebben Dirck Alberts en zijn
vrouw het grote huis bewoond. Was de
bouw hun krachten te boven gegaan? In
1645 verkopen zij hun „nieuwe huysinge
in de St. Jacobstraat" aan de koopman Jan
Janssen van leken en zijn vrouw Martien
Diorresdr. voor 5S00 goudguldens.
ie was de bekwame bouwmeesterdie
Leeuwarden verrijkt heeft met een
gevel, die nog steeds een sieraad der stad
is? ba is niet bekend, maar in verband
hiermede wijs ik op een zinsnede, voor
komende in de verkoopacte van het achter
huis uit 1642, waarin gezegd wordt, dat
deze verkoop geschiedde door „tusschen-
spreecken van Goslick Aernts, Freeck
Kriins en Eylart Dircks mr. Timmerlutjden
en Metsélaer binnen deser stede". Zouden
eenvoudige ambachtslieden in deze kunst
zinnige eeuw niet de ontwerpers van de
gevel geweest kunnen zijn? Wat de gevel
steen betreft, deze duidt aan, dat een druk
ker het huis heeft laten bouwenniet, dat
het. zoals het sinds 1642 bestaat, tot een
drukkerij gediend heeft.
Het huis veranderde dikwijls van eigenaar.
In 1649 ging het van de koopman Jan
Janssen van leken over op de muntmeester
Conraedt Raed. Deze verkoopt het in 1652
aan Willem Heerts Schoolstra, die het in
1655 overdraagt aan Focko Sikkes. In
1685 verkopen verschillende personen, on
der wie Sicco Fockes, het aan de notaris
Johannes Bentingh: het huis is dan verhuurd
aan de apotheker Winter. Van deze gaat
het in 1705 over op Hendrick Frieswijk, die
later schepen en burgemeester van Leeu
warden werd.
Tot 1793 is het in diens geslacht gebleven,
toen Juliana Andreae, weduwe van de advo
caat mr. Hendrick Frieswijk Jr., het ver
kocht aan Epke Koos van Bienema en zijn
Bij de foto's:
De foto op de pagina hiernaast toont
de prachtige bewerkte top van de gevel
van het pand St. Jacobstraat 13.
Hoeveel voorbijgangers in deze drukke
straat hebben ooit opgekeken naar dit
historische stukje bouwkunst? Hier
onder nog een deel van deze gevel, met
het relief, waarin voorstellingen voor
komen, die verband houden met het
drukkersambach t
Maandblad onder auspiciën van de
Stichting „Leeuwarder Gemeenschap"
2e jaargang No. 1 O October 1 953
Redactie-commissie
Dr J. G. Aalders
Mevr. A. J. Bearda Bakker-Stuiveling
J. K. Dijkstra
Pater P. v. d. Eisen O.P.
J. J. La Maitre
Jhr J. W. J. Witsen Elias
Hoofdredacteur: W. H. Kuipers (Tel 8734)
Adres Redactie en Administratie
Voorstreek 101-103. Telefoon 8348.
Abonnementsprijs f l -80 per jaar
Giro-nummer 9910 ten name
N.V. Erven Kouraans Smeding. Leeuwarden
vrouw Susanna Bergsma. Het was toen
verhuurd aan de raadsheer jhr. J. van
Haren. Mevrouw de wed. van Bienema—
Bergsma stierf in dit huis in 1836. Daarna
werd het bewoond door de heer D. T. van
Kolde Reneman, totdat het in 1848 over
ging op de heer Johannes Egberts Kuipers.
Drie geslachten Kuipers hebben daarop dit
huis bezeten, n.l. bovengenoemde J. E.
Kuipers, diens zoon Egbert Johs. Kuipers,
diens kleinzoon Johs. Egberts Kuipers. De
in dit pand gevestigde bakkerij ging in
1915 over aan de N.V. Dam's Brood- en
Koekfabriek. In 1928 werd het huis eigen
dom van de vereniging Hendrik de Keyser,
die bet verhuurde aan de Fotohandel Van
Kampen.
R. T. H.
H™