1 r a n de heer ners". loor de wie het e plaats i toege- ïsis van eid be- t in de literaard heel het s. Wan- ongeluk •ldingen 11 bij de J laatste vroeger en aan- tegen- actieve t deze dier en is van spreekt ikje be- een ten c in het ef. van het •nleving ren be rin niet andelen n. En It, dan sboden. ste wat eigen 1 anneer dieren- e moei- g altijd in het zwerf- tehuis is de pas ge- i. Vaak den of zonder Je ver- et ver teen te en ge- rijnien ver de is het te be- i. De op, ze worden een last in huis en moeten de deur uit. Waarheen? Wanneer men zich niet tijdig (en dat is vóór de geboorte) van de mogelijkheden heeft overtuigd, dan blijkt het vaak onmogelijk te zijn een plaatsje te vinden. Het aanbod is nu eenmaal groter dan de vraag Wie de dieren een goed hart toedraagt, moet harde maatregelen niet schuwen op het moment, dat daarvoor het geschiktst is Dat is: direct na de geboorte. Heeft u dan geen goed toekomstig tehuis voor de dieren, verlost ze dan meteen van de latere misère. Een huisdier gediit alleen in een gezin, waar het als een welkome huisgenoot wordt be schouwd. Is zo'n gezin niet bekend, dan moet het dier verdwijnen, voordat het is opgegroeid. Het beste is Dierenbescherming (telefoon 6704, adres: Schavernek 1) met dit onaan gename karwei te belasten. De diertjes worden, tegen een geringe vergoeding, op gehaald en met chloroform gedood. Wanneer dit niet gebeurt, dan is de kans op een vergroting van het leger zwerfdieren groot, tenzij de honden en katten recht streeks naar bet asyl van Dierenbescherming worden gebracht. Ook de zwerfdieren komen daar meestal terecht, nadat ze op de straat zijn opgepikt. Een dierenasyl is een onmisbare en nuttige instelling, maar dit neemt niet weg, dat het leven voor de dieren daar bijzonder troosteloos is. Ze krijgen hun „natje en droogje'' op tijd, maar verblijven er in een soort verzekerde bewaring, waarbij de in vrijheidstelling afhankelijk is van de komst van een toekomstige baas. Ook hier is het aanbod groter dan de vraag, zodat vele dieren practisch nooit aan bod komen. De bevolking van het asyl aan de Greuns- weg bestaat dus voor een belangrijk deel uit zwerfdieren, opgehaald door de mensen van Dierenbescherming of binnengebracht door mensen, die een zwerver hebben ge vonden. Ook daarbij blijkt de medewerking van het publiek weer groot te zijn; van de vele voorbeelden, die dit bewijzen, willen we één vermelden. Onlangs vond een N.T.M.-chauffeur in de vroege ochtend een poesje, dat hij meenam naar het busstation. Daar belde men Dierenbescherming op om te vragen wat er met het dier moest gebeuren. „Brengt u het maar", was het antwoord. In de loop van de ochtend kwam een N.T.M.-bus, met één passagier, even langs het Schavernek, waar de familie Kooistra woont. Die pas sagier zat in een doosje en miauwde Naar aanleiding van Dierendag (4 October) publiceren wij een verhaal over het werk van Dierenbescherming In 't asyl of dierentehuis aan de Greunsweg vindt de heer J. Flikkenia een groot deel van zijn arbeid. Ilij is in vaste dienst van Dierenbescherming en zorgt voor de leven de have. Van 's morgens zeven tot tien uur en 's middags van drie tot zes uur is hij daar aanwezig. De rest van de dag zwerft hij door de stad op de fiets met manden om dieren op te halen en weg te brengen. De tijden waarop het asyl voor het publiek geopend is, mochten wel even precies ver meld worden, omdat men dan ook gelegen heid heeft een huisdier aan te schaffen. Voortdurend worden tehuizen gezocht voor honden en katten en de dieren, die hier aanwezig ziin, behoren in het algemeen stellig niet tot de minderwaardige soorten. Ze zijn door allerlei toevallige omstandig heden buiten het huiselijk milieu geraakt en wennen snel, omdat ze veel hebben ont beerd. Naast de vaste klanten herbergt het asyl pensiongasten: honden en katten, waarvan de verzorgers op reis zijn en die niet on beheerd kunnen achterblijven. Hun verblijf in het dierentehuis is dus tijdelijk, hun verzorging is goed, maar er is één groot bezwaar aan een dergelijke logeerpartij ver bonden en dat is het besmettingsgevaar. Dit geldt vrijwel alleen voor de katten, die de beruchte katziekte niet hebben doorstaan en niet tegen deze ziekte zijn ingeënt. De aanwezigheid van veel zwervers van onbe kende herkomst maakt het ónmogelijk deze ziekte geheel te weren. Wanneer de dieren door de katziekte worden aangetast, dan is het verloop meestal snel en dodelijk. Wie een kat als pensiongast naar het asyl brengt, wordt op dit gevaar gewezen en aanvaardt dus zelf het risico. Vermindering daarvan kan zeer doeltreffend geschieden door het dier te laten inenten bij de vee arts. Dat kost een paar gulden en moet ge beuren wanneer de kat ongeveer vier maanden oud is. Een goed advies voor alle dierenvrienden, ook al hebben ze het asyl niet nodig. Het asyl aan de Greunsweg bestaat uit enige houten barakken en voldoet niet aan de eisen, die Dierenbescherming zou willen stellen. Het streven is er dan ook op ge richt in de (naaste) toekomst een goed in gericht stenen gebouw te plaatsen, liefst met daarnaast een woning voor de beheer der. Daaraan zou dan ook een polikliniek Nee het dierenasyl aan de Greuns weg is allerminst een luxe-lwtel

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1953 | | pagina 9