(Jubelf
'JAAYSVUUY
ging niet door
-GEEN GEBREK
een stuk land aan de Stadsbuitensingel,
tussen dc Tuinster- en Hoekstcrpoorten.
Hier werd door de bekende architect van
buitengosderen L. P. Roodbaard aangelegd
„een groote en drie ellen diepe kom van
bevalligen vorm", waaruit men met een
pomp het water kan halen. Dc bewoners
van de nieuwe straten-buurt bij de Ooster
singel genieten nog van dit vijvertje al
is het niet meer hun water-leverancier!
Maar on den duur leverde deze vijver ook
niet genoeg on, men moest water aan
voeren per schip uit de dobben en meren
rondom de stad. De zeer ouden onder onze
stadsbewoners hebben nog de kreet van de
waterverkopers gehoord, wanneer deze,
door de grachten varende, hun koopwaar
aan de. vrouw brachten. In 1873 werd
een tweede vijver gegraven; waar nu de
buurt-kinderen eendjes voeren of sleetje
rijden in het Vossenpark, haalden vroeger
de burgers en burgeressen van Leeuwarden
het drink- en waswater.
Eerst in 1887 kreeg „De Leeuwarder
Waterleiding maatschappij" een concessie
om via een buizenstelsel van Grouw uit de
stad Leeuwarden van water te voorzien.
Dit heugelijke feit werd op 22 December
van het jaar daarop onderstreept, doordat
de hoge lieren per extra-trein, waarvan de
P\e grote droogte van de afgelopen
herfst heeft onze huisvrouwen
niet voor het probleem gesteld hoe
ze aan het onontbeerlijke water
moesten komen. In onze tijd is dit
geen probleem meer in de plaatsen,
waar een goed-geoutilleerd water
leidingbedrijf is hoogstens ont
staan er problemen voor de technici
van dit bedrijf.
Van welk ongemak de vrouwen door
een dergelijke openbare voorziening
worden bewaard, wordt pas duide
lijk, wanneer men eens terugdenkt
aan de primitieve watervoorziening
van vroeger. En niet alleen was de
manier om aan water te komen
primitief, ook de zuiverheid daarvan
zou de toets van de hedendaagse
critiek niet hebben kunnen door
staan. Gebrek aan water kon men
constateren, maar van de door bet
slechte drinkwater veroorzaakte
ziekten wist men niets, omdat men
het bestaan van de ziekteverwekkers
niet kende.
In een serie artikelen, waarvoor wii
speciaal de belangstelling van de
vrouw vragen, zal een onzer mede
werksters iets vertellen over het ver
schil tussen het „huishoudelijke
bedrijf" van vroeger en dat van nu.
We beginnen deze keer met bet
water.
locomotief met groen en bloemen was ver
sierd, naar Grouw reden. Vandaar voer
men in twee versierde stoomboten naar de
Wijde Ee, ter bezichtiging van de „prise
d'eau" (waterwinning). Op het stadhuis van
Leeuwarden werd „het water" officieel in
de gelegenheid gesteld zich aan den volke
te tonen: „Op een gegeven teeken schoot
hierop eene tegenover op het Hofplein uit
ziende ramen van de raadszaal geplaatste,
door rotswerk en groen omgeven fontein
hare stralen vele meters hoog, tot over het
gemeentehuis. Het geruisch daarvan ver
mengde zich met de tonen der muziek van
het stedelijk muziekkorps en luide hoera's
van tie opgekomen talrijke volksmenigte
Daarna werden de glazen gevuld niet
met water! maar met de ere-wijn. Uit
die tijd dateert ook de ons bekende water
toren aan het Zuiderplein, die er met zijn
grote hoed op heel wat romantischer uit
ziet dan zijn huidige gestroomlijnde
Collega's.
Eerst in 1922 is de N.V. Intercommunale
Waterleiding Gebied Leeuwarden (roep
naam: I.W.G.L.) opgericht, en konden ook
andere gemeenten van water worden voor
zien. En van dat ogenblik af hoefden we
maar aan onze kranen te draaien en het
water, dat zich goedig in al die buizen en
buisjes heeft laten samenpersen, loopt in
een verfrissende stroom naar buiten. Dorst
en onreinheid zijn voor goed uitgebannen!
M. J. VAN HEEMSTRA
\/an een conflict is geen sprake geweest,
want de verbranding van kerstbomen
op Oudejaarsavond is geruisloos afgelast,
toen bleek, dat niet allen zich met deze
vorm van gemeenschappelijke beleving van
een plechtig ogenblik in de geschiedenis
van mens en samenleving konden verenigen.
Of eigenlijk ging het verzet niet zozeer
tegen deze samenkomst op het Wilhelmina-
plein. maar tegen het feit, dat men daar
door (moreel) verplicht zou zijn de kerst
boom eerder af te staan dan in vele gezin
nen gewoonte is. Velen willen op Oude
jaarsavond de kaarsjes nog eens laten
branden en dit is niet mogelijk, wanneer
de hele boom op die avond wordt ver
brand.
Daarover ontstond dus verstild van mening.
Een conflict is er niet uit ontstaan, omdat
degenen, die het voor het zoggen hadden,
gemeend hebben geen gemeenschappelijke
plechtigheid te moeten laten doorgaan die
niet door allen gedragen werd.
Wij betreuren dit. Het Oudejaursvuur had
een waardevol stuikje traditie kunnen wor
den in een stad, waar de ingezetenen zich
wel heel moeilijk samenvoegen om eens te
tonen, dat ze, ondanks vele verschillen, toch
één gemeenschap vormen.
We betreuren het ook, omdat door zo'n
Oudejaarsvuur het smadelijke einde van de
kerstboom kan worden voorkomen. Wan
neer we de ontluisterde bomen in dc straten
zien liggen of tegen de asemmers zien
staan, dan is dit niet alleen een probleem
voor de Gemeentereiniging. Het is een
probleem voor allen, die ideële waarde
hechten aan de kerstboom, als middelpunt
van de kerstviering. De boom is met zorg
gekozen, met liefde versierd en beeft enige
dagen een gewijde sfeer in de huiskamer
gebracht. Hij hoort daarna niet op de as-
emmcr te worden gesmeten, als oud vuil.
Het is beter, véél beter, hem toe te
voegen aan het grote vuur, dat op Oude
jaarsavond de harten der mensen kan ver
warmen. Dan sluit het einde aan bij de
stijl van bet geheel. En wie het hiermee
•liet eens is, die kan gerust tot na Nieuw
jaar zijn kerstboom in huis laten staan.
Niemand zal daar één kwaad woord van
zeggen, maar propagering van dit stand
punt strekt niet tot opbouw van onze
Leeuwarder gemeenschap, die op bepaalde
ogenblikken wel wat sfeer kan gebruiken.