De straten worden nat
SEPTEMBER
HERFSTMAAND
Het plaveisel van vroeger een
zorgelijke zaak voor de Leeuwarders
8
gevaar van slippen. Dat kwam vroeger
minder voor, toen slechts af en toe een
hotsende kar over de keiïge plaveisels
van de stad trok.
Natuurlijk heeft het stedelijk bestuur
reeds in vroeger eeuwen zich bezig
gehouden met het onderhoud van de
straten. Zo werd in het voorjaar van
1662 ,,de St. Jacob straat na genomen
oculaire inspectie gerepareerd en uit
een hand gemaakt". Maar ook de bur
gerij moest de handen uit de mouw
steken; in het begin van de achttiende
eeuw bestond een verordening op het
maken van de straten „bij poene van
een daalder". Tot het begin van de vo
rige eeuw moest iedere Leeuwarder na
melijk het stuk straat voor zijn eigen
huis in orde houden en de bestrating
werd daardoor een vreemd „allegaartje"
door de verscheidenheid der gebruikte
materialen en door de verschillen in de
onderhoudstoestand. Leeuwarden had op
dit punt een bijzonder slechte naam.
Er waren nog andere euvels. Zo bouwde
ieder maar wat hem goeddacht aan of op
de straten. Al was het verkeer niet
druk, toch was het lastig dat sommigen
varkenshokken op de straat plaatsten.
In de achttiende eeuw moesten dan ook
maatregelen tegen dergelijke uitwassen
worden genomen.
In 1729 werd de burgers gelast te zorgen
„dat de straten geheel ruim zijn" bij de
intocht van Z.H. de Erfstadhouder. En
twee jaar later kreeg de stadsmetselaar
een boete opgelegd, omdat hij een ver-
eptember was bij de Romeinen
vóór keizer Augustus de zevende
maand, vandaar de naam: septem
zeven. Bij Karei de Grote werd de
maand herfstmaand genoemd een
naam die geheel voor zichzelf spreekt.
Op de 21ste gaat het voorlaatste jaar
getijde in: de kleuren van boom en
struik worden geel, rood en bruin, de
bloemen verwelken, storm en regen
nemen bezit van ons lage-landje-aan-de-
zee en zwiepen over de velden en door
de straten.
In de stad wordt een van de voornaam
ste kenmerken van de herfst gevormd
door de gladde, beregende en met afge
vallen bladeren bedekte sraten. Het te
genwoordige verkeer loopt daarbij het
„Kinderhoofdjes" vormden vroeger het plaveisel bij de Waag.
