De bromfiets vraagt veel van de berijder
De bromfiets:
2
Wie zijn ogen goed de kost geelt, kan zich er dagelijks van over
tuigen, dat er onder de ongeveer 593.000 bromfietsers die thans, de
ene meer de andere minder in'.ensfef, aan het verkeer deelnemen,
slechts weinigen zijn, die voldoende besef hebben van de wijze,
waarop zij zich op de weg behoren te gedragen. Heel velen geven
er blijk van nog maar bedroevend matig op de hoogte te zijn van
de eenvoudigste verkeersregels. Anderen weten er wel het een en
ander van, doch zij brengen dit niet in praktijk.
De ontwikkeling van het oorspronkelijk voor gewone fietsen
bestemde hulpmotortje is zó snel verlopen, dat daardoor ern
stige gevaren zijn ontstaan voor de algemene verkeersveilig
heid. De bromfiets is van hu's u t bedoeld als normaal rijwiel,
waarbij het trappen wordt vergemakkelijkt door het woord
zegt het reeds een hulp-mo'.or. De fabrieken hebben
deze kleine motor echter spoedig zo sterk gemaakt, dat
trappen volkomen overbodig is geworden. Vervolgens zijn de
fabrikanten met elkaar gaan wedijveren in het opvoeren van
de snelheden, waarbij het mogelijk is gebleken, deze tot zestig
kilometer per uur op te voeren. Daardoor dreigt de bromfiets
hoe langer hoe meer zijn oorspronkelijk karakter te verliezen
en te veranderen in een licht motorrijwiel.
Het besturen van de bromfiets is erg eenvoudig en ook de
bediening van het motortje levert praktisch geen moeilijk
heden op. Het gevaar schuilt echter in de veelal hoge snel
heid, welke ermee kan worden bereikt en welke veel meer de
voortdurende aandacht, een sneller reageren en een betere
kennis van de verkeersvoorschriften van de berijder vergt dan
van de gewone fietser. Bij zijn snelle wijze van voortbewegen
en manoeuvreren is het absoluut noodzakelijk, dat de brom
fietser niet alleen zijn rechten kent, maar dat hij vooral weet
welke zijn plichten in het verkeer zijn. De vele ongevallen
waarbij bromfietsers betrokken zijn, bewijzen, dat hieraan nog
al het een en ander ontbreekt. Bovendien moeten zij een grote
mate van verkeersinzicht hebben.
Velen beseffen nog niet, dat de bromfiets door zijn grotere
snelheid een veel langere remweg heeft dan een gewone fiets.
Daar het zwaartepunt bij de bromfiets met berijder hoger ligt
dan bij het normale motorrijwiel, is de kans op slippen bij het
met grote snelheden nemen van bochten veel groter.
Bovendien dient men altijd zijn snelheid aan te passen aan de
verkeersomstandigheden, zoals grote verkeersdrukte, de aan
wezigheid van veel wielrijders op het rijwielpad en aan natte,
gladde wegen, waar de bromfiets zo gemakkelijk kan slippen.
Veel bromfietsmotoren maken zoveel lawaai, dat de berijder
een naderende auto niet tijdig hoort aankomen. Daarom geldt
voor hen in het bijzonder, dat zij steeds over hun linker
schouder achterom moeten kijken, alvorens links af te slaan,
en ook bij het naar links uitwijken om andere rijdende of stil
staande voertuigen voorbij te rijden. Elke zwenking naar l<nks,
hoe gering ook, kan zeer gevaarlijk zijn, als er snelverkeer
vlak achter de bromfietser rijdt.
De bromfietser met verkeersinzicht is er zich steeds van
bewust, welke de mogelijke reacties van andere weggebrui
kers kunnen zijn. Hij neemt onwillekeurig in zich op, of een
voorganger al dan niet goed rijdt, of een fietser neiging heeft
enigszins te slingeren, of een voetganger misschien plotseling
en onbedachtzaam van het trottoir op de rijbaan stapt en
houdt bij voorbaat met dergelijke mogelijkheden rekening.
HALF FIETS, HALF MOTOR
UI ij willen thans eens zien, wat
de Wegenverkeerswet en het
Wegenverkeersreglement ons
ten aanzien van het gebruik van het
rijwiel met hulpmotor voorschrijven. In
principe valt het rijwiel met hulpmotor
onder het begrip motorrijtuig. Het vol
doet namelijk geheel aan de definitie,
welke de wet van motorrijtuigen geeft
en welke als volgt luidt:
..Onder motorrijtuigen worden verstaan
a"e rij- oi voertuigen, bestemd om uit-
s'uitend oi mede door een mechani-
s:he kracht, op oi aan het rij- oi voertuig
ze'f aanwezig, anders dan langs spoor
staven te worden voortbewogen."
Voor de toepassing van hoofdstuk III
(gedragsregels voor weggebruikers) en
hoofdstuk IV (eisen ten aanzien van de
inrichting, de belading en de verlichting
van voertuigen) van het Wegenverkee's-
reglement worden rijwielen met hulp
motor evenwel onder zekere voorwaar
den gelijkgesteld met gewone rijwielen.
Voor de wet en de overige hoofdstukken
van het reglement blijven de bromfietsen
dus motorrijtuigen, behalve voor wat
betreft de kenteken- en rijbewijs-rege
ling. Welke zijn nu die „zekere voor
waarden"?
Een rijwiel met hulpmotor moet om
met een rijwiel te kunnen worden gelijk-