In de oude St. Jacosi
Ge moet het astah vervangen door atgeplatte keien en de
trottoirs verkavelen in tientallen aparte, door hekjes en ket
tingen gescheiden blauwe en gele stoepen om een beeld te
krijgen van de Sint Jacobstraat van een veertig, vijttig jaar
geleden. Het is dan een gezellige winkelstraat. In vele etalages
brandt nog gasverlichting, behalve natuurlijk bij Terwee, aan
het begin van de straat. In zijn zaak, waarin later de firma
Kalsbeek gevestigd zal zijn, hebben de „vleermuizen" plaats
moeten maken voor de nieuwe electrische gloeilampenverlich
ting, die (de heer Terwee constateert het tevreden) steeds
meer ingang vindt. Dat die stoepen nog niet tot een flink
trottoir verenigd zijn is niet een groot bezwaar, want op de
middenweg loopt het vrij rustig. De heer Van Keulen opent
zijn zaak in naaimachines en rijwielen; voor de etalage vormt
een houten rek voor zes fietsen een barricade, die de wande
laar op de weg dwingt. Overigens vindt de heer Van Keulen
het niet erg wanneer u besluit wandelaar-af te worden om het
elk jaar groter wordende tietslegioen te versterken.
Winkels rijen zich dus aaneen in de oude Sint Jacobstraat,
winkels en bedrijfjes. Het zijn middenstanders in deze straat
en zij vormen een hechte gemeenschap, die de winkeliers van
vijftig jaar later nog jaloers kan maken. De zijstraten en
-stegen horen er niet bij, slechts het Raadhuisstraatje, het
tegenwoordige Auckemastraatje is goed genoeg om de Sint
Jacobstraters toegang te verlenen tot het Oranjebierhuis, waar
IJpe Schaaf de mannen heel wat keertjes heeft zien binnen
komen voor een gezellig praatje. Bij mooi weer ziet Schaaf
hen niet, dan zitten ze op de stoepen en in de portieken en
wanneer er belangrijke zaken te bespreken zijn moet hij er
zich bij neerleggen dat er vergaderd wordt in hotel De Phoe
nix in het pand no. 11.
We zullen eerst even een wandeling door de straat maken
om de bewoners te leren kennen. Jelle Huisinga beheerst de
hoek bij de Tontjepijp, maar eigenlijk is hij een Nieuwestad-
man. Naast hem de dames De Roos (garen en band) en Maurer
(bloemen). Tussen Terwee en hotel De Phoenix vinden we dan
de bekende Joodse antiquair Van Messel, een Leeuwarder naam
die nog vele tientallen jaren later in de Amsterdamse anti
quairswereld een bekende en goede klank zal hebben. Naast
het hotel is het prachtige pand no. 13, dat al heel wat gene
raties bewonderend omhoog heeft doen kijken. Waar later een
fotohandel in gevestigd zal worden (het huis is eigendom van
de vereniging Hendrick de Keyzer) is nu Kuipers brood- en
koekfabriek gevestigd. Lange tijd dacht men dat het pand in
1635 gebouwd is door de uit Parijs afkomstige drukker Claude
Fonteyne, maar later is gebleken dat de drukker Dirck Alberts
het huis met de prachtige renaissance-gevel, waarin tal van
gebeeldhouwde voorstellingen uit het drukkersvak zijn ver
werkt, heeft laten bouwen.
De hoek van het Maria Annastraatje, dat naar het Heeren-
waltje voert en door sommigen verbasterd werd tot het „Mo-
Koperslager Doodkorte legde als oudste bewoner van de straat
de eerste asfalttegel voor de nieuwe bestrating van de Sint
Jacobstraat. Op de foto zijn tal van Leeuwarders te herkennen,
links achteraan commissaris Wesser, achter de versierde krui
wagen de heer Van Keulen en rechts, zich voorover buigend,
de heer M. Burg.