Tien jaar Leeuwarder Werkgemeenschap I m 6 In onderstaand artikel vertelt de heer J. T. Vellenga, wethou der van Soc. Zaken en voorzit ter van de Leeuwarder Werkge meenschap, iets over het werk, de achtergronden en de doel stellingen van deze Stichting, die 15 februari 1947 werd op gericht en dezer dagen dus tien jaar bestond. Het komt meer dan één keer voor, dat men de Leeuwarder Gemeenschap ver wisselt met de Leeuwarder Werkgemeen schap. Alleen al om die reden is het misschien goed in het maandblad van de Leeuwarder Gemeenschap iets te schrij ven over de Leeuwarder Werkgemeen schap, hierna te noemen de L.W.G. Maar de eigenlijke aanleiding tot het schrijven van dit artikel is het feit, dat het op 15 februari j.l. tien jaar geleden was, dat de L.W.G. werd opgericht. Er zijn dingen in het leven, die zo van zelfsprekend zijn geworden, dat niemand er meer bij stilstaat. Achter de muren aan de Troelstraweg of „Stienserdyk", even voorbij de Bontekoe, is de L.W.G. Natuurlijk! Als de roltrommelwagens van de gemeente-reiniging voorbij zijn, en de lege vuilnisemmer is blijven staan, komen even later mensen dat ,,asvat" schoonmaken. Ook dat is L.W.G.! U wilt uw fiets kwijt, ergens in het centrum van Leeuwarden, en het lukt u. Hoe? Door de L.W.G.! Door uw straat rijdt een bak fiets, hoog opgeladen met vele artikelen. Ieder product dat u koopt (en laat u niet beetnemen door kapers onder valse vlag!) is een visitekaartje van die jubi lerende Leeuwarder Werkgemeenschap. Nawijn en Brandt Er verlaat een jongen de b.l.o.-school. Waar moet hij nu naar toe? Hij kan niet zo maar naar een baas zoals enkele van zijn klasgenoten. Als er nu eens geen L.W.G. was. Er komt een man uit het ziekenhuis. Genezen ja, maar hij kan lang alles niet meer doen. Kalm aan beginnen, met licht werk, in een niet te hoog tempo. Waar ter wereld zou hem dat lukken? De lezer raadt het antwoord. Zo zijn er min of meer versleten men sen, jonge en oude, die overal hun hoofd stoten. Maar die in de L.W.G. een kans krijgen. Reeds in 1927 waren er pioniers, die ge- eigend werk verschaften aan herstellende of genezen t.b.c. patiënten. Tien jaar later werden ook de zwakzinnigen en de slechthorenden in dit werk betrokken. Onder de namen van die voortrekkers komt u twee namen tegen van mensen, die nu nog bestuurslid van de L.W.G. zijn, vanaf de oprichting in 1947, name lijk G. A. Nawijn en D. Brandt. Namen om in een lijstje te zetten! De L.W.G. begon in de Posthoornsteeg en verhuisde later naar „Ericadorp". Volgens de statuten zijn de volgende instanties vertegenwoordigd in het stich tingsbestuur: Gemeentebestuur, Maatschappelijk Hulp betoon, A.V.O., B.L.O. en Arbeidsbureau. Maar de ontwikkeling op dit gebied zal waarschijnlijk met zich meebrengen, dat ook anderen bij de besturende arbeid betrokken worden. Eigenlijk is dit al gebeurd. De werkplaats voor blinden, die jarenlang in de Kleine Kerkstraat was gevestigd, is overgenomen door de L.W.G. Een aantal blinden werkt nu, tot aller genoegen, op Ericadorp. Uit de organisatie die de nu opgeheven blinden- werkplaats exploiteerde, is een bestuurs lid in het L.W.G.-bestuur opgenomen. Doorgangshuis De L.W.G. is bedoeld als een doorgangs huis. Zeker, men is en wil zijn een be schuttende werkplaats voor geestelijk of lichamelijk of maatschappelijk gehandi capten. Dus is er een aantal „blijvertjes". Dankbare ouders en vrouwen zouden daar veel over kunnen vertellen. Maar met name de laatste jaren, zijn er velen, voor wie de L.W.G. een doorgangshuis is geweest. Mannen die het ritme en de sfeer van de geregelde arbeid weer leerden kennen. Mannen, die enige vak kennis werd bijgebracht, of in hun oude beroep weer werden bijgeschoold, op de afdelingen cartonnage en boekbinden, smederij e.d. Mede dank zij de hoog conjunctuur vonden zij (weer) een plaats in het normale arbeidsproces. In 1953 waren dat er 35, in 1954 52, in 1955 44. Financieel werd de L.W.G. tot dit mooie werk, dat o.m. het aanschaffen van be paalde machines vroeg, in staat gesteld door een bepaalde subsidieregeling van het ministerie van Sociale Zaken. Voor de medewerking en de adviezen van, en een vruchtbaar contact met de heer Mie- dema van dit ministerie, is het L.W.G.- bestuur zeer erkentelijk en dankbaar. Deze dank geldt zeker ook het gemeen tebestuur, dat kosten noch moeite spaar de, als het de belangen van de L.W.G. gold. En ook de provincie liet zich niet onbetuigd. Plaatselijke industrie Tien jaar geleden begon men met de vervaardiging van droogrekjes, cocos- matten, horren e.d. Later volgde het boekbinden, de cartonnage-arbeid, het maken van rietmatten, de schoonmaak dienst en de bewaking. Een tijdlang was er een kleermakerij, en de smederij draait nog. Maar een belangrijk deel van de werkzaamheden bestaat uit op drachten van de plaatselijke industrie. Op deze wijze is er een geregeld contact tussen L.W.G. en bedrijfsleven, wat al leen maar vruchtbaar kan zijn. Als derde Kartonnagewerk

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1957 | | pagina 6