Het parkeerprobleem
AANWINSTEN
Openbare Leeszaal
Sf
Er wordt allerwegen geklaagd over het gebrek aan parkeerruimte in de stad, maar
realiseert men zich wel voldoende, dat er (op de vrijdag na) in het hartje van Leeu
warden een prachtige en gemakkelijk te bereiken parkeerruimte vrijwel ongebruikt
blijft? Deze twee foto's, op een zaterdagmiddag geen vijf minuten na elkaar gemaakt,
mogen dit merkwaardige feit aantonen. Terwijl men zich (bovenste foto) op de Nieu-
westad in allerlei bochten moet wringen om voor de auto een plaatsje langs de kant
te bemachtigen, is het Wilhelminaplein (onderste foto) vrijwel leeg. Toch ligt dit
Wilhelminaplein als parkeergelegenheid ideaal ten opzichte van de Nieuwestad en
ook van de Wirdumerdijk. De afstand vraagt niet meer dan één of enkele minuten
ÈTzijn twee mogelijkheden. De eerste is, dat het autorijdende publiek niet aan dit
plein denkt, wanneer het op de Nieuwestad of op de Wirdumerdijk moet zijn. De
tweede is, dat men zo pertinent met de auto voor de winkeldeur wil rijden, dat zelfs
deze geringe afstand te veel is. Zou dit laatste het geval zijn (en welke Leeuwarder
kent het Wilhelminaplein niet?), dan tonen deze twee foto's samen aan, dat men
qeen steek opschiet met de aanleg van parkeerterreinen. Tenzij de automobilisten
er door middel van parkeerverboden in de winkelstraten bij zo n parkeergelegen
heid, naar toe worden gejaagd. En dan wordt er weer geklaagd: „In Leeuwarden
mag nu ook niets.
Romans:
G. Achen: Als het leven danst; de ge
schiedenis van een dansersgeslacht; drie
delen. F. Arnau: De gesloten ring.
M. Baardman: Wijze vrouw. C. Baard
man e.a.: Niks in de weg. (Hollandse wa
terwerkers in het Suez-kanaal). Th. F.
Björn: Pappa's dochter. Vervolg op: Pap
pa's vrouw. A. Camus: Koninkrijk en
ballingschap; verhalen. H. J. Friede-
ricy: De raadsman. M. Gijsen: Mijn
vriend de moordenaar; novellen. A.
Hansen: Een lange zomerdag. W. F.
Hermans: De donkere kamer van Damo
cles. C. J. Kelk: Moderne Nederlandse
verhalen. J. van Manen-Pieters: Gods
qeheimschrift. A. J. Noël de Gaulle:
Cyaankalibi. A. Omre: De vos en zijn
hol. J. Panhuysen: Ik kom niet terug.
R. Pape: Operatie „Cordon". K. Pronk:
De bestemming. Vervolg op: De zoon en
zijn moeder. L. Rinser: De zondebok.
N. Schuttevaêr-VelthuysMensen op de
tweesprong. J- Vandeloo: De muur;
twee novellen. N. G. White: Het mis
kende hart. A. Zikken: De atlasvlinder.
Land- en volkenkunde:
B Aatjes: De wereld is een wonder; reis
impressies. H. Böll: Wie gaat er mee
naar Ierland varen? W. Enzinck: Kreta,
eiland van de oorsprong. N. Greite-
mann: Oostenrijk; land, volk, cultuur.
J. Gunther: Rusland in de branding.
K. Jonckheere: Kongo met het blote oog.
H G. van Maurik: IJsland in de golf
stroom. A. Melchior: Ierland is anders.
E. Messer: Een troon van luipaardvel;
rondreis door het land van Koning Sa-
oed. H. V. Morton: Vreemdeling in
Spanje. C. Oorthuys: Dit is Grieken
land; het vastenland. J- Piebenga:
Bergtoppen in de oceaan; land en volk
van de Faer-öer. B. Tadema-Sporry:
We aten bij menseneters; ontmoetingen
in het duistere hart van Afrika.
Geschiedenis:
Alexandra, Koningin van Joegoslavië.
Om de liefde van een Koning. G. Bib-
by Opgegraven verleden; het leven in
Europa van 15.000 v. Chr. tot de tijd van
de Vikingen. C. D. J. Brandt: Geschie
denis van de tweede wereldoorlog.
Honderd eeuwen Nederland. (Vaderland
se oudheidkunde). T. Huitema: Het
ontstaan van de terpen in het noorden
van ons land. K. Jansma: Lely; bedwin-
qer der Zuiderzee. W. Lord: De dag
van Pearl Harbor. W. C. Mees: Maria
Quevellerius; huisvrouw van Jan van
Riebeeck. E. L. Nel: Churchill. M. M.
van Praag: De man met het droge hart.
(L. A. Thiers).
Sport en spel:
P. L. Bergström: Schaatsenrijden. A.
Lenstra: Honderd goals. D. Molanus:
Autoracen. F. L, Schoustra: Een halve
eeuw elfstedentochten. K. J. Vrijling:
Hengelsport.