r -
zoals in Leeuwarden, Bolsward, Harlin-
gen, Franeker, Zwolle, Hengelo, Gronin
gen, in België en ook weer in Den Haag,
met als laatste een één-mans tentoon
stelling in Rotterdam.
In Friesland kocht de provincie een grote
gouache uit Parijs aan en voor plaatsing
in de grillie een reisschets uit Noorwe
gen. Deze aankopen wegen niet op tegen
de steeds doorgaande verkoop van werk
bij Liernur in Den Haag, de verkoop in
Rotterdam, Waddinxveen, zes stuks aan
een grote collectionair in Deltt, tot zelis
aan het Gemeente-Museum in Den Haag
en aan particulieren en een kunstzaal in
Parijs.
Juni 1958 moest Auke in dienst. Hij
kwam in Ossendrecht terecht, had echter
het geluk eind 1958 naar Leeuwarden te
kunnen verhuizen. Al klaagt de jonge
artiest terecht dat hem de tijd en de con
centratie ontbreekt om echt aan het
werk te gaan, toch gaat zijn tocht in het
beeldende-kunstland voort.
Eind 1958 zond hij als een der vier kun
stenaars onder de 35 jaar drie schilde
rijen in voor een koninklijke subsidie.
Het bezorgde hem voor 1959 een jaar
geld van 1200,— en een opdracht voor
een ets of tekening die aan Hare Ma
jesteit aangeboden werd. Auke maakte
er een studie van het abattoir voor.
Hall juni j.l. werd hem gevraagd voor de
grote internationale Bienuale voor jonge
schilders, die 1 october te Parijs geopend
zal worden, als proel werk in te zenden.
Vijl schilderijen in gouache, waaronder
een Fries landschap, gingen naar de jury
voor Nederland in Amsterdam. Een dezer
dagen kreeg hij bericht dat er werk van
hem naar de Bienuale gaat, waarschijn
lijk meer dan een stuk, om de slechts
vijltien strekkende meter wand, die Ne
derland ter beschikking staat, te helpen
vullen.
Auke de Vries verlangt er erg naar om
vrij te zijn, om door te kunnen werken
aan de pentekeningen en de olieverven,
die hij nu zo te hooi en te gras maakt.
„Al werkend moet ik er in komen", zegt
hij. „Door het maken van veel studies
slechts wordt het bij mij iets. Door te
tekenen komen er telkens andere dingen
naar voren. Men krijgt het idee telkens
een stapje verder te komen. Maak ik te
grote stappen dan heb ik het gevoel te
zullen struikelen. Soms krijg ik al schet
send het idee te weten waar het heen
gaat. Ik kom er dan vaak toch nog niet
uit en begin op een andere wijze. Later
blijkt dan weer dat ik toen op de goede
weg was."
Zo worstelt Auke buiten diensttijd ver
der aan pentekeningen en olieverven van
veemarkten, stationsemplacementen, ge
bouwencomplexen in aanbouw, brokken
stad, oude auto's enz. Niets is hem
vreemd als onderwerp. Alles te proeven
en alles te weten is zijn motie1 en onder
wijl groeit de jonge kunstenaar geestelijk
en zijn werk technisch.
E. K.
Als 17-jarige maakte Auke de Vries in 1956 deze gouache in Parijs. De licht en
donker-verdeling beheerst zwaar de vulling van het vlak. Bomen en teleloon-
palen doorbreken dreigend de grote verdeling. Sinister, zelis in de hoojdzakelijk-
grijzen waarmede het geschilderd is, komen de brokken bouwsels uit de aarde.
Verlaten huizen" noemt Auke de gouache.
Snel gepakt door de tegenstelling tussen bloeiende bomen en zware voorjaars
luchten, maakte Auke even na de dienst uit het raam van zijn kamertje in dë
Johan Willem Frisostraat deze pentekening. In de iraaie vulling van het vlak
was toch allereerst de bewogen vorm der bomen aanleiding tot de tekening.
Tenslotte is het waarschijnlijk volkomen onbewust, een der dreigende en tegelijk
sprookjesachtige dingen geworden die uit de hand der jonge kunstenaar komen.