5 I Aan de Archipelweg staat dit type Bouwiondswoning, het grootste van de hier algebeelde serie. De indeling komt overigens overeen met de hui zen in de d'Hondecoeterstraat. Bouw jaar 1957. Werkelijk men hoeft de vergelijking tus sen de aantrekkelijkheid van een huur huis en van een eigen woning niet in het principiële vlak te trekken. Op louter praktische gronden is er veel te zeggen voor het eigen huisje, naar de normen van het Engelse ,,My home is my castle", dat overigens zo merkwaardig in tegen spraak is met die 28 procent eigen wo ningen in Engeland. En hoe langer hoe meer wordt het bezit van een eigen wo ning de moeite van een serieuze overwe ging waard nu de woninghuren steeds hoger worden en in de toekomst nog ver dere verhogingen zullen ondergaan. Immers men moet zich afvragen of het eigen huis nu werkelijk ontmoedigend duur is, in vergelijking met de tegen woordige en de in de toekomst te ver wachten huren. Er blijft ongetwijfeld een verschil bestaan in het nadeel van de eigen woning, maar wij geloven wel te mogen zeggen, dat dit hoe langer hoe meer overbrugbaar wordt. En dan dient men bovendien nog rekening te houden met het zeer belangrijke feit, dat het eigen huis een aflopende financiële last meebrengt. Eenmaal kan men het volle dig het zijne noemen. HET BOUWFONDS De heer D. W. Sinning, inspecteur van het N.V. Bouwfonds Nederlandse Gemeenten te Leeuwarden, heeft ons hierover ver teld en zijn betoog was overtuigend en sluitend. Nu konden wij hem, tot onze spijt maar om begrijpelijke redenen, niet dwingen tot een nauwkeurige kostenbe- paling voor een bepaald huis. Begrijpe lijk, want het heeft geen zin reeds ge bouwde woningen als voorbeeld te ne men en wat een toekomstig huis gaat kosten, dat is niet met voldoende nauw keurigheid te zeggen, ook omdat de rijks subsidieregeling thans op de helling is. Het gesprek ging daardoor meer in het algemeen over het Bouwfonds-systeem en dat is stellig de moeite van het weten waard. DE KOSTEN Allereerst de kwestie van de bouwkos ten. Het Bouwfonds eist van de bouwer van een eigen woning, dat hij een deel daarvan op tafel legt voordat hij met de verwezenlijking van zijn plannen begint. Dat is, voor mensen beneden 50 jaar, 15 procent, daarboven stijgt dit percentage tot 50 procent voor 65 jaar en ouder. Heeft men dit geld niet, dan biedt het Bouwfonds gelegenheid tot sparen en over het gespaarde bedrag wordt rente vergoed. Op die rente wordt dan boven dien nog een bonus gelegd, die na 6 jaar sparen maar liefst honderd procent van het rentebedrag is. Het aldus gespaarde geld, plus rente en bonus, is dus bestemd voor de eerste kosten van de woning bouw, maar komt het niet zo ver, dan krijgt men geld en rente geheel terug. Er wordt slechts éémaal een bedrag van 27,15 gevraagd voor de onkosten. Met die 15 procent zijn de bouwkosten niet gedekt. Voor de overblijvende 85 procent verstrekt het Bouwfonds een hy pothecaire lening (met het te bouwen huis als onderpand). Deze lening kan niet door het fonds worden opgezegd en de rente blijft gedurende de hele aflossings termijn onveranderd. Zo wordt dus be reikt, dat de bouwspaarder al meteen weet op welke lasten hij in de toekomst komt te zitten. Natuurlijk hoeft men niet met die 15 eerste betaling te volstaan. Het mag ge rust meer zijn. En de aflossing van de schuld kan men naar eigen inzicht rege len, binnen een maximale tijd van dertig jaar. TECHNISCH TOEZICHT Dit is de financiële kant van de zaak en daar komt nog bij, dat het Bouwfonds ook technisch alle voorzorgen neemt om de bouwspaarder voor een „rouwkoop" te behoeden. Het beschikt over een groot aantal eigen ontwerpen, waaruit men een keus kan doen, naar smaak en. naar financiële draagkracht. Wat dit laatste betreft: het fonds waakt ervoor, dat men geen schulden op zich neemt die uit het inkomen redelijkerwijs niet afgelost kun nen worden. Nu is men in de stad door gaans niet zo vrij in het zelf bepalen van het gewenste woningtype als op het plat teland het geval is. Voor Leeuwarden betekent dit, dat men moet inhaken bij woningbouwplannen van het Bouwfonds zelf. Wie geheel individueel bouwt wordt zelfs daarbij niet aan zijn lot overgelaten. Het fonds vervult de formaliteiten, zorgt voor toezicht tijdens en na de bouw en wikkelt de financiële zaken voor de bouwspaarder af. Ook en in het bijzonder bij dit laatste toont het Bouwfonds Nederlandse Ge meenten zijn sociale instelling. Het be ginsel is de gegadigde naar een eigen woning op alle terreinen (financieel en technisch) te helpen en hem daardoor voor onbezonnen daden en toekomstige teleurstelling te behoeden. Het fonds is een naamloze vennootschap, maar de aandeelhouders zijn geen particulieren. Het zijn vele gemeenten die dit werk mogelijk maken en hiertoe behoort ook Leeuwarden. De band met de gemeente lijke overheid komt tot uiting in het feit, dat wethouder J. Tiekstra voorzitter is van de plaatselijke commissie, waarvan de heer J. Witvoet optreedt als secreta ris-penningmeester. Een tweede relatie met de plaatselijke overheid wordt ge vormd door het feit, dat de gemeente architect H. Achterhof technisch advi- Op vele plaatsen in Leeuwarden staan al woningen van het Bouwfonds vroe ger Bouwkas genaamd. U vindt ze aan de Lekkumerweg, de Geraniumstraat, Achter de Hoven, de Bilderdijkstraat, de Vincent van Goghstraat, de Sweelinckstraat, de d'Hondecoeterstraat, de Weistraat, de Goudenregenstraat, de Tijnjedijk, de Murkstraat, de Aert van der Neerstraat, de Telemannstraat en de Schieringerweg. Nu is men bezig met plannen voor een complex van 32 eensgezinswoningen in het Nijlan en in dit nieuwe woongebied zal het Bouwfonds nog wel meer van zich laten horen. Er staan nu zo'n 140 woningen in Leeuwarden, eigendom van bouwspaarders, die de grote stap van het eigen woningbezit veilig hebben kun nen wagen, dank zij het feit, dat zij aan alle kanten waren omringt door de ze kerheden, geschapen door het Bouwfonds Nederlandse Gemeenten, waarvan het adres is: Javastraat 7, Assen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1959 | | pagina 5