Toen het pontje
nog over de soldatengracht voer...
UIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM
rijweg lopen; wat een tijd, wat een tijd!)
danken we aan de Leeuwarder boekhan
delaar G. de Vries, die in die tijd meer
aardige stadsgezichten op de ansichten-
markt bracht.
Nog eens: Brandjesklooster
iCeöWWETf
Mag ik vandaag beginnen met een woord
van dank? Die dank gaat dan uit naar
de onbekende dame, die me de vorige
maand zeer verblijdde met een pakketje
prentbriefkaarten van oud Leeuwarden,
dat ze achterliet op het bureau van de
Erven Koumans Smeding, waar dit blad
wordt gedrukt.
Bij deze kaarten was er één in kleuren,
een bijzonder mooie, van het pontje, dat
vroeger over de Soldatengracht de ver
binding onderhield van de Oosterkade
met de Oostergrachtswal. Aan de foto
voor deze kaart mogen we wel een bui
tengewone historische waarde toekennen,
omdat ze immers nog juist' voor het ver
dwijnen van dit pontje werd gemaakt.
Dat wil zeggen voor 1902, want in dat jaar
kwam er op deze plaats een voetbrug tot
stand, die de pont overbodig maakte.
Met het totstandkomen van die brug ver
dween het oudste pontje van Leeuwar
den, want zeven jaar voor de gemeente
drie pontveren over de stadsgracht in
stelde, voer dit pontje in 1849 al
over de Soldatengracht.
Ruim een halve eeuw heeft het onze
voorouders dus trouw gediend en vele
ouderen onder ons zullen er nog wel pret
tige herinneringen aan bewaren. Want
het was wat, dat je voor een nutske zo
kon overvaren, inplaats van het hele eind
over de Vlietsterbrug om te lopen!
De kaart vermeldt niet de naam van een
uitgever, een merkwaardigheid, want een
zelfde prentbriefkaar, die al in grootmoe
ders ansichtenalbum zat, doet dat wel.
Daar wordt R. van der Velde als uitgever
op genoemd.
De serieuze prentbriefkaartenverzame-
Nu nog even terug naar het Brandsje-
kloaster, het al lang geleden verdwenen
hofje achter de Boterhoek, waarvan ik
de vorige maand een foto in dit rubriekje
liet afdrukken. Op dat plaatje konden we
een paar huisjes van het Brandjeklooster
en twee druk keuvelende vrouwtjes zien.
Een vroegere bewoonster van de Kalver-
gloppe, mej. H. Bosma, die hier haar
prille jeugd doorbracht, heeft een van
deze dames herkend. Die ene voor het
hekje zei ze is büfrouw Miene, die
met een Congert was getrouwd en in de
Kalvergloppe woonde.
Het andere vrouwtje met het mops
neusje kende ze niet van naam. Bü
frouw Miene woonde dus niet in het
Brandjeklooster, zoals ik had gedacht.
„Wij spraken vroeger trouwens niet van
Brandjeklooster" vertelde juffrouw Bos
ma mij. „Wij zeiden altijd de eerste glop
pe, de tweede gloppe en de derde gloppe
en die derde gloppe droeg dan officieel
de naam van Brandjeklooster".
Dat de beide vrouwtjes, toen de fotograaf
het plaatje knipte, zich juist beklaagden
over een luidruchtige buur, zoals ik
schertsenderwijs veronderstelde, leek juf
frouw Bosma in het geheel niet onwaar
schijnlijk toe.
„Dan moeten ze het gehad hebben over
de man van ,Anne de naaister' zei ze,
„die woonde in de derde gloppe, hij was
veedrijver en kwam zelden nuchter
thuis."
Mej. Bosma, wier vader opzichter van de
gemeentelijke plantsoenen was, herinnert
zich deze typen nog goed, hoewel ze nog
jong was, toen haar ouders van de Kal
vergloppe naar elders verhuisden.
Maar het zal bij haar wel niet anders zijn
geweest, dan bij de meeste oudere stad
genoten, wier wieg letterlijk in de scha
duw van de Oldehove stond: er bleef
voor deze buurt en de bewoners ervan
altijd een warmkloppend plaatsje in hun
hart.
FENNO L. SCHOUSTRA
laar, die z'n collectie zo opzet, dat hij
niet alleen op het afgebeelde, maar ook
op de uitgevers let, mag z'n hoofd erover
breken, hoe dit verschil kan zijn ontstaan.
Tegenover deze bijzondere kaart van het
pontje past een afbeelding van de brug,
die het water op deze plaats overspant:
de Oosterbrug. Ook de foto, die voor
deze kaart werd genomen is zeer waarde
vol, omdat ze juist direct na het inge-
bruiknemen van deze brug is gemaakt.
In 1925 namelijk, want vergist u zich niet:
dit is niet de voetbrug, die het pontje
verving, maar de „electrische brug", die
de voetbrug verving. Deze kaart (zie dat
Fordje es fijn links door de bocht gaan
en die wandelaars mooi midden op de