(LWAYdl) M 12 Onze Leeuwarder beeldende kunstenaars li Geen van Adema's paarden is zo maar een paard. Deze paardenkop behoor I rij een Arabisch type uit de Duitse stoeterij, waar i roeger de Pruisische olii- eieren op reden. Zijn tenger, slank kopje en zijn groot oog en groot neusgat verraadt hem. Deze kop schilderde Adema in olieveri op doek en 't is, of men het beest in werkelijkheid voor zich heelt. Het leeit en ademt. Men kan zich voorstel len, dat het Fries Landbouwblad uit geheel het hart eens schreef: ,,Wij zijn blij een schilder en beeld houwer in Friesland te hebben, die een dier weet te bezien en ook zeer juist weet uit te beelden" ,,Mijn man werkt altijd zegt onze gastvrouw in de altijd gastvrije woning van G. J. Adema aan de Huizumerlaan. Hoe kan het ook anders als men hoort, meer nog dan men ziet (want het zou het bekijken van vele pakhuizen vol werk zijn) wat deze beeldhouwer, schilder en restaurateur al niet in zijn 60-jarig leven gemaakt heeft. Van zo ver terug als de grijzende artiest het zich herinneren kan, is het kunst ambacht zijn liefde geweest. Als kind interesseerde tekenen hem meer dan het spelen. „Ik kreeg dikke benen van het stil zitten" vertelt hij. Het beeld houwen begon ook al vroeg. Het pek van vaders schoenmakerswerkplaats in Franeker was een prachtig materiaal om in te kneden. Toch vond zijn vader het niet verantwoord om de jongen na de lagere school in de kunst te laten gaan. „Eerst een vak leren" was zijn parool. De verf op de schilderafdeling van de Harlinger ambachtsschool bracht er een nieuwe techniek, namelijk het olieverf schilderen, bij. Het demonstreren van de prachtige, lang gemaande Friese paarden voor de sjezen en de ter dekking staande zware Belgische hengsten in hotel „De Valk" te Franeker deden voorgoed de liefde voor deze viervoeters ontbranden. Zelfs de vlotte verkoop der tekeningen van deze belgen in het hotel, evenmin als de voorspraak vari de oud-Leeuwarder en professor aan de Rijksacademie te Am sterdam, Jurres, en het in uitzicht gestel de stipendium van 500,(voor die tijd een vrij hoog bedrag) konden vader Adema niet overhalen de kunstzinnige zoon op studie te sturen. Als schildersgezel ging de 18-jarige Ade ma toen maar naar Leeuwarden. Eenen twintig jaar geleden vestigde hij zich als patroon in de Vincent van Goghstraat. Nu woont hij reeds achttien jaar in de Huizumerlaan en heeft sinds lang zijn zaak aan zijn zoon overgedaan. Een paar bijzondere ontmoetingen hebben zijn levenspad gekruist en hem geholpen zeker spoediger dan anders louter en al leen het vrije werk te beoefenen. De eerste ontmoeting was die met boer Hart- mans uit Ferwerd, die zelf dolgraag in de kunst had gewild. Hij gaf Adema op drachten en moedigde hem aan. De tweede vriend en opdrachtgever was de vee transporteur Willem Koopmans. Voor hem ontstond o.a. Adema's eerste ge beeldhouwde Friese koe. Spoedig werd deze koe gevolgd door een nu nog steeds wassende stroom van op drachten voor koeien. Een hoogtepunt in de reeks is zeker Us Mem". Zij is de ideale koe, samengesteld uit het voor beeld van wel vijl oi zes van de beste Friese koeien. In opdracht van het Minis terie van Landbouw en Visserij vervaar digde Adema een hele reeks gipsen imi tatie-Memmen van zestig centimeter lang om als leermiddel-model op landbouw scholen dienst te doen. Niet alleen als leermiddel is Us Mem een melkkoetje; naar alle landen van de zuivelwereld gaan, handzaam van grootte, in grijs en zwart-wit beschilderd of in brons de Memmen. Zij worden veelal door de Frie se veelokkers cadeau gedaan aan hun buitenlandse zakenrelaties. Door een plm. dertig jaar geleden ge geven opdracht voor een steigerende Friese hengst door het Paardenstamboek voor het Friese Paard, kregen Adema's paarden, geschilderd of gebeeldhouwd, bekendheid in Holland. Zo goed als jaar lijks maakt onze Huizumer nu de prijzen voor het Utrechtse concours-hippique van het Nederlandse Paarden Stamboek. Voor Koninklijk Begeer wordt alles wat bees ten betreft op medailles, enz., door Ade ma gemaakt. Beroemde stieren zet hij op het doek voor de K.I.-stations. Naast Us Mem is kort geleden Us Pake gekomen. Naast het dier-motief verlaat in groot en klein veel religieuze kunst, zoals cruci fixen, doopvonten enz., het atelier. „Adema, we hebben niets meer", zegt door de telefoon uit een der stadshotels bij tijd en wijle een stem. Dit betekent, dat het voorraadje tekeningen, schilde rijen en beeldhouwwerk van paarden, koeien, enz. in één der hotels op is. De kelners hebben dan niets meer te ver kopen aan de in vee geïnteresseerde gasten. De weg naar het gastvrije huis in de Hui-

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1960 | | pagina 12