Onze
nette
kinderen
a
AANWINSTEN
m. ü'»ar «MKJn n.
Openbare Leeszaal
9
Dit merkwaardige plaatje van een
bruidspaar, omstuwd door een schare
enthousiaste kinderen, werd ons aan
geboden door een fotograaf, die zich
bezighoudt met het maken van trouw
reportages. Het is de heer Tj. de Jong,
die de gewoonte heeft het bruidspaar
na de plechtigheid even mee te
nemen naar het Westerpark voor een
extra-opname: bruid en bruidegom op
een stil plekje, met als decor de
bomen en planten van dit mooie park.
Dat lijkt eenvoudig en is het ook, ten
zij er kinderen in de buurt zijn. Dan
ontstaat zo'n opdringerige belangstel
ling, dat het praktisch niet mogelijk
is de foto te maken, zonder dat een
troep jongens en meisjes mee op de
plaat komt. „Je kunt ze vragen aan
de kant te gaan, maar het helpt niets",
zegt de heer De Jong: „En als je
kwaad wordt en de kinderen probeert
weg te jagen, dan heb je het helemaal
verloren."
Het lijkt ons goed deze foto van een
in het nauw gedreven bruidspaar maar
eens te publiceren. Zo kan men im
mers met eigen ogen constateren, dat
de klacht van deze fotograaf niet op
overdrijving berust. De kinderen
dringen aan alle kanten op en één
jongen duwt zijn vriendje tegen de
bruid. Het enige bezwaar van de foto
is, dat zij slechts één moment in beeld
brengt. De twee knapen die hier als
de grootste boosdoeners zijn vastge
legd, hebben misschien niet meer
kwaad gedaan dan sommige andere
kinderen daarvoor of daarna.
Hoe dit zij, in ieder geval blijkt dui
delijk, dat zo'n groep kinderen voor
geen enkel verzoek of vermaan aan
de kant gaat en het hinderen van grote
mensen als puur vermaak beoefent.
Het is een leuk spelletje en wanneer
de slachtoffers boos worden, dan is
het succes eerst recht verzekerd.
Trouwens, de geplaagden zullen zich
wel voor krasse maatregelen hoeden.
Wanneer ze een klap of een trap uit
delen, dan kan door de ouderlijke ver
ontwaardiging heel het justitiële ap
paraat in werking worden gesteld.
Onze jeugd heeft weinig begrip van
juridische zaken, maar weet drom
mels goed, dat onze rechtspleging hun
een vrijbrief voor allerhande wange
drag verschaft.
Er is nog een speciale kant aan dit
geval, die wij niet buiten beschouwing
willen laten. Dat is het volslagen ge
brek aan respect voor decorum en
voor de daarmee verband houdende
gedragingen in speciale gevallen. Wan
neer deze kinderen ietwat hinderlijk
waren geweest tegenover een paar
gewone wandelaars, dan zou dat bal
dadigheid zonder meer zijn. Maar hier
liep een bruidspaar: zij in het wit,
hij in het zwart. Twee mensen op een
belangrijk moment in hun leven. Twee
mensen, die ongetwijfeld de aandacht
trokken en niemand kan er bezwaar
tegen maken, dat speciaal de jeugd
uiting gaf aan haar belangstelling.
Maar van deze kinderen zou men toch
eigenlijk mogen verwachten, dat zij
in het bijzonder tegenover zo'n
bruidspaar een ingetogen en eerbiedig
gedrag zouden tonen.
Niet deze kinderen hebben zich hier
aan schuldig gemaakt. Niet deze kin
deren zullen hopelijk zo worden.
Maar de herinnering dringt zich op
aan de Dodenherdenking op 4 mei
1958 in de Prinsentuin, die ernstig
werd verstoord door een troep opge
schoten vlegels, die het zelfs daar be
stond de zaak op stelten te zetten. Dat
was veel erger dan wat hier gebeur
de. Maar de verwantschap is duide
lijk: in beide gevallen kwam een vol
slagen gebrek aan normbesef tot
uiting. Dat is schade, die door geen
enkele W.A.-polis kan worden ge
dekt
Nederlandse romans:
J. Antoine: De koe en de krijgsgevan
gene. C. Bruyn: De vogels van mijn
heer Dupont. H. Cecil- Vijanden in
toga, vrienden in colbert, «fe A. J. Cronin:
Dokter onder de tropenzon. A. E. Ellis:
De beproeving. J. F. Farrell: Studs Lo-
nigan. Ypk fan der Fear: Tot hem uw
begeerte. R. Gary: Lady L. A. van
der Hoogte: Ballade van de oude stad.
W. Kramp: Het lam. H. Martin: Sche
ring en inslag. Ch. Mergendahl: Het
braambos. W. W. Parth: Voorwaarts,
kameraden, we moeten terug. K. van
het Reve: Twee minuten stilte. O. Steg-
gerda: Blijf hier, dokter Rider. S. Vest
dijk: De laatste kans. G. Walschap: De
ongëlooflijke avonturen van Tilman Ar
menaas. J. Weidman: Het vijandelijke
kamp.
Duitse romans:
J. M. Bauer: Kranich mit dem Stein.
U. Becher: Kurz nach 4. A. Bischof:
Der verschwundene Evangelist. H. Böll:
Doktor Murkes gesammeltes Schweigen.
H. von Cramer: Die KunStfigur.
E. Donat: Das hübsche Fraulein Faber.
F. Dürrenmatt: Die Panne. H. Fallada:
Damals bei uns daheim. H. Fallada:
Heute bei uns zu Haus. L. Frank:
Traumgefahrten. G. Fussenegger: Das
Haus der dunklen Krüge. G. Gaiser:
Schlussball. M. Gregor: Die Brücke.
M. Hall: Der gelbe Hut. M. Hausmann:
Was dir nicht angehört. M. Horbach:
Gestern war der jüngste Tag. M. Hor
bach: Die verratenen Söhne. F. Kafka:
Das Schloss. F. Kafka: Das Urteil; und
andere Erzahlungen. H. H. Kirst: Glück
lasst sich nicht kaufen. J. Lederer: Die
törichte Jungfrau. J. Maass: Der Fall
Gouflé. Th. Mann: Doktor Faustus.
M. Maschmann: Der Dreizehnte. R. Neu
mann: Die Freiheit und der General.
B. Pasternak: Lüvers Kindheit. T. Plie-
v.ier: Berlin. T. Plievier: Moskau. G.
Renker: Berg der Einsamen. E. Schaper:
Das Tier. H. Scholz: Ein Sommer in
Manitoba. H. Spoerl: Der Maulkorb.
F. Thiess: Neapolitanische Legende.
F. Thiess: Die Verdammten. G. v. Vas-
zary: Die Steine erbleichen. M. Walser:
Ehen in Philippsburg. O, F. Walter:
Der Stumme. A. J. Welti: Der Dolch
der Lucretia. I. Wendt: Notopfer Berlin.
Populair wetenschappelijke werken:
B. Andersen: Recepten uit de Deense
keuken. J. W. van Braband en C. Ros
kam: De bromfiets. J. J. Buskes: Zoet
zuur. G. Charles-Picard en C. Charles-
Picard: Zo leefden de Carthagers ten
tijde van Hannibal. Mevr. H. Colijn:
Dagboek. R. Fruin: Opstellen over
Willem van Oranje.