Fa. H. JOLMERS ZOON stad Eens m de voeren er zes pontjes VERHUIZINGEN TRANSPORTEN A UIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM LEEUWARDEN, EMMAKADE Z.Z. 62 TEL. O 5100 - 24595 b.g.g. 25765 5 Leeuwarden Ru«®«kwartwr strwrek. Bergplaats voor meubelen Verpakken en verzenden naar alle werelddelen Ruim een halve eeuw ervaring L Amsterdam mag z'n IJpont hebben, die voortdurend veel stof tot praten geeft en al lang plaats had moeten maken voor een modernere verbinding tussen de oevers van het IJ, ook Leeuwarden moet het hier en daar nog steeds met het langzamerhand toch wel ouderwets aandoende vervoermiddel van het pontveer doen. Zelfs zijn er in deze tijd van tunnels en mach tige bruggen nog steeds twee pontjes in de stad, die net als een eeuw geleden voor de wandelende Leeuwarders de weg verkortten van de buiten- naar de binnenstad. Over de gracht bij het Stadsziekenhuis vaart er nog een en ook het pontje bij de Westerkade doet nog dagelijks trouw z'n dienst. Dit laatste zal zijn bestaan wel we ten te rekken, zolang er nog geen brug tus sen het Ruiterskwartier en de Fonteinstraat ligt en het pontje tussen Zuidergrachtswal en Nieuweweg blijkt ook nog altijd aan een behoefte te voldoen. Er zijn er dus nog twee, maar er is een tijd geweest, dat er niet minder dan zes pontjes voeren over de buitengracht! Het oudste pontveer in de stad dateert van 1849. Het werd bij de Oosterkade tegenover de Oosterstraat over de gracht gelegd om de wandelaars uit deze buurt, die aan de overkant moesten zijn een lange loop te be sparen naar de Wirdumerpoortsbrug of naar de bruggen bij het Vliet. Ruim een halve eeuw later, in 1902, werd dit pontje uit de vaart genomen en een nieuwe voetbrug over de gracht in gebruik gesteld. Intussen echter waren er nog vijf pontjes bijgekomen. In één jaar 1856 werd de stad zelfs nog met drie pontveren verrijkt: - Lem.ui".n'(!efi Noofécrs.'a$cL een over de gracht bij het Stadsziekenhuis, dat er dus nog steeds is, een over de gracht tussen de vroegere Hooge Berg en het Ver laat, waar nu de Westerkade is en een bij de huidige Vijzelstraat, waar de gracht tus sen de Wissesdwinger en het Hoeksterend toen nog niet was gedempt. Twintig jaar later kreeg ook de School straat een pontverbinding met het land bui ten de gracht en in 1879 volgde het pontje, dat in de loop der jaren duizenden bezoekers van het Diakonessenhuis van dienst is ge weest: het werd over de Noordergracht ge legd tussen de Prinsentuin en de singel. Tenslotte kwam in 1903 het nog be staande pontveer tussen de Westersingel en de Westerkade tot stand, zodat we hier, zij het niet tegelijkertijd, zeven pontjes hebben gehad! Natuurlijk zijn enkele van deze pontjes ook vertegenwoordigd in grootmoeders ansich tenalbum. Twee jaar geleden hebben we het oudste al ontmoet, toen we met enkele oude prentbriefkaarten in de hand een kijkje na men bij de Oosterbrug nu reproduceren we nog eens twee kaarten met de pontjes van de Noorder- en de Westersingel erop. Ze zijn beide uitgegeven in 1906, die van de Westersingel door een onbekende uitgever. De beide pontjesbazen-op-leeftijd, die de fo tograaf hierbij vereeuwigde, kunnen niet meer in het land der levenden zijn, maar de veerbaas van de pont bij het Stadszie kenhuis, die negen jaar later z'n werk op dit pontje begon, is er nog wel en hij staat nu nog op die pont. Dat is de heer J. Ep- pinga, die de tijd nog heeft meegemaakt, dat een overvaart met de pont niet meer dan een „nutske" kostte. Voor het kolossa le bedrag van een stuiver kon men toen een hele week gebruik maken van de pont. Nu ligt het officiële tarief wel wat hoger, maar een eind omlopen voor het geld loont de moeite niet: „het veergeld bedraagt voor ie dere overvaart twee cent per persoon" heeft de gemeente vastgesteld. Daar kan men tegenwoordig niet rijk van worden, maar de passagiers, die van het veer gebruik maken, weten, wat de pontbaas toekomt. Vandaar, dat de heer Eppinga na vijfenveertig jaar schipper-mag-ik-overvaren zelf niet ontevre den is. „Ik hew heel wat goeie klantsjes had daar ma'k niet over moppere!" FENNO L. SCHOUSTRA

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1961 | | pagina 5