Tekenaars gevraagd
Zeverslionderd opstellen
19
Nu waren zij in de stad. Zij konden de markt
bij de kerk al zien. Er stonden een heleboel
kraampjes met witte linnen dakjes, de koop
vrouwtjes droegen grote zonnehoeden of nog
grotere witte mutsen op hun hoofd. Zij hadden
kleurige japonnen aan: rood en blauw en geel
en groen. Uit de verte was het net een bollen
veld.
Het treintje ging van de rails af en Brammetje
Bos stuurde in de richting van de markt. Daar
stond de marktmeester, hij had een hoge hoed
op met een gebloemd lintje er om heen. Hij had
een zwart pak aan met glimmende gouden kno
pen. Hij keek naar 't naderênde treintje en stak
toen zijn hand op: „Hier moet de trein stoppen!"
riep hij. Brammetje Bos reed tot vlakbij de
marktmeester en riep: „We hebben een lamme
tje aan boord met een gebroken pootje en nu
wou ik graag doorrijden naar de dokter." „Ja,
maar", zei de marktmeester, „dat gaat zó maar
niet! Dan zou je dwars over de markt moeten
rijden tussen alle kraampjes door niks ervan.
Dan moeten jullie 't lammetje maar naar de
dokter dragen."
Maar toen kwamen de marktvrouwtjes er ook
bij. „We zullen wel wat opzij gaan met onze
kraampjes, laat dat arme lammetje maar door
rijden naar de dokter, hoor." En meteen gingen
ze aan 't werk. Klessebes was uitgestapt en
hielp de vrouw met het garen-en-band-kraam-
pje om opzij te gaan. De marktmeester vond 't
nu ook goed en hielp de vrouwtjes die kippen
en eieren en groenten verkochten. Het vrouw
tje met de appels had een grote katoenen para-
Vorige maand plaatsten wij het bekroonde
opstel van de door het Centraal Drankweer-
comité uitgeschreven wedstrijd onder de
schooljeugd. „Meer dan honderd Leeuwar
der schoolkinderen hebben ook dit jaar
weer meegedaan schreven we daarbij.
Onjuist kan men dit niet noemen, want het
totale aantal opstellen was ongeveer 700
en dit is „meer dan honderd". Maar toch
gaf deze mededeling een onvolledig beeld,
want de indruk werd gewekt, dat het hon
derdtal slechts in geringe mate werd over
schreden. Dit was echter het aantal bij de
jury binnengekomen opstellen, na een dras
tische selectie door de onderwijzers.
sol boven haar koopwaar. Zij wilde die vlug
dichtklappen, maar toen viel de parasol over
haar heen en daar stond zij nu: onder uit de
dichtgeklapte parasol stak haar blauwe jurk,
haar zwarte kousen en witte klompen. De para
plu zat zo goed dicht, dat zij er niet uit kon
kruipen. Dat was me wat! Want ook haar koop
waar zat geklemd en er kwamen een heleboel
appels uit de parasol vallen. Ondeugende jon
getjes raapten ze op en gooiden er elkaar mee
om de oren. Een vloog er tegen de hoge hoed
van de marktmeester aan. Een vloog door 't
open raamje van juffrouw Mangelmoes de trein
binnen. Een heleboel vlogen er de koopvrouw
tjes om de oren en vielen op de koopwaar.
Een hele dikke appel kwam terecht in een
mandje met eieren: de eierstruif droop langs
het mandje naar beneden! Het was vreselijk
om te zien hoe de hele markt opeens in de war
was.
Dat kan zo niet langer, dacht Brammetje Bos.
Hij trok heel hard aan de stoomfluit, Klessebes
pakte een paar jongetjes in de kraag, de markt
meester pakte er ook een paar beet en drie
boertjes, die hadden staan kijken, hielpen de
appel-vrouw weer uit de parasol. Eindelijk
stond alles weer netjes op zijn plaats en kon
het treintje doorrijden om het zieke lammetje
naar de dokter te brengen. Alleen het eier-
vrouwtje zat erg te huilen. „Wie betaalt mijn
gebroken eiertjes!" riep zij aldoor. Juffrouw
Mangelmoes, die uitgestapt was om haar bood
schappen te doen, kreeg medelijden met haar.
„Dat zal ik wel doen", zei ze, „en geeft u er
mij dan
mandje.'
meteen ook een dozijn mee in mijn
MAJA VAN HEEMSTRA
Zijn er onder onze jonge lezers goede tekenaars en tekenaressen? We hebben
zo het idee, dat het er heel wat zijn, maar we merken er maar weinig van.
En toch zouden we graag eens willen weten wat de jongelui met tekengereed
schap en papier kunnen presteren. Sterker nog: we willen mooie kindertekenin
gen graag in ons blad opnemen en belonen met een boek!
Laten we afspreken, dat jullie eens proberen een mooie tekening te maken van
een echt Leeuwarder onderwerp. Dat mag van alles zijn: de Oldehove, de Waag,
de Kanselarij, de Prinsentuin, de een of andere straat, een gracht met een brug,
kinderen in een speeltuin of in de Kinderboerderijwat je maar wilt en leuk
vindt.
Dat is dus het onderwerp. En nu: hoe moet je tekenen? Je werkstuk moet in
,,De Leeuwarder Gemeenschap" afgedrukt kunnen worden en daarvoor zijn een
paar dingen nodig. Om te beginnen: geen kleuren gebruiken. Dan is het 't
mooist, wanneer je een duidelijke zwart-wit tekening maakt, bij voorkeur met
oostindische inkt. Een zwart krijtpotlood of zwart kleurkrijt mag ook, maar liever
geen gewoon potlood, want dat is te „flauw" van tint.
Doe je best en stuur je werkstukken (tussen een paar kartonnetjes) naar Redactie
Leeuwarder Gemeenschap, Raadhuisplein 32. En vergeet niet je naam, adres en
leeftijd op de tekeningen te vermelden!