HONDERD JAAR
GEHAKKETAK
VOOR DE NIEUWE BEURS
5ÊS
WERD GEBOUWD
YV„
m
Ifai
111
15
3^
ie de kaart van Leeuwarden kent, zal zich moeilijk kunnen
voorstellen, dat het stadsbestuur indertijd voor het stichten van
het Beursgebouw een betere plaats had kunnen vinden dan die,
waarop het nu staat: op een steenworp afstand van het station,
vlak naast een scheepvaartwater, dat vroeger een grote beteke
nis had, dicht bij de veemarkt ook, èn in de onmiddellijke na
bijheid van het centrum van de stad.
Vóór hier evenwel de eerste schep aarde werd verplaatst en
de eerste paal de grond werd ingeheid, is er bij het zoeken naar
de beste plaats voor een nieuw beurs- en waaggebouw een strijd
geweest, die bijna honderd jaar heeft geduurd. Al die tijd is de
behoefte aan een nieuwe beurs sterk gevoeld, maar het hard
nekkige gekrakeel van onze voorouders bleef het totstandkomen
ervan in de weg staan.
Tot er dan eindelijk in de tachtiger jaren van de vorige eeuw
overeenstemming kwam en een ieder zich kon verenigen met
de gedachte, dat het grote Beursgebouw zou verrijzen op de
plaats, waar tot voor kort nog het hoge bolwerk van de Wir-
dumerpoortsdwinger lag.
We zullen in onze gedachten terug
moeten gaan naar het midden van
de achttiende eeuw om het mo
ment te vinden, waarop de graan
handelaren nog tevreden waren
met het gebouw, waarin ze hun
handel dreven.
De binnengrachtjes, waardoor te
genwoordig alleen zo nu en dan
nog eens een praam vaart om ze
van het ergste vuil te ontdoen,
waren toen nog van eminent be
lang voor het kleine scheepvaart
verkeer en waar konden de han
deldrijvende Friezen elkaar toen
beter ontmoeten dan op de Wortel
haven, de plaats, waar in het hart
van de stad een knooppunt van
deze grachten lag?
Daar, in een herberg tussen de Ee
en de Vliet, hadden de graanhan
delaren al sinds jaar en dag hun
beurs, terwijl de boter- en kaas
handelaren hun zaken deden in de
Oude Waag aan de Nieuwestad.
Later speelde de handel zich voor
namelijk af in de open lucht en op
de Wortelhaven hadden de granen
nogal wat te lijden van het weer.
Dat werd natuurlijk als een be
langrijk bezwaar gevoeld en bij
het groter worden van de markt,
begonnen de graanhandelaren aan
te dringen op een nieuw en groter
beursgebouw.
In 1795 bleek het stadsbestuur van
de noodzaak daarvan al overtuigd
te zijn, maar gedurende tientallen
jaren zouden de graanhandelaren
zich nog met de oude herberg aan
de Wortelhaven moeten behelpen,
omdat men het niet eens kon wor
den over de plaats, waar de nieu
we beurs moest staan.
In 1854 leed het plan om een
nieuw gebouw te stichten schip
breuk door de tegenstand van het
college van Gedeputeerde Staten
van Friesland en twee jaar later
besloot men toen maar de herberg
aan de Wortelhaven te vertimme
ren en als hulpbeurs te bestem
men.
De gemeente kocht daartoe ook de
belendende percelen aan, maar al
heel gauw bleek ook deze nieuwe
ruimte weer te klein te zijn; in
1866 verhuisden de graanhandela
ren daarom naar de Concertzaal
Van der Wielen aan de Breedstraat
nu Zalen Schaaf.
Intussen bleel men ijverig plannen
maken voor het begeerde nieuwe
beursgebouw en zelis had de ge
meente aan de Oosterkade, op de
hoek van het Droevendal, al een
zevental huizen aangekocht en ge
sloopt met de bedoeling daar de
nieuwe beurs te bouwen.
Gelukkig (mogen we nu wel zeg
gen) ging dat evenwel niet door
en toen in 1868 de Zuidergracht
tussen het Verlaat en de Wirdu-
merpoortsdwinger werd rechtge
trokken, waardoor er tussen het
Zaailand en de gracht nieuwe per
celen bouwland ontstonden, viel
het oog voor het nieuwe beursge
bouw op de lap grond op de hoek
van het Zaailand en de (huidige)
Zuiderstraat.
Ook daar echter zou de nieuwe
beurs niet verrijzen: terwijl men
nog hakketakte over de plannen
met de beurs, werd er de eerste
steen voor het Old Burger Wees
huis gelegd.
De behoefte aan een nieuw ge
bouw was inmiddels nog aanzien
lijk gegroeid, omdat langzamer
hand ook het Waaggebouw aan de
Nieuwestad voor de boter- en
kaashandelaren veel te klein bleek
te zijn en er ook door deze zuivel
mensen naar een betere huisves
ting werd uitgezien.
Er zou dus eigenlijk één groot ko
renbeurs- en waaggebouw moeten
komen en in 1872 dacht het ge
meentebestuur de meest geschikte
plaats daarvoor eindelijk gevon
den te hebben: tegenover het Pa
leis van Justitie op het westelijke
deel van het Wilhelminaplein.
Maar ook tegen die plannen bleken
weer alle mogelijke bezwaren te
bestaan, maar toen het stadsbe
stuur vijf jaar later met weer een
nieuw denkbeeld kwam, kon ein
delijk iedereen zich daarmee ver
enigen: de nieuwe Beurs zou ge
bouwd worden op de afgegraven
dwinger bij de voormalige Wirdu-
merpoort.
Architect Thomas Romein, direc
teur van gemeentewerken, kreeg
de opdracht een ontwerp te maken
met de aantekening, dat het ge
bouw niet duurder dan 160.000
zou mogen zijn.
In 1878 werd de bouw voor ruim
140.000 aanbesteed, maar door
verschillende tegenslagen bleek
het later nodig nog eens veertig
mille voor het werk opzij te leg
gen. Zo was er bijvoorbeeld met
het heien een misrekening ge
maakt en ook bij het berekenen
van de draagkracht van de balken
had men zich aanvankelijk vergist.
Na twee jaar van noeste arbeid
kwam het grote gebouw klaar en
op de vierentwintigste september
1880 konden de graanhandelaren
uit de Concertzaal Van der Wielen
en de boterhandelaren uit de Oude
Waag er hun intrek nemen
bijna honderd jaar, nadat er voor
het eerst stemmen waren opgegaan
voor het bouwen van deze nieuwe
beurs!