Firma Berlins
Pa. B. JOLMERS W\
handelt in alles wat mooi en
oud is
VERHUIZINGEN
TRANSPORTEN
TWAALF LEEUWARDER BEDRIJVEN
Antiek
Friesland Engeland v.v.
Ird et jaar is bijna ten einde. Deze keer gaan
we niet schrijven over een bedrijf met rokende
schoorstenen, dreunende machines, ratelende
schrijfmachines of welke uitingen van moderne
bedrijvigheid ook. Bij Kerst en jaarwende den
ken we aan de stilte, aan wat de tijd verandert,
maar ook aan wat de tijd onveranderd laat. Is
er een Leeuwarder bedrijf, dat juist in deze
sfeer onze aandacht verdient? Welzeker, we
kunnen de rust van de tijdloosheid materieel
beleven bij de firma Beeling aan de stille kant
van de Nieuwestad. Daar is, in een ruim voor
zien antiquariaat, een weelde van blijvende
schoonheid bijeengebracht: oude meubelen,
flonkerend glaswerk, teergekleurd, oud porse
lein en nog veel meer.
De firma A. C. Beeling en Zoon handelt dus in
antiek. Hoe komt men aan deze kostbare han
delswaar? Heel vroeger ruilden rondreizende
kooplieden tegen textiel („lapjes" zal men toen
wel gezegd hebben) alles wat mooi en vervoer
baar was. Dat ging nog door tot in de eerste
helft van de vorige eeuw. Nu zou er in ruil
voor de mooiste lappen waarschijnlijk niets
meer te krijgen zijn.
Tegenover het stads-weeshuis begon overgroot
vader Beeling als zilversmid. Een eerbaar ambt
in deze provincie, waar immers elke stad zijn
zilvermeesters had. Zijn zoon kwam in de zaak,
hij repareerde oude klokken en verkocht an
tiek. Dat is nu ongeveer 75 jaar geleden. Hij
had in een grote werkplaats zo'n 35 leerjongens
aan de arbeid en woonde in de Pijlsteeg
eens een drukke straat immers hierlangs
ging „men" naar de concerten in de Prinsen
tuin. En „men" bleef voor de winkel staan
kijken en zo kwamen de klanten. Aan de west
kant van de Pijlsteeg, waar nu de gebouwen
van Sint Antoon staan, waren „kamers": wo
ningen voor arme weduwen. Die waren niet
meer bewoond en werden door antiquair Bee
ling ingericht: de een was voor meubels, in een
ander vond men zilver, daarnaast het porselein.
Maar toen de deftige huizen in de Grote Kerk
straat kantoren werden, werd de Pijlsteeg maar
een doods straatje. En dusv ging de zaak in
1915 over naar de Nieuwestad. Het was geen
modern huis waar men in kwam wonen, maar
een oud pand met een eigen geschiedenis.
In 1511 had een grote brand in Leeuwarden
gewoed en heel wat huizen waren verwoest.
Zo ook het pand dat voor aan de Nieuwestad
en achter aan de Bagijnestraat grensde. Na de
opbouw kwam daar de graanhandel van Van
Burem, het middengedeelte was pakhuis, ook
van boter en kaas. Het huis aan de Bagijne
straat werd 's zomers (op het noorden!), het
gedeelte aan de Nieuwestad 's winters (op 't
zuiden!) bewoond. Men was dicht bij de Waag
en de schepen konden het meel door de gracht
aanvoeren. Later werden de verschillende ruim
ten gescheiden; toen Beeling het huis over nam
van de meubelfabriek Plet hoorde dat aan de
Bagijnestraat er niet meer bij. Nu is dat weer
bij het huidige pand, Nieuwestad 91, getrokken.
Zo'n zestig jaar geleden bouwde men in Enge
land namaak-antieke kastelen en buitenhuizen.
Daarvoor had men antieke meubelen nodig. En
dus kwam er een vloed kopers naar het vaste
land van Europa, ook naar Nederland en naar
Leeuwarden. Heel wat antieke spullen voeren
over de Noordzee in westelijke richting. Het
waren goede tijden voor hen die verstand had
den van het échte antiek en die voorraad had
den. De eerste wereldoorlog maakte er een
einde aan. De antiekhandel met Engeland kwam
tot stilstand of ging kalmer aan. Men ging de
huizen met eigen meubelen en voorwerpen uit
eigen land inrichten.
Na de tweede wereldoorlog kwam de vloedgolf
van west naar oost! Het werd financieel onmo
gelijk de grote huizen te blijven bewonen,
personeel was niet te krijgen en de jeugd had
geen hart meer voor oude zaken. En nu, wan
neer men goede relaties heeft, kan men in En
geland uit vele grote huizen alles en nog wat
opkopen. Niet uit de echt oude kastelen overi
gens, want die zijn (gelukkig) ondergebracht
in de „National Trust" en worden dus be
schermd.
Zo kan het gebeuren dat kasten en stoelen, ta
fels en kisten, schilderijen en zilver, glaswerk
en porselein, wellicht al met Willem III, de
koning-stadhouder van ons land naar Engeland
gegaan, hier weer terug komen. Dat ook het
Friese antieke huisraad weer thuis komt. Daar
van staan de stille getuigen, door de zorg van
de derde en vierde generatie van de familie
Beeling, in de zaak aan de Nieuwestad.
Wij plaatsen hierbij een foto van de „zaal",
eens graanpakhuis. De oude balken uit de 16de
eeuw en dus van na de brand, maar in de mu
ren vond men nog de oude „moppen" en die
staan er dus al van vóór 1511. Meubels, die
eens „gewoon" werden gevonden, zijn nu kost
bare eenlingen; porselein dat men als ballast
vervoerde, behoort nu tot de kunstschatten.
Een stijl die men jarenlang alleen maar lelijk
vond, dóét 't nu opeens.
Zo eindigen we onze cyclus verhaaltjes over
oude Leeuwarder Bedrijven en we wensen u
een goed uiteinde van 1961 en een goed begin
van 1962 toe!
M. J. VAN HEEMSTRA
Bergplaats voor meubelen - Verpakken en verzenden naar alle werelddelen
Ruim een LEEUWARDEN, EMMAKADE Z.Z. 62
i^rfn™ TEL 0 5100 - 24595 b.g.g. 25765
Een interieur
bij de iirma Beeling
aan de Nieuwestad