Gemoedelijkheid,
rost en stilte
bij de
Oude Duco Martenapijp
UIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM
-
Nieuwstad
het beeld voor ogen krijgen van een markt
plaats met alle gezellige bedrijvigheid, die daar
bij hoort en wie het stuk van de Nieuwesteeg
en de Bagijnesteeg nog als Vleeschmarkt aan
duidt, ziet met de ogen dicht de vleeskorven
op de kade staan en de witgekielde en zwaar-
besnorde slagers er druk redenerend bij.
Een vleugje van die vroegere romantiek vin
den we terug op de oudste prentbriefkaarten,
die alle weliswaar dateren uit een latere tijd,
maar waarop toch de rust, de vrede, de gemoe
delijkheid, de stilte van die dagen treffend is
vastgelegd.
Twee van zulke oude-kaarten-met-sfeer heb ik
voor u uit grootmoeders ansichtenalbum ge
licht om ze te reproduceren bij dit verhaal: de
ene, van de zuidzijde van de Nieuwestad met
de Duco Martenapijp op de achtergrond, is in
de eerste jaren van deze eeuw op de markt
gebracht door de Amsterdamse uitgever N. J.
Boon, de tweede, van de noordzijde van de
Nieuwestad met de andere kant van de Duco
Martenapijp, is een uitgave van de Leeuwarder
boekhandelaar S. A. Markus en kwam even
eens omstreeks de eeuwwisseling van de pers.
Beide zijn ze een aandachtige beschouwing
meer dan waard en wie de loep er op legt kan
zo zien bij wie onze grootouders hun hoeden
en petten en potten en pannen kochten en
waar ze een goed middeltje hoopten te vinden
wanneer een ellendige hoofdpijn hen kwelde.
Het effect, dat de neonreclame's tegenwoordig
pogen te bereiken, verkregen de winkeliers
toen namelijk met simpele uithangborden, die
met de bijbehorende winkelpanden uitstekend
leesbaar op de prentbriefkaarten kwamen te
staan.
Er mag uit blijken, dat enkele oeroude Leeu
warder zaken zich door de jaren heen gehand
haafd hebben op dezelfde plaats: op de dag
dat deze foto's werden gemaakt, kon men al
voor petten bij de firma Gorter terecht, die
toen bovendien volgens een opvallend uithang
bord bleek te beschikken over een „Ruime
keuze stroohoeden" en de koperslager van
twee deuren verder droeg de voor ons zeker
niet onbekende naam Van Erp.
Ook de firma Kronabel kan met recht zeggen
bijzonder honkvast te zijn, want van haar ge
boorte in 1838 af woonde de latere „koopman
in gebreide goederen" Herman Kronabel al in
het pand, dat nu dezelfde naam nog steeds
draagt.
Andere bedrijven daarentegen zijn al lang ge
leden de geschiedenis ingegaan en alleen de
oudsten onder ons zullen zich nog de namen
herinneren van stadgenoten als P. A. Silvergie-
ter Hoogstad, die hier op de Nieuwestad sterke
drank verkocht en P. van Goinga, die er pre
cies een kwart eeuw een drogisterij heeft
gehad.
Het hoekhuis van de andere kaart is vanouds
een apothekerspand geweest: wie dit jaar vijf
en negentig wordt kan als knaapje van vijf
nog Haarlemmer olie bij de apotheker Pieter
Geerts hebben gekocht en voor de gehaktbal
er z'n intrede deed woonde de apotheker
Uffelie er nog in.
In het pand er naast hangt fraai breiwerk in
vele vormen voor het raam: in het oorlogsjaar
1918 bracht juffrouw Fortuin deze gebreiden
spullen nog aan de vrouw. In hetzelfde
jaar konden de beide belendende percelen ook
al niet meer gefotografeerd worden, zoals de
fotograaf dat anno 1900 voor de heer Markus
deed: in het middelste huis was toen een
schoenenwinkel en in het huis er naast woon
de de heer J. C. Bakker, die meubels maakte
en ze hier verkocht ook.
Let u tenslotte vooral nog even op de aandacht
van de voorbijgangers voor de fotograaf: het
zou nu eenvoudig niet meer mogelijk zijn in
de stad een foto te maken, waarbij aller inte
resse zich op een dergelijk spectaculair gebeu
ren richt!
FENNO L. SCHOUSTRA.
Het is al lang geleden, dat de brede winkel
straat, die wij als Nieuwestad kennen, nog
verscheidene namen droeg. Alleen de zuidzijde
heeft deze naam altijd al gehad, de noordzijde
bestond tot 1877, toen de gemeenteraad helaas
besloot van al die namen afstand te doen, uit
allemaal stukjes, die respectievelijk Bij de
voormalige Vrouwenpoort, het Harlingerend,
Bij de Duco Martenapijp, de Vleeschmarkt, Bij
de Langepijp, Over de Waag en Bij het Waags-
plein heetten.
Ten dele haakten die namen dus in op de be
staande situatie ter plaatse van weleer en als
zodanig waren ze tekenend voor die goeie
ouwe tijd. Wie het stuk van de Nieuwestad,
tussen de Kleine Kerkstraat en de Nieuwesteeg
nog de Deinumer Zuupmarkt zou willen noe
men, moet bij het uitspreken van die naam wel