SINDS 1855 hij de zorg voor ,,De Gouwe" met de heer A. M .Veffer en beiden waren één in hun liefdevolle belangstelling voor dit rijdende muziekinstrument, inclusief de bijbehoren de paardjes. De samenwerking tussen de compagnons leek jarenlang voortreffelijk te zijn, maar op den duur kwamen er moei lijkheden naar voren, die een einde aan de personele unie moesten maken. De ge meentelijke overheid, belast met het uit geven van de vergunningen, stond voor een moeilijke taak en tenslotte bleef de heer Tolsma bij ,,De Gouwe" en de heer Veffer kwam met een orgel op straat, dat wel het eigendom van een Leeuwarder was, maar tot dat ogenblik weinig in Leeu warden te horen en te zien was geweest: „Zwarte Dorus" van de kolenhandelaar P. W. J. Carpay. Elk dezer orgels kreeg voor halve weken vergunning om in Leeuwar den te spelen. Sindsdien had Leeuwarden drie draaiorgels, waarvan steeds twee tegelijk in de stad konden werken. ,,De Hagenaar" immers stond buiten de contro verse Tolsma-Veffer en bleef dus de oude rechten behouden. Dit was ongetwijfeld de meest voor de hand liggende oplossing, maar ,,De Gouwe" moest dus in het vervolg halve weken stilstaan of elders emplooi zoeken. De heer Tolsma ging ook buiten Leeuwar den spelen en vond daar een hartelijk ont haal, maar het spreekt vanzelf, dat de ex ploitant zich op deze manier bijzondere zorgen op de hals haalde. Van de twee paardjes kon moeilijk worden verlangd, dat ze het orgel geregeld naar bijvoor beeld Dokkum en Harlingen trokken en dus moest er een vrachtauto aan te pas komen. Dat veroorzaakte bijzonder zware financiële lasten en deze zijn blijkbaar niet goedgemaakt door de exploitatie buiten Leeuwarden. De heer Tolsma bleef hopen op het herkrijgen van een volledige speel- vergunning, zodra de heer Veffer met zijn orgel zou ophouden. Dat moment is inmid dels gekomen, maar de vergunning voor een halve week is van hem overgegaan op de heer H. Duurken, die nu dus de man van „Zwarte Dorus" is geworden. Wij gunnen de heer Duurken dit nieuwe bestaan van harte en weten, dat hem de vergunning op zeer goede gronden is ver leend. Maar tegelijk maken wij ons zorgen NAAUW 8 Bij de foto's, van boven naar beneden: Twee van de Gouwe-girls. De paardjes van „De Gouwe": geduldige trekkers. Exploitant K. Tolsma aan het grote wiel. om „De Gouwe". De heer Tolsma ziet er blijkbaar geen gat meer in. Een halve week draaien in Leeuwarden kan de lasten niet goedmaken, want uiteraard moeten elke week de huurpenningen op tafel komen. Exploitatie in andere plaatsen brengt zo veel extra onkosten mee, dat hiervan geen blijvend heil te verwachten is. Geeft de heer Tolsma de strijd op, dan is „De Gouwe" voor Leeuwarden verloren. De mi eigenaar kan het orgel gemakkelijk elders plaatsen en, naar verluidt, daar aanzienlijk meer huur krijgen. Het komt dan boven dien dichter bij Amsterdam te zitten, wat uiteraard voor het onderhoud (stemmen bijvoorbeeld) van groot belang is. Wij zouden in Leeuwarden nooit meer een dergelijk orgel terugkrijgen. „De Gouwe" is een bijzonder goed instrument, dat uit stekend wordt beheerd en onderhouden. De voorraad muziekboeken wordt steeds op peil gehouden en bevat zelfs tal van werken in het populair-klassieke genre. Daarvoor heeft in het bijzonder Neder lands eerste „pierementoloog", mr. R. de Waard uit Amsterdam, gezorgd. Zijn war me belangstelling juist voor dit draaiorgel heeft zich al menigmaal duidelijk gemani festeerd. Zeer velen in Leeuwarden zouden het bij zonder betreuren wanneer we „De Gouwe" kwijtraakten. Maar de betekenis van dit orgel is groter dan de som van deze privé- belangen. Een goed draaiorgel is voor stadgenoot en vreemdeling een grote at tractie, die speciaal de buitenlanders sterk aanspreekt, omdat men elders dergelijke grote en mooie orgels niet kent. In tal van foto-vacantiealbums van buitenlandse toe risten herinnert een plaatje van „De Gouwe" aan een bezoek van Leeuwarden. Speciaal om derwille van de toeristische aantrekkelijkheid probeert men goede or gels op straat te brengen. Zijn wij goed in gelicht, dan is dit element bij het touw trekken om „De Gouwe" duidelijk in het geding. Het is niet alleen een orgel-exploi tant in een andere stad die „De Gouwe" probeert te pakken te krijgen. Daar zit ook de burgemeester achter. Het lijkt ons be langrijk, dat we met overeenkomstige wa penen de strijd voeren om „De Gouwe" hier te houden. Want dat is niet alleen het belang van de heer Tolsma, al prijzen we in hem zijn roerende zorg voor dit piere- ment. Het behoud van dit orgel betekent het behoud van een fleurige aantrekkelijk heid van onze stad.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1962 | | pagina 9