raü OM EN DOOR DE BINNENSTAD i^\) *p. Een wegenrechthoek, die als een soort ringweg de oude stad zo nauw mogelijk omsluit, moet als uit gangspunt voor de verkeersoplossing van de bin nenstad noodzakelijk worden geacht. Het beloop van deze rechthoek is als volgt: vanaf Ruiters- kwartier/Zaailand in oostelijke richting langs de NieuwewegZuidergrachtswal, dan in noordelijke richting Oosterkade/Oostergrachtswal, Nieuwe- kade, Baljeebuurt, Hoeksterpad, vervolgens aan de noordzijde de Noorderweg, een gedeelte Nieuwe- buren, Groeneweg, St. Jobsleen en Boterhoek, ten slotte aan de westzijde de Westerplantage. Van deze wegenrechthoek uit is van het midden van elk der rechthoekzijden een toegang gemaakt: van het zuiden door de verbrede Oude Lombard- steeg en verbrede Weerd, van het oosten door het verbrede Droevendal, de verbrede Koningsstraat, Wortelhaven en Eewal, van het noorden door Schoenmakersperk, verbre de Pijlsteeg en Beyerstraat/Kleine Hoogstraat, van het westen over de bestaande Nieuwestad. De geprojecteerde toegangswegen staan in het al gemeen (behalve voor het westelijk gedeelte van de Nieuwestad) haaks op de winkelstraten. Zij ma ken deze toegankelijk (Nieuwestad oostelijk ge deelte en Voorstreek) of ontlasten deze van hin derlijk verkeer (St. Jacobsstraat en Wirdumerdijk). Door het ontworpen nieuwe stadhuisplein wordt het voetgangerskarakter van de St. Jacobsstraat geaccentueerd; anderzijds kan het autoverkeer van deze straat gebruik blijven maken tot het tijdstip, waarop de verbrede Weerd deze functie zal over nemen. Door deze vier toegangsstraten worden alle delen van de binnenstad voldoende toegankelijk, zonder dat in het algemeen doorgaand verkeer wordt op geroepen. Tussen deze straten blijven vier kwar tieren over, waarvoor nadere verbeteringsplannen moeten worden gemaakt. Doordat in deze kwartieren verder weinig ver keersmaatregelen nodig zijn, kan het bestaande karakter zoveel mogelijk worden gehandhaafd. Wel zal een gedeelte van de behoefte aan par keerterreinen in deze wijken moeten worden op gevangen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1963 | | pagina 11