'slnd-lial wordt in snel tempo afgebouwd Nog enkele cijfers over 13 in de hoofdstad per spoor en per stoomboot aangevoerd, later kwam het wegverkeer en ontstond bij de I veemarkt het grote en op den duur onoplosbare probleem van de ruimte voor het lossen, laden en parkeren. In 1947, toen het gemeentebestuur overging tot de instelling van een breed opgezette commissie tot be studering van een veemarktvraag- I stuk, werd nog getwijfeld tussen aat een uitbreiding van de bestaande e vol- markt en het aanleggen van een nieuwe op een plaats, die aan de 1 SGD- f veemarkt zelf en aan de daarbij schal behorende verkeersdrukte de no- 3ar |e dige ruimte zou kunnen verschaf fen. Al vrij gauw kwam men tot veer het inzicht, dat alles wat aan de rs, de oude veemarkt zou worden gedaan „lapwerk" moest blijven en op Van 1 juli 1953 ging de kogel door de eitjes kerk: de gemeenteraad besloot de aj] veemarkt over te brengen naar een terrein aan de Heliconweg, m aan de westelijke stadsrand, ïrden Het werk van de veemarktcom missie" was daarmee niet geëin- !n digd. Zij moest zich gaan bezig- reen- houden met de inrichting van de markt; een zaak met vele facet ten, zoals die ook werden weer- Fh spiegeld door de veelzijdige sa- vee. menstelling van deze commissie. Niet alleen het gemeentebestuur iboei (met in het ]3ijzon[jer de Markt- s na- en Havendienst en het Openbaar Slachthuis) was daarin vertegen- >eten woordigd, ook maakten er deel r om van uit vertegenwoordigers van lan(j. de Kamer van Koophandel, het Economisch Technologisch Insti- iller- jUU{ v00r Friesland, de Friese Bond be- van Veehandelaren, de Vakgroep Goederenvervoer, de Friese Maat- 0f schappij van Landbouw, later nog hui- de Politie, de Middenstandsraad, ajel] het Fries Rundveestamboek, de In spectie van de Veeartsenijkundige nen, Dienst en Volksgezondheid en de Vereniging van Veemarktbedrij- mde ven (de marktcafé's). it in In dit gezelschap kwam bij het be- wor- spreken van de inrichting steeds wen duidelijker de wens naar voren de bo- markt te overdekken. Aanvanke- roor lijk gingen de gedachten uit naar een veemarkt in de open lucht, rlog later ging men inzien, dat men op inde deze manier bij de ontwikkeling t is van het veemarktwezen zou ach- zelf, terblijven, waarbij nog kwam, dat rerd de beschutting door de omringen- ia de bebouwing op de nieuwe markt vee aanzienlijk kleiner zou zijn dan op de oude. Speciaal in Leeuwarden moet de veemarkt aan hoge eisen voldoen, omdat haar ontwikkeling in toenemende mate die van een handelscentrum voor gebruiksvee van hoge kwaliteit dient te zijn. Bij raadsbesluit van 28 oktober '59 werd vastgesteld, dat de koeien-, stieren-, kalveren- en varkens- markt in een hal van ongeveer 30.000 vierkante meter zou worden ondergebracht. Slechts de scha pen- en paardenmarkt bleven in het onoverdekte gedeelte gepro jecteerd. De bouw Al voordat zekerheid bestond om trent de definitieve gedaante van de veemarktbebouwing, was met de aanleg van het terrein begon nen: in 1956 met de toegangswe gen en eind 1957 met de veemarkt zelf. Daarna begon snel tekening te komen in het zestien hectaren grote terrein. De eerste paal voor de hal ging op 13 februari 1961 de grond in en de laatste (dat was de 2424ste) op 11 oktober 1961. Het betonwerk kwam gereed op 22 februari '62. Inmiddels had de firma De Vries Robbé Co te Gorkum in eigen werkplaatsen het metaalskelet van de hal voorgeconstrueerd en dit kon dus in Leeuwarden als een enorme meccanodoos in elkaar worden geschroefd. Daarmee werd op 1 oktober 1961 begonnen en op 1 april '62 zat de hele constructie in elkaar. Het schilderwerk van dit metaalskelet (30.000 m2) werd voltooid op 7 november 1962. De lichtkappen, met een glasopper vlak van 17.000 m2 en 32 kilome ter glasroeden kwamen klaar op 10 april '63. Met de wandbeplating werd in april '62 begonnen en op 9 mei 1963 werd de laatste plaat aangebracht. Met de frontbebou wing werd op 8 januari een begin gemaakt. de Frieslandhal Het oppervlak van de hal zelf is 30.000 m2 en daar komt nog 5.000 vierkante meter bij voor de, even eens overdekte, vooraanbindruim- te. De frontbebouwing heeft een oppervlak van 4.500 m2. In de hal zijn 18.000 m2 rietplaten voor warmte- en geluidsisolatie verwerkt. Er zit drie en een halve kilometer t.l.-buis in de hal, met Acht van deze ventilatoren, meer dan manshoog, aangebracht in tweevoud aan de uiteinden van de luchtverversingstunnels, zullen in de Frieslandhal voor de ventilatie zorgen. een vermogen van 600.000 watt (dat is voldoende voor zes flinke dorpen van 1000 inwoners). De elektrische installatie bevat 15 ki lometer kabel. De Frieslandhal heelt vooral de bestemming van veemarkt. Bij dit wekelijks gebruik van het gebouw is plaats voor 3.875 koeien, 2.600 schapen, 800 varkens, 1.500 gras kalveren en 2.000 nuchtere kalve ren, in totaal 10.755 stuks vee. Op het parkeerterrein voor vee auto's achter de hal kunnen 400 wagens staan en het parkeerter rein voor personenauto's aan de andere kant van de Heliconweg is berekend op 600 wagens. De zes café's van de irontbebou- wing bieden plaats aan zo'n 2.000 marktbezoekers. Voor mens en dier en hun vervoermiddelen is dus ruim plaats in en om de Fries landhal, de grootste en modernste veemarkt van Europa. Dit is één der calé's van de Frieslandhal in aanbouw.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1963 | | pagina 13