MENEER JANSEN WORDT BATAVIER Ut KU Toerfietsen, Sportfietsen, Kinderfietsen 9 i m De heer J. B. Spitje zat op kampeerstoeltje, toen hij mij een eenvoudig te woord stond over doel en streven van de Bond voor Comfor tabel Kamperen, waarvan hij voorzitter is. „Gaat u zitten," zei hij en wees op het lege stoeltje naast hem. Ik ging door de knieën en vond op het laatste moment de voor zitten onontbeer lijke steun. „U wilt iets schrijven over onze bond, welnu laat ik dan de zaak meteen scherp stellen. Wij zijn geen Batavieren, misschien stammen we er vanaf, maar we zijn anders dan deze verre voorvaderen. En dus kamperen we anders. De Batavieren liepen op blote voeten en in beeste- vellen door het woud en schoten met pijl en boog varkens dood. Ze woonden in tentjes van eikeloof of zoiets en maakten vuur door houtjes tegen elkaar te wrijven. En weet u nu wat voor ons het eigenaardige is? Ze bleven leven. Ze leefden in en van de natuur, ze deden niets anders dan kamperen. Hoe ze hun vacanties besteedden weten we niet. Misschien hadden ze nooit vacantie of altijd, wie zal het na zoveel eeuwen zeggen? Wat wensen nu de hedendaagse kampeerders? Ze willen de drukke stad ontvluchten en verlan gen naar de natuur. Ze willen eigenlijk weer oude Batavieren zijn, dat is het ideaal. Maar als we dat nu eens echt gaan proberen? Meneer Jansen ik noem maar een naam wordt Batavier. We trekken hem zijn steunzolen uit en laten hem barrevoets door het bos lopen. Ach meneer, de eerste denneappel is al raak en elk prikje of doorntje blijft in z'n weke, platte voetzolen steken. Nu ontdoen we hem van zijn normale kleren en stellen een beestevel te zijner beschikking. Ik laat in het midden of het hem goed staat of gek genoeg als vacan- tiepakje, want gek is toch wel de eerste eis. Alles slobbert en wrijft langs zijn bast, zijn huid gaat schrijnen en het is óf te warm öf te koud, zonder dat hij iets uit of aan kan trekken. En dan die tent van eikeloof u mag ook een ander natuurprodukt nemen, maar nijlon kan natuurlijk nog in geen eeuwen door de beugel. Die tent is tochtig en regent in en dan krijgt meneer Jansen reumatiek en bronchitis en nog heel wat andere kwalen bovendien, al willen ze mij, als leek op medisch gebied, niet zo in de gedachten schieten En wat denkt u van het schieten met pijl en boog op varkens? Laat de varkens niet lachen, meneer. En laat de boer het niet merken. Zullen we dan van het vuur- maken met houtjes maar zwijgen?" De heer Spitje zweeg even, alsof hij me de gelegenheid wilde geven zijn woorden te ver werken. „Ik wil maar zeggen," ging hij verder, .,dat we niet meer zelf onze weg en ons bestaan in de natuur kunnen vinden. We willen wel, maar dat komt uit niets anders voort dan uit een vals romantisch ideaal. Zo denken we ook wel eens aan een heerlijk leventje helemaal alleen, of met z'n tweeën, op een tropisch eiland in de Stille Oceaan. Ver weg van onze ver doemde beschaving, met het ruisen van de bran ding als enig geluid. Heerlijk, maar wat moet er gebeuren als we kiespijn krijgen, om van de blinde darm maar niet te spreken? Allemaal larie, meneer, wat wij willen is: ergens anders zijn en dan niet van de ene stad naar de andere, maar van de stad naar het platteland. Daar groeien bomen en daar is gras waar je op mag lopen en in mag liggen en daar kun je, op grond van een even zonderlinge als dwaze afspraak, voor gek gaan lopen zonder gek verklaard te worden. En terwijl we zelf met de meest dwaze petjes rondlopen minachten en bespotten we de normale petten van de boeren. We trekken zotte veelkleurige, foeilelijke hesjes aan en schimpen op des landmans blauwe werkmanskiel. Misschien vindt u, dat ik weinig respect voor de vacantieganger heb, maar zo moet u niet oordelen. Ik oordeel niet, ik constateer alleen maar. We zoeken het ongewone in ons zelf, in onze omgeving. Als het niet te vermoeiend en ongunstig voor de bloedsomloop zou zijn, dan zou voor een hoop mensen twee weken op het hoofd staan de ideale vacantie betekenen. En ook wat de kampeertent betreft, is het ongewone de hoofdzaak. Een dak van linnen en niet van pannen. Wanden zonder behang. Geen tapijtje, maar een grondzeil. Geen deur maar een flap. Dat is allemaal zeer vermakelijk en daardoor ontspannend. Maar er zijn aan de tent ook veel ongemakken. We willen graag rechtopstaan. We willen graag in een stoel zitten. We stellen het op prijs in een bed te slapen. De oude Batavie ren werden niet door zulke gebreken in het Comfort gekweld. Maar de Batavierenvrouwen kenden niet de vreugde van niet de ruiten te hoeven lappen en niet het dressoir af te moeten stoffen. Ze waren geen kampeerders maar natuurbewoners. Wilt u mij tegenspreken? Zegt u, dat de ware kampeerder toch wel degelijk de natuur zoekt? Goed, goed, als u deze ontberingzoekers de ware kampeerders wilt noemen dan doet u maar. Het zijn niet de leden van onze Bond voor Comfor tabel Kamperen en ik kan u verzekeren, dat wij de meerderheid vertegenwoordigen. Begeert de massa der kampeerders de eenzaamheid, de stilte, de rust van de natuur? Kom, kom, de massa der kampeerders zoekt de berm der hoofdwegen, de graswal van de Afsluitdijk om daar tesamen en in vereniging, van de door de anderen aan het oog onttrokken natuur te genieten. Er behoort een draagbare radio bij, zogenaamd vanwege de nieuwsberichten, in werkelijkheid vanwege de drijvende juke box van Veronica. Dat heb je thuis ook. Sommigen zullen denken, dat je er dus vanwege de afwis seling wel eens af wilt. Maar hij moet mee, de portable, juist omdat het buiten niet anders mag zijn dan thuis, behalve het behangetje en het dressoir. Lekker bij elkaar in een straatje, een straatje van tenten weliswaar, maar er zijn buren met wie je kunt praten en over wie je kunt roddelen." De heer Spitje stond op uit zijn stoeltje en ging voor mij staan. „Ik zal u nu", zei hij, „het beeld voor ogen stellen van het kampeerterrein van de toekomst. De tenten staan nog altijd in de rij, maar de straatjes zijn nog smaller dan nu, vanwege het ruimtegebrek. Voor de tent zitten mag slechts met opgetrokken knieën, omdat er anders geen ruimte genoeg is voor de brom- nozems. Dit lijkt erg en eng, maar de techniek zal ook deze moeilijkheid verhelpen. De tenten zijn van zwart linnen gemaakt om het daglicht te weren. Binnen moet het donker zijn, van wege de televisie, de draagbare televisie, die nu al door de ijver der Japanners in opmars is. En de commerciële televisie zal de hele dag programma's geven met strand-, bos- en heide- beelden. Telelenzen zullen dames in bikini op het strand dichterbij halen dan bij beschouwing in natura gepermitteerd is. Moeder kan rustig zijn en vader tevreden. Het zal rustig zijn in de natuur, af en toe zal men zelfs het geluid der vogels kunnen horen tijdens een geluids pauze van de t.v. En allen die eigenwijs zijn en de ware eenzaamheid zoeken, zetten hun tentje op het Zaailand." „En wat doet u om de beginselen van uw or ganisatie uit te dragen?" vroeg ik. „Wij werken in stilte, wij weten dat de tijd voor ons werkt. Wij brengen slechts nieuwe gedachten onder de aandacht der bevoegde autoriteiten en fabrikanten en handelaren. Wij bereiken leuke succesjes, in het belang van onze comfortabele kampeerders. Binnenkort ko men enkele van onze geesteskinderen op de markt, met de aanbeveling „Goedgekeurd door de Bond voor Comfortabel Kamperen". Een plastic brievenbusje, een aluminium-krantehan- gertje en een lichtmetalen, opklapbaar tent gemakje. Allemaal leuk en reuze praktisch." Wij kwamen uit ons stoeltje omhoog, om af scheid te nemen. „Goed kamp", zeiden wij. „Er zijn nog veel tekortkomingen", zei de heer Spitje, „maar wij werken en worstelen voort, tot heil der kampeerders, wier zorg van de wieg tot het graf de onze is.' niet duur, maar duurzaar dat is GAZELLE n» Gazelle-, Solex-, Rap-en Typhoon V00HSTIEKU-» TE LEF 4596 bromfietsen Bella scooters

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1963 | | pagina 9