Muziekkorpsen
Vierwielige drenkeling
fleur van het feest
8
Kas van de penningmeester
geeft de toon aan
Hoe voor 6 maart de opvatting van de eigenaar van de
hier afgebeelde Simca over het eigen karakter van onze bin
nenstad was, is ons niet bekend. Misschien heeft hij bij voor
komende gelegenheden onze stadsgrachten geprezen als een
markant en niet-te-missen element in het historisch gegroeide,
die voor den drommel niet ten offer mogen vallen aan het al
lesbeheersende en allesverslindende verkeer
Na 6 maart zijn zijn opvattingen naar alle waarschijnlijkheid
sterker in de richting gegaan van een totale verfoeiing de
zer waterhoudende ornamenten, tenzij de principes zo corro-
sievrij zijn, dat het droeve avontuur, dat hier in beeld is ge
bracht, ze niet heeft kunnen aantasten. De auto is overigens
zonder inzittenden te water geraakt.
In elk geval menen wij te mogen aannemen, dat het mooie ge
loof in stootranden langs de waterkant niet watervast is ge
bleken.
lEen der Leeuwarder muziekcorpsen is in de afgelopen
maand gestart met een actie tot werving van donateurs,
waar, volgens de eerste berichten, wel muziek in zit. Het
is de muziekvereniging „Ons Genoegen", die in 1969 een
halve eeuw zal bestaan. Met de nieuwe donateursbijdragen
zal worden geprobeerd tot het aanschaffen van nieuwe
uniformen en instrumenten te komen. Bovendien bestaat
het plan het corps dit jaar aanzienlijk uit te breiden.
De muziekcorpsen hebben het niet gemakkelijk. De leden
mogen de muziek tot liefhebberij hebben gekozen, voor de
bestuursleden komen daar nog wel wat andere dingen bij.
Dat zijn de materiële zorgen: instrumenten, muziek, de
betaling van een dirigent, het zoeken en huren van een
repetitielokaal en, als het even kan, het aanschaffen van
uniformen. Dat laatste heeft met de muziek niets van doen,
maar het corps heeft nu eenmaal ook een representatieve
taak, wanneer het in het openbaar verschijnt.
Dit hangt samen met de dikwijls functionele taak van de
muziekcorpsen: het optreden in het verband van allerlei
evenementen, die de gehele bevolking of een deel daarvan
betreffen. Vroeger waren de muziekverenigingen streng ge
bonden aan een politieke en geestelijke groepering; „Ons
Genoegen" met zijn socialistische signatuur zou men niet
dikwijls samentreffen met bijvoorbeeld „Looft den Heer".
Dat is sterk veranderd: naar binnen en naar buiten. De
leden komen niet meer zo exclusief uit de eigen kring, het
optreden geschiedt niet mee zo exclusief in de eigen kring.
Juist nu staan we weer voor feestelijke gebeurtenissen,
die de diensten der muziekcorpsen aan de gemeenschap
duidelijk zullen aantonen: Koninginnedag en de twintigste
Bevrijdingsdag. De feesten zijn ondenkbaar zonder de me
dewerking van de corpsen, die marcherend of concerterend
voor sfeer en fleur zorgen.
Lid van een muziekcorps wordt men uit liefhebberij. Ba
ten levert het niet op. De lasten worden verzwaard door
het feit, dat men meestal moet optreden op feestdagen,
wanneer anderen vrij en ongebonden hun gang kunnen gaan.
Leden van muziekcorpsen moeten, dunkt ons, bijzonder
lankmoedige vrouwen hebben of ongehuwd blijven. Want in
de meeste gevallen moet moeder alleen met de kinderen de
stad in de stad, die met medewerking van pa in
volle fleur verkeert. Deze vrouwen zouden best eens
een bloemetje van het organiserend comité mogen heb
ben
Zo'n bloemetje zou een aardigheidje zijn, meer niet. De
besturen der muziekverenigingen moeten aan geld zien te
komen, aan veel geld. De instrumenten voor een
muziekcorps kosten met elkaar het niet te miskennen be
drag van zo'n twintigduizend gulden.
Dit zijn natuurlijk geen jaarlijks weerkerende lasten, maar
ze bepalen wel in belangrijke mate het in zo'n corps geïn
vesteerde bedrag. Daar komen dan nog de uniformen bij.
De muziekcorpsen oogsten veel waardering voor hun werk
wanneer het om applaus gaat. Maar na de mars of
na het concert denkt men niet zo sterk aan het feit dat
het corps de middelen moet hebben om ook bij het volgen
de feest te kunnen spelen. En wanneer dat volgende feest
op handen is, dan hebben de besturen vaak bijzon
der veel moeite de organisatoren ervan te overtuigen, dat
het schijnbaar hoge honorarium een bescheiden bijdrage in
de exploitatiekosten vormt.
Daarom wordt af en toe een beroep op de burgerij gedaan
om steun te verlenen. Nu is dit „Ons Genoegen", straks
is het weer eens een ander corps. „Looft den Heer" was
kort geleden in staat nieuwe instrumenten en uniformen
aan den volke te tonen. U kunt ze niet allemaal met dona
teursbijdragen gedenken, maar u moest toch eigenlijk wel
ten minste één corps steunen. Want bij de feestdagen spe
len ze ook voor u, zonder entreegeld te vragen.